Gemeenteraad 18 september 2025

Goedkeuring notulen vorige gemeenteraad

Conform met het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad van 20 maart 2025, keurt de gemeenteraad de notulen van de zitting van 19 juni 2025 goed.

Bijlagen

●         Ontwerpnotulen gemeenteraad van 19 juni 2025 (via Meeting.mobile).

●         Audioverslag GR van 19 juni 2025.

●         Index audioverslag GR van 19 juni 2025.

●         Agenda gemeenteraad van 18 september 2025.

" "

Gemeenteraad 18 september 2025

Reglement ere-mandatarissen

Motivering

Feiten en context

De gemeenteraad kan de eretitels toekennen aan de gemeenteraadsleden onder de voorwaarden die hij bepaalt.

De gemeenteraad kan de eretitels van de schepenen toekennen onder de voorwaarden die hij bepaalt.

Dit reglement bepaalt de voorwaarden voor toekenning van de eretitels van gemeenteraadslid en schepen.

De Vlaamse Regering kan de eretitels van de burgemeester toekennen onder de voorwaarden die ze bepaalt.

Juridische gronden

●         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, inzonder artikels 17 §4 en 148 lid 2.

●         Besluit van de Vlaamse regering van 6 juli 2018 houdende statuut van de lokale mandataris, inzonder artikel 53-57.

Adviezen

Geen adviezen.

Argumentatie

Artikel 17 §4 DLB bepaalt: "De gemeenteraad kan de eretitels toekennen aan de gemeenteraadsleden onder de voorwaarden die hij bepaalt.

Artikel 148 lid 2 DLB bepaalt: "De gemeenteraad kan de eretitels van de schepenen toekennen onder de voorwaarden die hij bepaalt.

Dit reglement bepaalt de voorwaarden voor toekenning van de eretitels van gemeenteraadslid en schepen. De vaststelling van de voorwaarden voor de toekenning van de eretitel van 'ere-gemeenteraadslid' of 'ere-schepen' behoort tot de gemeentelijke autonomie.

De volgende voorwaarden kunnen worden gehanteerd:

●         Minstens 18 jaar het mandaat van gemeenteraadslid (voor ere-gemeenteraadslid) of minstens één volledige legislatuur of ten minste 6 jaar het mandaat van schepen (voor ere-schepen) uitgeoefend hebben;

●         Van onberispelijk gedrag zijn;

●         Aanvraag met instemming van betrokkene;

●         Postuum toekennen van de eretitel is mogelijk.

Onder 'onberispelijk gedrag' moet worden verstaan: “het ontbreken van een zware strafrechtelijke veroordeling dan wel een zware tuchtstraf of het niet bestaan van andere erg onterende feitelijkheden; de waardigheid van het ambt niet geschonden hebben, noch de ambtsplichten miskend hebben."

De Vlaamse Regering (artikel 148 lid 1 DLB) kan de eretitels van de burgemeester toekennen onder de voorwaarden die ze bepaalt uitgewerkt in het Besluit van de Vlaamse regering van 6 juli 2018): de gemeenteraad heeft hierover geen bevoegdheid.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

Bijlagen

Geen bijlagen.

Besluit:

15 stemmen voor: Katrien Houtmeyers, Jo Smekens, Jan Loddewykx, Bart Willems, Manuela Vervoort, Steve Cleynen, Gert Van denstorme, Ilse Roelants, Filip Charlier, Eric Roskin, Gerry Caluwaerts, Marleen De Vry, Raf Alaerts, Jasper Trompet en Fons Lemmens.
6 stemmen tegen: Germaine Willems, Agnes Van de Gaer, Rudi Beeken, Gunther Clinckx, Kris Cornelissen en Tom Craeninckx.
Artikel 1

De gemeenteraad gaat over tot de vaststelling van de voorwaarden voor toekenning van de eretitel van gemeenteraadslid:

●         Minstens 18 jaar het mandaat van gemeenteraadslid uitgeoefend hebben;

●         Van onberispelijk gedrag zijn.

Artikel 2

De gemeenteraad gaat over tot de vaststelling van de voorwaarden voor toekenning van de eretitel van schepen:

●         Minstens één volledige legislatuur of ten minste 6 jaar het mandaat van schepen uitgeoefend hebben;

●         Van onberispelijk gedrag zijn.

Artikel 3

De aanvraag tot het bekomen van de eretitel kan uitgaan van:

●         de betrokkene;

●         de rechtsopvolgers van de mandataris in geval van overlijden van de betrokkene;

●         één of meer gemeenteraadsleden, mits instemming van betrokkene of zijn/haar rechtsopvolgers;

●         het college, mits instemming van betrokkene of zijn/haar rechtsopvolgers.

De aanvraag dient schriftelijk, gedateerd en ondertekend gericht te worden aan het college van burgemeester en schepenen, voor zover het college niet zelf het initiatief neemt.

Artikel 4

Het dossier dat voorgelegd wordt aan de gemeenteraad dient naast de aanvraag of de instemming van de betrokkene, tevens melding te maken van de periodes tijdens dewelke de betrokkene deel uitmaakte van de gemeenteraad, respectievelijk het college, alsook een recent uittreksel uit het strafregister (niet ouder dan één maand).

