Feiten en context

Er worden aanplakborden geplaatst langs de openbare weg of op een plaats zichtbaar van op de openbare weg op het grondgebied van de gemeente.

De financiële toestand van de gemeente verantwoordt de instelling en heffing van deze lokale belasting.

 

Juridische gronden

         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017

         Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen

         Wet van 23 maart 1999 betreffende de rechterlijke inrichting in fiscale zaken

         Wetboek van de inkomstenbelastingen, zoals gecoördineerd door het KB van 10 april 1992 en bekrachtigd door de wet van 12 juni 1992, inzonderheid hoofdstuk 9 bis en op het KB d.d. 27 augustus 1993 tot uitvoering hiervan, zoals gewijzigd

         Gerechtelijk wetboek, inzonderheid artikel 569, 32° en 632

         Koninklijk besluit van 25 maart 1999 tot uitvoering van artikel 7 van de wet van 23 maart 1999 betreffende de rechterlijke inrichting in fiscale zaken, zoals gewijzigd op 26 maart 2014 en 16 februari 2017

         Omzendbrief KB ABB-2019/2 ‘Coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit’ van 15 februari 2019

         Gemeenteraadsbeslissing van 21 november 2019 over deze belasting

 

Adviezen

Aangezien er in het bestaande reglement geen uitsluitsel gegeven wordt over de  reclameborden  die door de architect, aannemers of andere partijen die op enigerlei wijze betrokken zijn bij een bouwwerf en hier tijdelijk hun reclamebord bevestigen, wilde het bestuur hier duidelijkheid over creëren.

De procedure van ambtshalve vaststelling wordt verduidelijkt.

 

Argumentatie

De veelvuldige plaatsing van aanplakborden verstoort het landelijk karakter van de gemeente.

De financiële toestand van de gemeente vergt de invoering van alle rendabele belastingen voor de uitvoering van het meerjarenbeleidsplan 2020-2025.

 

Financiële gevolgen

Er zijn geen direct-toewijsbare financiële gevolgen. Deze belasting geldt als algemene en verplichte bijdrage van de burger, opgelegd door de gemeenteraad, aan de algemene uitgaven van het lokaal bestuur (en waartegenover geen individueel aanwijsbare tegenprestatie van de overheid staat en/of geheven wordt voor een dienstverlening die het algemeen belang dient) ter uitvoering van het meerjarenplan.

 

Bijlagen

Geen bijlagen.

 

Besluit:

eenparig aangenomen.
Artikel 1 – Aanslagjaren en belastbaar voorwerp of belastbaar feit

§1. Voor een termijn startend op 1 januari 2024 en eindigend op 31 december 2025 (aanslagjaren 2024 t.e.m. 2025) wordt een belasting geheven op de aanplakborden.

 

§2. Onder aanplakborden moet worden verstaan elke constructie in onverschillig welk materiaal, geplaatst langs de openbare weg, of op een plaats in open lucht – ongeacht of het om openbare of privé-eigendom gaat - die zichtbaar is vanaf de openbare weg, waarop reclame wordt aangebracht door aanplakking, vasthechting, schildering of door elk ander middel, met inbegrip van muren of gedeelten van muren en de omheiningen die gehuurd of gebruikt worden om er reclame op aan te brengen.

Voor muren of gedeelten van muren waarop reclame wordt aangebracht, moet de bedekte totale oppervlakte beschouwd worden als één bord, ook indien er verschillende reclames op voorkomen.

 

Artikel 2 – Belastingplichtige

De belasting is verschuldigd door in eerste instantie de natuurlijke of rechtspersoon die beschikt over het recht om gebruik te maken van het aanplakbord en, in bijkomende orde, als de gebruiker onbekend is, de eigenaar van de grond of van de muur waarop zich het bord bevindt.

 

Artikel 3 – Tarief

De belasting wordt vastgesteld op 15 euro per vierkante meter of gedeelte van een vierkante meter nuttige oppervlakte van het bord.

De nuttige oppervlakte is de oppervlakte die voor aanplakking kan worden gebruikt, met uitzondering van de omlijsting.

Voor de muren is evenwel alleen dat gedeelte van de muur belastbaar dat werkelijk voor reclame wordt gebruikt.

 

Artikel 4 – Vrijstellingen

Van de belasting wordt vrijgesteld:

         de borden bestemd voor het aanbrengen van aanplakbrieven die onderworpen zijn aan de reglementaire aanplakkingsrechten ten voordele van de concessionaris van de openbare aanplakdienst;

         de publiciteitsborden die uitsluitend gebruikt worden op een bepaalde plaats om aan het publiek de handel of de nijverheid te doen kennen die daar uitgebaat wordt, de merken van de producten die daar verkocht of vervaardigd worden, het beroep dat er uitgeoefend wordt en, in het algemeen de activiteiten die er plaats hebben;

         de borden welke uitsluitend voorbehouden zijn voor een openbare dienst of voor een werk of organisme zonder winstoogmerk van menslievende, artistieke, letterkundige, wetenschappelijke aard of van openbaar nut.

         de reclameborden opgesteld langs de rand van sportvelden voor zover de afbeeldingen en tekst gericht zijn naar het speelveld en niet hoger reiken dan 1,5 meter gemeten vanaf de grond.

         de reclameborden (van architect, aannemers of andere partijen die rechtstreeks betrokken zijn bij de bouwwerf)die tijdelijk geplaatst worden aan bouwwerven en dit zolang de werken niet voltooid is.

