Feiten en context

De financiële toestand van de gemeente verantwoordt de instelling en heffing van deze lokale belasting.

 

Het reglement Opcentiemen op de door het Vlaams gewest geheven heffing ter bestrijding van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten – aanslagjaren 2020 – 2025, goedgekeurd op 21 november 2019, wordt met ingang vanaf aanslagjaar 2021 aangepast, omdat er verwezen wordt naar foutieve regelgeving (e-mail van ABB van 2 oktober 2020).

 

Juridische gronden

         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

         Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, en latere wijzigingen.

         De wet van 19 april 2014 tot wijziging van het WIB 1992, inzake de vestiging van aanvullende belastingen op gewestbelasting , artikel 464/1.

         Het decreet van 19 april 1995, houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten en latere wijzigingen.

         Besluit van de Vlaamse regering van 1 juli 1997 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten, en latere wijzigingen.

         Wetboek van de inkomstenbelasting 1992, artikel 464/1.

         Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013, artikel 2.6.4.0.2 en artikel 3.1.0.0.4

         Besluit van de Vlaamse regering van 20 december 2013 houdende de uitvoering van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013.

         Omzendbrief KB ABB-2019/2 ‘Coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit’ van 15 februari 2019.

 

Adviezen

Geen adviezen.

 

Argumentatie

Leegstaande en verwaarloosde bedrijfsgebouwen vormen vaak een smet op de gemeente. Zij staan jarenlang te verkommeren en trekken zwerfvuil, sluikstort, vandalisme en hangjongeren aan.

 

Leegstaande en/of verwaarloosde bedrijfsgebouwen nemen ruimte in die niet gebruikt wordt.

 

De financiële toestand van de gemeente vergt de invoering van alle rendabele belastingen voor de uitvoering van het meerjarenbeleidsplan 2020-2025.

 

Om redenen van rechtszekerheid (gedeeltelijke verwijzing naar foutieve regelgeving, zoals opgemerkt door ABB bij schrijven van 2 oktober 2020) moeten er dus met ingang vanaf aanslagjaar 2021 aan dit fiscaal reglement technische aanpassingen worden aangebracht.

 

Eenzelfde belasting gold voor het aanslagjaar 2020.

 

Financiële gevolgen

Er zijn geen direct toewijsbare financiële gevolgen. Deze belasting geldt als algemene en verplichte bijdrage van de burger, opgelegd door de gemeenteraad, aan de algemene uitgaven van het lokaal bestuur (en waartegenover geen individueel aanwijsbare tegenprestatie van de overheid staat en/of geheven wordt voor een dienstverlening die het algemeen belang dient) ter uitvoering van het meerjarenplan.

 

Bijlagen

E-mail ABB van 2/10/2020

 

Besluit:

eenparig aangenomen.
Artikel 1

Er worden voor aanslagjaren 2021-2025 ten voordele van de gemeente Tielt-Winge, 100 opcentiemen geheven op de gewestelijke heffing ter bestrijding van leegstaande en verwaarloosde bedrijfsgebouwen.

 

Artikel 2

De gemeente doet een beroep op de medewerking van de Vlaamse belastingdienst voor de inning van deze opcentiemen.

 

Artikel 3

§1. Dit reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 285 e.v. van het Decreet over het  lokaal bestuur en treedt in werking de vijfde dag na bekendmaking conform artikel 288 van hetzelfde Decreet.

 

§2. Het reglement van 21 november 2019 wordt vanaf het aanslagjaar 2021 opgeheven door deze beslissing.

 

Artikel 4

Een afschrift van deze verordening wordt aan het Agentschap Vlaamse Belastingdienst toegezonden.

 

Artikel 5

Deze beslissing is onderworpen aan het bestuurlijk toezicht zoals dit geregeld wordt in het Decreet over het lokaal bestuur.