De gemeenteraad onderzoekt of de aanvraag voldoet aan de voorwaarden van dit reglement.

Artikel 5

De eretitel mag niet gevoerd worden:

●         gedurende de periode dat het mandaat werkelijk wordt uitgeoefend;

●         tijdens een periode van bezoldigde tewerkstelling (als personeelslid) bij het gemeentebestuur of het OCMW.

Artikel 6

De gemeenteraad kan de eretitel intrekken om gemotiveerde redenen.

Artikel 7

De eretitel geeft in principe geen recht op vergoedingen of voorrechten

Artikel 8

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de verdere uitvoering van deze beslissing.

Artikel 9

Dit reglement wordt gepubliceerd conform artikel 286 van het Decreet over het lokaal bestuur en treedt in werking conform de bepalingen van dit decreet.

Dit reglement heft de raadsbeslissingen van 18 oktober 2012 en 17 januari 2013 op bij inwerkingtreding van dit besluit.

Artikel 10

Deze beslissing wordt onderworpen aan het bestuurlijk toezicht, zoals geregeld door de toepasselijke bepalingen van het Decreet over het lokaal bestuur." "

Reglement ere-raadsleden en ere-schepenen.

Gemeenteraad 18 september 2025

Kerkfabriek Sint-Donatus - meerjarenplan 2026-2031 en strategische nota

Motivering

Feiten en context

Het college van burgemeester en schepenen nam kennis van het meerjarenplan 2026-2031 en de strategische nota van kerkfabriek Sint-Donatus (ontvangen via Religiosoft op 4 juli 2025). Deze documenten werden goedgekeurd door de kerkraad in haar vergadering op 20 mei 2025.

Het erkend representatief orgaan, de Aartsbisschop van Mechelen-Brussel, verleende gunstig advies over het meerjarenplan op 15 juli 2025.

De meerjarenplannen van de kerkfabriek zijn onderworpen aan het advies van het erkend representatief orgaan en aan de goedkeuring van de gemeenteraad.

De gemeenteraad spreekt zich uit over de goedkeuring binnen een termijn van honderd dagen die ingaat op de dag na het inkomen van het advies van het erkend representatief orgaan bij de gemeenteoverheid en verstuurt zijn besluit uiterlijk de laatste dag van deze termijn aan de provinciegouverneur, de kerkfabriek en het erkend representatief orgaan. De gemeenteraad kan het meerjarenplan goedkeuren, niet goedkeuren of aanpassen aan hetgeen in het overleg met het gemeentebestuur besproken werd.

Als binnen de hogergenoemde termijn van honderd dagen geen besluit naar de provinciegouverneur, het centraal kerkbestuur, de kerkfabrieken in kwestie en het erkend representatief orgaan is verstuurd, wordt de gemeenteraad geacht zijn goedkeuring aan de meerjarenplannen te hebben verleend.

Juridische gronden

●         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017

●         Decreet betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten van 7 mei 2004

●         Ministerieel besluit van 27 november 2006 tot vaststelling van de modellen van de boekhouding van de besturen van de eredienst en ter uitvoering van artikel 46 van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de eredienst en van de centrale besturen van de eredienst

●         Besluit van de Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten

●         Omzendbrief BB 2013/01 van 1 maart 2013 - Boekhouding besturen van de eredienst

●         Raadsbeslissingen van 18 juni 2020 over de eindafrekeningen 2019 van de respectievelijke, voormalige kerkfabrieken

●         Raadsbeslissing van 19 december 2019 houdende kennisneming van de erkenning van de fusieparochie en aanstelling van de kerkraad

●         Raadsbeslissing van 19 september 2019 over het ontwerp meerjarenplan 2020-2025 en budget 2020 en kennisneming van de bisschoppelijke fusiedecreten

●         Collegebeslissingen van 7 januari, 11 en 25 februari, 24 maart, 5 en 19 mei, 2 en 9 juni 2020 over het meerjarenplan 2020-2025 en de budgetten 2020-2021

Adviezen

Gunstig advies van het erkend representatief orgaan, de Aartsbisschop van Mechelen-Brussel.

Argumentatie

Er was een overlegmoment tussen het gemeentebestuur en de kerkraad van Sint-Donatus, op 3 juni 2025.

Het pastorieënplan werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 16 april 2020 en het kerkenbeleidsplan werd goedgekeurd op de gemeenteraden van 15 april 2021 en 19 juni 2025.

Deels hebben deze geleid tot consensus en afspraken zoals opgenomen in de strategische nota bij het meerjarenplan 2026-2031.

Er worden een aantal budgettaire en budget-technische bedenkingen geformuleerd bij de vaststelling van het voorliggende meerjarenplan.

Financiële gevolgen

Totale toelage 2026-2031: 326.180,59 euro (170.180,59 euro voor exploitatie en 156.000 euro voor investeringen)

Exploitatie

Investeringen

* Het meerjarenplan van de gemeente 2026-2031 wordt opgemaakt rekening houdend met huidige goedkeuring van het meerjarenplan van de kerkfabriek.