 

Artikel 5 – Wijze van inning

De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier dat wordt vastgesteld en uitvoerbaar verklaard door het college van burgemeester en schepenen.

 

Artikel 6 – Aangifteplicht

De vaststelling van de belastbare elementen wordt gedaan door de beëdigde, daartoe door het schepencollege speciaal aangewezen ambtenaar van het gemeentebestuur.

De belastingplichtige moet ten laatste voor 1 april van ieder jaar aangifte doen op volgend adres: Gemeentebestuur Tielt-Winge, Kruisstraat 2, 3390 Tielt-Winge.

Om de aangifte te vergemakkelijken zal het gemeentebestuur jaarlijks een aangifteformulier toesturen aan alle gekende belastingplichtigen met de vraag deze tijdig ingevuld en ondertekend terug te bezorgen. Indien de belastingplichtige geen aangifteformulier zou ontvangen, dient hij deze te doen op eigen initiatief.

De aangifte is jaarlijks en geeft de toestand weer zoals deze zich voordoet op 1 maart van het jaar; deze toestand dient als basis voor de toepassing van artikel 3 en 4.

Elke afschaffing of wijziging van de belastbare installaties moeten binnen de vijftien dagen aan het gemeentebestuur betekend worden.

 

Artikel 7 – Procedure van ambtshalve vaststelling

Bij gebrek aan aangifte voor 1 april van ieder jaar, of in geval van onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte vanwege de belastingplichtige, kan de belasting ambtshalve worden ingekohierd op basis van de door het gemeentebestuur gekende gegevens.

Vooraleer wordt overgegaan tot de ambtshalve vaststelling van de belastingaanslag, betekent het college van burgemeester en schepenen aan de belastingplichtige, per aangetekend schrijven, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de aanslag is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting.

De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig dagen te rekenen van de derde werkdag die volgt op de verzending van die betekening om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen. Dit betekent dat de belastingplichtige alsnog de kans krijgt om aan te tonen dat hij wel degelijk tijdig aangifte gedaan heeft en /of dat zijn aangifte wel degelijk juist, volledig en nauwkeurig was.

Indien de aangifte alsnog laattijdig wordt ingediend dan kan de gemeente desgewenst en  gemotiveerd afzien van de belastingverhoging bij de ambtshalve vestiging (cfr. artikel 8).

 

De ambtshalve vaststelling van de belastingaanslag kan slechts geldig worden ingekohierd gedurende een periode van drie jaar volgend op 1 januari van het aanslagjaar. Deze termijn wordt met twee jaar verlengd bij overtreding van de belastingverordening met het oogmerk te bedriegen of met de bedoeling schade te berokkenen.

 

Artikel 8 – Belastingverhoging

De ambtshalve ingekohierde belasting wordt verhoogd met een administratieve boete van 100 euro.

De administratieve geldboete wordt gevestigd en ingevorderd volgens dezelfde regels als die welke van toepassing zijn op de kohierbelasting.

Het bedrag van deze verhoging wordt ook ingekohierd.

 

Artikel 9 – Betaaltermijn

De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na verzending van het aanslagbiljet.

 

Artikel 10 – Bezwaarprocedure

De belastingplichtige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen.

 

Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, gedagtekend, ondertekend (met vermelding van naam, hoedanigheid en adres of zetel van de belastingplichtige) en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.

 

Van het bezwaarschrift wordt een ontvangstbewijs afgegeven, binnen vijftien dagen na de indiening ervan.

 

Artikel 11 – Regelgeving

Zonder afbreuk te doen aan het huidige decreet, zijn van overeenkomstige toepassing op de provincie- en gemeentebelastingen:

1° de bepalingen van titel VII, hoofdstuk 1, 3, 4, 6, 7 en 8, van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992, voor zover deze niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen;

2° het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet- fiscale schuldvorderingen van 13 april 2019, met uitzondering van artikel 43 tot en met 48.

 

Artikel 12 - Bekendmaking

Dit reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 285 e.v. van het Decreet over het  lokaal bestuur en treedt in werking de vijfde dag na bekendmaking conform artikel 288 van hetzelfde Decreet.

 

Het reglement van 21 november 2019 wordt opgeheven door deze beslissing met ingang vanaf 1 januari 2024.

 

Artikel 13 - Uitvoering

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van dit reglement.

 

Artikel 14 - Toezicht

Deze beslissing is onderworpen aan het bestuurlijk toezicht zoals dit geregeld wordt in het Decreet over het lokaal bestuur.