Bijlagen

●         Notulen kerkraad Sint-Donatus 26 juni 2025

●         Meerjarenplan en strategische nota Sint-Donatus (kerkraad 26 juni 2025- Religiosoft 4 juli 2025)

●         Advies van het erkend representatief orgaan (15 juli 2025)

Besluit:

14 stemmen voor: Katrien Houtmeyers, Jo Smekens, Jan Loddewykx, Bart Willems, Manuela Vervoort, Steve Cleynen, Gert Van denstorme, Ilse Roelants, Filip Charlier, Eric Roskin, Marleen De Vry, Raf Alaerts, Jasper Trompet en Fons Lemmens.
7 stemmen tegen: Germaine Willems, Agnes Van de Gaer, Gerry Caluwaerts, Rudi Beeken, Gunther Clinckx, Kris Cornelissen en Tom Craeninckx.
Artikel 1

De gemeenteraad geeft haar goedkeuring aan het meerjarenplan 2020-2025 van de kerkfabriek Sint-Donatus, mits inachtneming van enkele bemerkingen:

Bemerkingen:

●         de ontvangst (MAR 131) van de GSM-antennes op de Sint-Mattheüskerk (13.000 euro/jaar) is opgenomen voor het volledige meerjarenplan. Volgens de strategische nota zal deze ontvangst pas naar de gemeente verschuiven zodra deze kerk onttrokken wordt aan de eredienst. Nochtans staat in dezelfde nota dat dit waarschijnlijk in 2026 zal geschieden. Deze contradictie geeft een vertekend beeld van de gemeentelijke exploitatietoelage die wellicht zal vermeerderen met 13.000 euro per jaar. De kerkfabriek geeft aan een besparing te realiseren in de gemeentelijke exploitatietoelage t.o.v. het vorig meerjarenplan 2020-2025 van 111.180,59 euro (170.180,59 euro i.p.v. 281.308 euro) of bijna 40%. In werkelijkheid zal de gemeentelijke toelage 78.000 euro hoger zijn, een besparing van 33.127,41 euro (248.180,59 euro i.p.v. 281.308 euro) ofwel een verlaging 12%.

●         Conform het Decreet van 7 mei 2004, afdeling 3/1, artikel 52/1, §1, 3°en 4° lid, betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, komt de bedienaar van de eredienst enkel in aanmerking voor een woonstvergoeding als hij ook echt woont in de parochie waar hij belast is met de eredienst van die parochie. Het schepencollege besliste in zitting van 10 juni 2025 het volgende: "Naar aanleiding van het overleg met de kerkfabriek Sint-Donatus op 3 juni 2025 opteert het college van burgemeester en schepenen ervoor om het decretale pad rond de woonstvergoeding te bewandelen en bij de actualisatie van het pastorieënplan dat aspect van vermoede vergoeding te herzien. De bedienaar van de eredienst (diaken met feitelijk verblijf in Tielt-Winge, maar hier niet gedomicilieerd) bevindt zich dan in een situatie van tweede verblijf, waarvoor door de diaken en de kerkfabriek een aangifte belasting tweede verblijf zal moeten worden gedaan. Het nieuwe pastorieënplan zal aan die (nieuwe?) realiteit worden aangepast"

De uitbetaling van de ingeschreven woonstvergoeding bedienaar van de eredienst (MAR 113) met jaarlijkse verhoging van 2,5% kan dus pas gerealiseerd worden zodra de beperkingen in het goedgekeurde pastorieënplan zijn weggenomen in een nieuw nog goed te keuren pastorieënplan.

Indien een woonstvergoeding wordt betaald, is de gemeente verplicht deze woonstvergoeding uit te betalen aan de bedienaar van de eredienst, die het bedrag overmaakt aan de kerkfabriek Sint-Donatus zelf die zo vergoed wordt voor het ter beschikking stellen van de pastorij. Dit zal gepaard gaan met het afleveren van de nodige fiscale fiches.

Artikel 2

Het meerjarenplan van de gemeente wordt aangepast rekening houdend met huidige goedkeuring van het meerjarenplan van de kerkfabriek.

Artikel 3

Dit besluit wordt verstuurd aan de provinciegouverneur, kerkfabriek Sint-Donatus en het erkend representatief orgaan.

Artikel 4

Deze beslissing is onderworpen aan het bestuurlijk toezicht, zoals geregeld door het Decreet over het lokaal bestuur." "

Goedkeuring van het meerjarenplan 2026-2031van kerkfabriek Sint-Donatus.

Gemeenteraad 18 september 2025

Kennisneming kerkfabriek Sint-Donatus budget 2026 en beleidsnota

Motivering

Feiten en context

Het college van burgemeester en schepenen nam kennis van het budget 2026 en de beleidsnota van kerkfabriek Sint-Donatus (ontvangen via Religiosoft op 14 augustus 2025). Deze documenten werden goedgekeurd door de kerkraad in haar vergadering op 26 juni 2025.

Het erkend representatief orgaan, de Aartsbisschop van Mechelen-Brussel, verleende gunstig advies over het meerjarenplan op 15 juli 2025 (ontvangen op 16 juli 2025). Het erkend representatief orgaan verleende geen apart advies (meer) over het budget 2026, zoals goedgekeurd door de kerkraad op 26 juni 2025. Dit moet dus per analogiam met artikel 43 van het decreet van 7 mei 2004 bijgevolg geacht worden gunstig te zijn. Bovendien past dit budget binnen het door het erkend representatief orgaan (wel) gunstig geadviseerde meerjarenplan 2026-2031.

De budgetten worden na het advies van het erkend representatief orgaan jaarlijks voor 1 oktober gecoördineerd bij de gemeenteoverheid ingediend door de kerkfabriek.

Als het budget past in het goedgekeurde meerjarenplan, neemt de gemeenteraad hiervan akte binnen een termijn van vijftig dagen die ingaat op de dag na het inkomen van het budget bij de gemeenteoverheid. Zij geeft daarvan kennis aan de kerkfabriek en het erkend representatief orgaan.

De Vlaamse Regering stelt de voorwaarden vast waaraan het budget moet voldoen om te passen in het goedgekeurde meerjarenplan. Het exploitatiebudget past in het meerjarenplan als de gemeentelijke toelage in het budget niet meer bedraagt dan wat in het meerjarenplan is goedgekeurd als gemeentelijke toelage.

Als het budget niet past in het goedgekeurde meerjarenplan, kan de gemeenteraad het budget aan het meerjarenplan aanpassen behalve wat de kosten betreft die betrekking hebben op het vieren van de eredienst.

De gemeenteraad spreekt zich over het budget uit binnen een termijn van vijftig dagen die ingaat op de dag na het inkomen van het budget bij de gemeenteoverheid en hij verstuurt zijn besluit uiterlijk de laatste dag van deze termijn aan de provinciegouverneur, de kerkfabriek en het erkend representatief orgaan.

Als binnen de voormelde termijn van vijftig dagen geen besluit naar de provinciegouverneur, de kerkfabriek en het erkend representatief orgaan is verstuurd, wordt de gemeenteraad geacht het budget te hebben goedgekeurd.

Juridische gronden

●         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017

●         Decreet betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten van 7 mei 2004

●         Ministerieel besluit van 27 november 2006 tot vaststelling van de modellen van de boekhouding van de besturen van de eredienst en ter uitvoering van artikel 46 van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de eredienst en van de centrale besturen van de eredienst

●         Besluit van de Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten

●         Omzendbrief BB 2013/01 van 1 maart 2013 - Boekhouding besturen van de eredienst

●         Raadsbeslissingen van 18 juni 2020 over de eindafrekeningen 2019 van de respectievelijke, voormalige kerkfabrieken

●         Raadsbeslissing van 19 december 2019 houdende kennisneming van de erkenning van de fusieparochie en aanstelling van de kerkraad

●         Raadsbeslissing van 19 september 2019 over het ontwerp meerjarenplan 2020-2025 en budget 2020 en kennisneming van de bisschoppelijke fusiedecreten

Adviezen

Geen advies ontvangen bovenop het gunstig advies van 15 juli 2025 over de meerjarenplanning 2026 - 2031. Het advies van het erkend representatief orgaan, de Aartsbisschop van Mechelen-Brussel wordt aldus geacht gunstig te zijn (cfr. meerjarenplan 2026-2031).

Argumentatie

Er was een overleg tussen het gemeentebestuur en het kerkbestuur op 3 juni 2025 over het meerjarenplan 2026 - 2031 en budget 2026.

Het budget 2026 past in het meerjarenplan 2026-2031 van Sint-Donatus (bedragen komen exact overeen). Het volstaat bijgevolg dat de gemeenteraad kennis neemt van dit budget.

Financiële gevolgen

Exploitatietoelagen

Investeringstoelagen

Budgettaire en budget-technische bemerkingen:

●         de ontvangst (MAR 131) van de GSM-antennes op de Sint-Mattheüskerk (13.000 euro/jaar) is opgenomen voor het volledige meerjarenplan. Volgens de strategische nota zal deze ontvangst pas naar de gemeente verschuiven zodra deze kerk onttrokken wordt aan de eredienst. Nochtans staat in dezelfde nota dat dit waarschijnlijk in 2026 zal geschieden. Deze contradictie geeft een vertekend beeld van de gemeentelijke exploitatietoelage die wellicht zal vermeerderen met 13.000 euro per jaar. De kerkfabriek geeft aan een besparing te realiseren in de gemeentelijke exploitatietoelage t.o.v. het vorig meerjarenplan 2020-2025 van 111.180,59 euro (170.180,59 euro i.p.v. 281.308 euro) of bijna 40%. In werkelijkheid zal de gemeentelijke toelage 78.000 euro hoger zijn, een besparing van 33.127,41 euro (248.180,59 euro i.p.v. 281.308 euro) ofwel een verlaging 12%.

●         Conform het Decreet van 7 mei 2004, afdeling 3/1, artikel 52/1, §1, 3°en 4° lid, betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, komt de bedienaar van de eredienst enkel in aanmerking voor een woonstvergoeding als hij ook echt woont in de parochie waar hij belast is met de eredienst van die parochie. Het schepencollege besliste in zitting van 10 juni 2025 het volgende: "Naar aanleiding van het overleg met de kerkfabriek Sint-Donatus op 3/6/2025 opteert het college van burgemeester en schepenen ervoor om het decretale pad rond de woonstvergoeding te bewandelen en bij de actualisatie van het pastorieënplan dat aspect van vermoede vergoeding te herzien. De bedienaar van de eredienst (diaken met feitelijk verblijf in Tielt-Winge, maar hier niet gedomicilieerd) bevindt zich dan in een situatie van tweede verblijf, waarvoor door de diaken en de kerkfabriek een aangifte belasting tweede verblijf zal moeten worden gedaan. Het nieuwe pastorieënplan zal aan die (nieuwe?) realiteit worden aangepast"

De uitbetaling van de ingeschreven woonstvergoeding bedienaar van de eredienst (MAR 113) met jaarlijkse verhoging van 2,5% kan dus pas gerealiseerd worden zodra de beperkingen in het goedgekeurde pastorieënplan zijn weggenomen in een nieuw nog goed te keuren pastorieënplan.

Indien een woonstvergoeding wordt betaald, is de gemeente verplicht deze woonstvergoeding uit te betalen aan de bedienaar van de eredienst, die het bedrag overmaakt aan de kerkfabriek Sint-Donatus zelf die zo vergoed wordt voor het ter beschikking stellen van de pastorij. Dit zal gepaard gaan met het afleveren van de nodige fiscale fiches.

Bijlagen

●       Notulen kerkraad St-Donatus (26 juni 2025)

●       Budget 2026 (14 augustus 2025 ingediend bij Religiosoft)

●       Beleidsnota 2026 (14 augustus 2025 ingediend bij Religiosoft)

Besluit:

Artikel 1

De gemeenteraad neemt akte van het budget 2026 van de kerkfabriek Sint-Donatus. Budget 2026 past in het meerjarenplan 2026 - 2031.

Artikel 2

Dit besluit wordt verstuurd aan de provinciegouverneur, kerkfabriek Sint-Donatus en het erkend representatief orgaan.

Artikel 3

Deze beslissing is onderworpen aan het bestuurlijk toezicht, zoals geregeld door het Decreet over het lokaal bestuur." "

Aktename van het budget 2026 van kerkfbriek Sint-Donatus.

Gemeenteraad 18 september 2025

Kennisneming opvolgingsrapportering eerste semester 2025 in het kader van het MJP2020-2025

Motivering

Feiten en context

Het decreet van 22 december 2017 bepaalt dat gemeente en OCMW minstens voor het einde van het derde kwartaal, een gezamenlijke opvolgingsrapportering voorleggen aan de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn over het eerste semester van het boekjaar (2025).

De opvolgingsrapportering is een stand van zaken van de uitvoering van het meerjarenplan (2020-2025). De opvolgingsrapportering bestaat uit een beleidsevaluatie (stand van zaken) m.b.t. de prioritaire acties van het meerjarenplan en een overzicht van de geraamde en gerealiseerde ontvangsten en uitgaven voor het lopende boekjaar volgens schema J1 (doelstellingenrekening) en T2 (uitgaven/ontvangsten volgens economische aard).

Juridische gronden

●         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

●         Besluit Vlaamse regering van 30 maart 2018 betreffende de BBC.

●         Ministerieel besluit van 26 juni 2018 betreffende de BBC.

Adviezen

Deze opvolgingsrapportering werd besproken door het managementteam op 1 september 2025.

Argumentatie

De opvolgingsrapportering geeft een stand van zaken van de uitvoering van het meerjarenplan (2020-2025) en moet - om beleidsevaluatie mogelijk te maken - ingevolge het DLB periodiek worden voorgelegd aan de raad.

Financiële gevolgen

Er zijn geen direct toewijsbare financiële gevolgen.

Bijlagen

Opvolgingsrapportering 1e semester 2025 - MJP2020-2025 - officiële versie

Besluit:

De gemeenteraad neemt kennis van de opvolgingsrapportering van het eerste semester 2025 m.b.t. het meerjarenplan 2020-2025." "

De gemeenteraad neemt kennis van de opvolgingsrapportering eerste semester 2025 m.b.t. het meerjarenplan 2020-2025.

Gemeenteraad 18 september 2025

Kennisneming informatieveiligheidsverslag 2024 en veiligheidsplan voor het lokaal bestuur Tielt-Winge

Motivering

Feiten en context

Dimitri Ceyssens, externe functionaris gegevensbescherming (DPO) voor het lokaal bestuur Tielt-Winge, heeft het jaarverslag 2024 toegestuurd alsook het veiligheidsplan 2025 - 2027.

Juridische gronden

●         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

●         Wet van 30 juli 2018 betreffende de bescherming van natuurlijk personen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens.

●         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

●         Decreet van 18 juli 2008 betreffende het elektronische bestuurlijke gegevensverkeer.

●         Besluit van de Vlaamse Regering van 23 november 2018 betreffende de functionarissen voor gegevensbescherming.

●         De beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 8 juli 2025 houdende de kennisneming jaarverslag informatieveiligheid 2024  en veiligheidsplan 2025 - 2027.

Adviezen

Positief advies van de functionaris voor de gegevensbescherming van het lokaal bestuur Tielt-Winge, Dimitri Ceyssens, en het college van burgemeester en schepenen.

Argumentatie

Informatieveiligheid is een essentieel onderdeel van de digitale infrastructuur in onze samenleving. Met de groeiende dreiging van cyberaanvallen en digitale ontwrichting hebben zowel publieke als private organisaties de verantwoordelijkheid om hun informatiehuishouding te beschermen.

Het lokaal bestuur Tielt-Winge volgt een traject in het kader van informatieveiligheid en dit aangeboden door VERA.

Informatiebeveiliging is het geheel aan beheersmaatregelen die er voor zorgen dat de vertrouwelijkheid, de integriteit en de beschikbaarheid van alle vormen van informatie - zowel elektronische, digitale als papieren vorm - behouden blijven, met als doel de continuïteit van de informatie en de informatievoorziening te waarborgen en de eventuele gevolgen van informatiebeveiligingsincidenten tot een acceptabel, vooraf bepaald niveau te beperken. Het gaat niet alleen om technische maatregelen, zoals firewalls of antivirussoftware, maar ook om beleidsmaatregelen, procedures en bewustwording onder personeelsleden.

Het informatieveiligheidsbeleid wordt periodiek, of zodra zich belangrijke wijzigingen voordoen, beoordeeld en zo nodig bijgesteld. Bij een actualisatie worden nieuwe ontwikkelingen op het terrein van de bedrijfsvoering en op het terrein van informatieveiligheid en privacy meegenomen.

Er dient elk jaar, conform het besluit van de Vlaamse Regering van 23 november 20218, een jaarverslag inzake informatieveiligheid opgesteld te worden door de aangestelde functionaris gegevensbescherming met een beschrijving van de uitgevoerde werkzaamheden en werkpunten van het meerjarige informatieveiligheidsplan.

Het afgelopen jaar werden vooral investeringen uitgevoerd op gebied van cyberveiligheid maturiteit. Dit heeft als resultaat dat de beveiliging van de gegevens van de burgers aanzienlijk verhoogd wordt. Een nieuwe firewall werd geïmplementeerd met betere beveiliging. Er werd ook een nieuw Wifi-beleid uitgewerkt en geïmplementeerd voor alle locaties.

Personeelsleden werden ook via verschillende methoden gesensibiliseerd op cybergevaren, zoals bijvoorbeeld via phishing. Ook de raadsleden werden gesensibiliseerd via presentaties ter plaatse over diverse topics. Dit zal ook in de toekomst herhaald worden.

Wat betreft toegangsbeheer is een nieuwe procedure ingeleid zodat het afdelingshoofd ondersteunende diensten altijd controle blijft uitoefenen op de toegangsrechten van diverse overheidsapplicaties. Zowel de in -en uitdienstprocedure is hiervoor van belang, een functieprofielen-matrix is ook in ontwerp.

Voor de GDPR-wetgeving werd het verwerkingsregister geüpdatet en veel nieuwe verwerkingsovereenkomsten afgesloten.

Voor 2025 gaat de focus meer op beleid zijn en procedures, alsook verdere investeringen in cyberveiligheid. Het cybernoodplan als onderdeel van DRP zal ook verder worden uitgewerkt.

In januari 2023 is de NIS2-richtlijn (Network and Informatie Security 2) van kracht gegaan op Europees niveau en in 2024 werd deze omgezet naar nationale wetgeving. In België is deze wetgeving verankerd via de NIS2-wetgeving en ondersteund door het Cyberfundamentals Framework van het Centrum voor Cybersecurity België (CCB). De NIS2- richtlijn is de opvolger van de oorspronkelijke NIS en beoogt een geharmoniseerd niveau van cybersecurity binnen de EU. De richtlijn stelt strengere eisen aan organisaties die als essentieel of belangrijk worden gezien (deze sectoren zijn energie, vervoer, gezondheidszorg, digitale infrastructuur en overheid) en heeft dus een grote invloed op onze doelstellingen in het kader van informatieveiligheid.

Concreet legt NIS2 volgende verplichtingen op:

●         Registratie op Safeonweb@Work

●         Maatregelen voor het beheer van cyberbeveiligingsrisico's

●         Incidentrapportage binnen 24 uur aan het CCB

●         Verantwoordelijkheid op bestuursniveau

●         Samenwerking met de autoriteiten.

In de NIS2-wet staat dat de maatregelen gebaseerd zijn op een benadering die alle gevaren omvat en tot doel hebben netwerk- en informatiesystemen en hun fysieke omgeving te beschermen tegen incidenten. In de wet worden 11 minimummaatregelen genoemd die elke NIS2-entitieit moet implementeren:

●         Beleid voor risicoanalyse en beveiliging van informatiesystemen

●         Incidentenbeheer

●         Bedrijfscontinuïteit en crisisbeheer

●         De beveiliging van de toeleveringsketen

●         Beveiliging bij het verwerven, ontwikkelen en onderhouden van netwerk- en informatiesystemen, met inbegrip van de respons op en bekendmaking van kwetsbaarheden

●         Een beleid voor de gecoördineerde bekendmaking van kwetsbaarheden

●         Beleid en procedures om de effectiviteit van maatregelen voor het beheer van cyberbeveiligingsrisico's te beoordelen

●         Cyberhygiëne en opleiding op het gebied van cyberbeveiliging

●         Beleid en procedures over cryptografie en in voorkomend geval encryptie

●         Beveiligingsaspecten ten aanzien van personeel, toegangsbeleid en beheer van activa

●         Wanneer gepast, meerstapsverificatie, beveiligde communicatie en beveiligde noodcommunicatiesystemen binnen de entiteit.

Het Cyberfundamentals Framework is een praktisch instrument van het CCB dat organisaties helpt om hun cyberbeveiliging op een systematische manier op te bouwen en de implementatie van bovenstaande maatregelen te vergemakkelijken. Het bestaat uit drie maturiteitsniveaus (basis, gemiddeld en geavanceerd), met telkens concrete aanbevelingen op vlak van:

●         Toegangsbeheer

●         Netwerksegmentatie

●         Patchbeheer

●         Awareness & opleiding

●         Logging & monitoring.

Informatieveiligheid is het doel, NIS2 is het juridisch kader en Cyberfundamentals Framework is de praktische invulling. Of met andere woorden: NIS2 zegt wat er moet gebeuren en Cyberfundamentals toont hoe we dit concreet kunnen doen. Vanaf 2025 is het informatieveiligheidsplan dan ook aangepast aan deze wetgeving en richtlijnen.

Het toezicht/de regelmatige conformiteitsbeoordeling van essentiële entiteiten verloopt stapsgewijs. Op basis van de risicobeoordeling dienen wij te voldoen aan het zekerheidsniveau 'basis' en hebben we een deadline van 18 maanden (uiterlijk op 18 april 2026) om een verificatie te verkrijgen door een geaccrediteerde en erkende conformiteitsbeoordelingsinstantie (CAB).

Informatieveiligheid is niet langer alleen een technische kwestie, maar een strategisch en beleidsmatig thema. Bestuursorganen van NIS2-entiteiten moeten maatregelen voor het beheer van cyberbeveiligingsrisico's goedkeuren en toezicht houden op de uitvoering ervan. Als de entiteit haar verplichtingen met betrekking tot risicobeheersmaatregelen niet nakomt, is het bestuursorgaan aansprakelijk.

Het betaamt dat de raad om redenen van transparantie formeel in kennis wordt gesteld van dit rapport.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

Bijlagen

●         Jaarverslag informatieveiligheid 2024 voor lokaal bestuur Tielt-Winge

●         Veiligheidsplan 2025 - 2027

●         Informatieveiligheid- en privacybeleid gemeente en OCMW Tielt-Winge 2025-2030

Besluit:

De gemeenteraad gaat over tot kennisneming van het jaarverslag informatieveiligheid 2024 van lokaal bestuur Tielt-Winge en het veiligheidsplan 2025 - 2030, alsook van het informatie veiligheids- en privacybeleid, als bijlage." "

Kennisneming van jaarverslag informatieveiligheid 2024.

Gemeenteraad 18 september 2025

Gebruikersreglement culturele infrastructuur

Motivering

Feiten en context

Het gebruikersreglement voor het gebruik van de culturele infrastructuur werd voor het laatst aangepast in september 2023. Er zijn intussen factoren die een aanpassing van het gebruikersreglement vergen.

Juridische gronden

●         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

●         Gemeenteraadsbeslissing van 21 september 2023 over het gebruiksreglement culturele infrastructuur.

Adviezen

Geen adviezen.

Argumentatie

De laatst goedgekeurde versie van het gebruikersreglement culturele infrastructuur dateert van 2023 en is aan een update toe. Zo worden de kasten met servies en bestek steeds allemaal geopend wanneer er infrastructuur gehuurd wordt waarbij de keuken wordt gevraagd. Dit wordt als extra punt (7) opgenomen in het reglement.

Punt 29 betreft trouwens een uitdovend systeem dat enkel nog van toepassing is voor zaal Sint-Denys.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

Bijlagen

Geen bijlagen.

Besluit:

eenparig aangenomen.
Artikel 1

Het gebruikersreglement gemeentelijke culturele infrastructuur wordt door de gemeenteraad goedgekeurd voor de periode 1 oktober 2025 tot en met 31 december 2027 behoudens tussenkomende wijzigingen goedgekeurd door de gemeenteraad.

Het gebruikersreglement gemeentelijke culturele infrastructuur (versie 18.09.2025) luidt als volgt:

1. De infrastructuur (zalen en lokalen) staat in de eerste plaats ter beschikking van de verenigingen en particulieren actief of wonende te Tielt-Winge.
2. Door infrastructuur aan te vragen verklaart de aanvrager kennis genomen te hebben van het retributie- en gebruikersreglement.
3. Bij meerdere aanvragen voor eenzelfde lokaal, gebouw of accommodatie voor dezelfde periode zal voorrang gegeven worden aan verenigingen en particulieren actief of wonende te Tielt-Winge en vervolgens op volgorde van inschrijving (hoogstens één jaar vooraf). Verenigingen en gebruikers van buiten Tielt-Winge kunnen hooguit zes maanden vooraf een zaal of lokaal reserveren. Grote evenementen vergen overleg, zo ook voor organisatoren van buiten Tielt-Winge. Indien de verhuringsagenda het toelaat kunnen in dit geval grotere evenementen vroeger dan zes maanden vooraf geboekt worden.
4. De zogenaamde ‘vaste’ verhuringen worden niet automatisch eindeloos in de tijd gereserveerd voor de desbetreffende vereniging. Deze vereniging dient haar datum voor het volgende jaar te reserveren binnen de drie weken volgend op de activiteit. Na drie weken wordt de datum vrijgegeven voor andere gebruikers. Verenigingen en particulieren van buiten de gemeente kunnen zich niet beroepen op het principe van de ‘vaste’ verhuringen. Hetzelfde geldt voor de opties: drie weken bedenktijd.
5. Elke aanvraag dient steeds door een meerderjarige persoon ingediend te worden, gedagtekend en genaamtekend te zijn. Bij vaststelling van onjuiste gegevens kan de verhuring geweigerd worden. Wanneer deze vaststelling gedaan wordt na de activiteit zal een boete aangerekend worden. Bij risicoactiviteiten in de zalen moet een waarborg betaald worden. De sleutel wordt pas ter beschikking gesteld na ontvangst van de waarborg.
6. De huurovereenkomst is gesloten na wederzijdse ondertekening van het contract. De activiteit kan ten laatste veertien dagen op voorhand geannuleerd worden. Bij annulering wordt er steeds 50% van de huurprijs aangerekend, behoudens in geval van overmacht. Wat het bestellen van materialen betreft: dit kan in optie genomen worden tot er bijvoorbeeld meer zekerheid is over het aantal aanwezigen. Materiaal definitief boeken en nadien terugvorderen ten gevolge van bijvoorbeeld mindere publieksopkomst wordt niet toegestaan.
7. Wanneer men de zaal huurt met keuken worden alle bestek- en servieskasten vooraf geopend. De gebruikte glazen, tassen, borden en bestek worden geordend terug in de kasten geplaatst na gebruik. Er wordt steeds vooraf aan het secretariaat van De Maere doorgegeven voor hoeveel personen men bestek en servies zal gebruiken in functie van de controle achteraf.
8. Het college van burgemeester en schepenen kan de huur of het gebruik van de infrastructuur weigeren aan aanvragers die in het verleden hun verplichtingen niet nakwamen.
9. Wanneer men nog nooit eerder gebruik heeft gemaakt van de infrastructuur is de gebruiker verplicht om een afspraak te maken (via de dienst cultuur en samenleving) zodat er met een medewerker ter plaatse een rondgang kan gebeuren. Men kan altijd een afspraak maken in geval van twijfel of onzekerheid in verband met de infrastructuur, de benodigdheden en de apparatuur.
10. Alle onkosten zoals SABAM, billijke vergoeding, toelating tot het schenken van dranken van hoge gisting, burgerlijke- en contractuele aansprakelijkheid vallen ten laste van de gebruiker.
11. Elke gebruiker verschaft vrije toegang aan het personeel van het lokaal bestuur in werkopdracht.
12. De toegang tot de regiekamer en de technische lokalen is verboden tenzij anders overeengekomen.
13. Aan de gebruiker is het verboden ramen, deuren, muren, panelen, vloeren, … te benagelen, te beplakken of te beschrijven. Publiciteit en versieringen binnen of buiten de infrastructuur kunnen slechts na overleg met de dienst cultuur en samenleving aangebracht worden en dienen na de activiteit verwijderd te worden zonder beschadiging.
14. Er worden geen wijzigingen aangebracht aan de infrastructuur. Zo zullen er nooit attributen bevestigd worden aan muren en plafonds zonder de voorafgaandelijke toestemming van de verantwoordelijke van de dienst cultuur en samenleving.
15. De noodverlichting mag nooit uitgeschakeld worden. Voor de aanvang van de activiteiten dienen de instructies inzake brandbestrijding gelezen te worden. Deze bevinden zich bij de brandblusapparaten. De brandblussers en brandhaspels moeten ten allen tijde bereikbaar zijn.
16. Het is nuttig om zelf een EHBO-kit te voorzien bij het inrichten van activiteiten.
17. De gebruiker is steeds verantwoordelijk voor de schade aan het gebouw en aan het materiaal die door hemzelf en zijn aangestelden of door de deelnemers aan de door hem ingerichte activiteit aangebracht wordt. De schade moet vergoed worden.
18. Het lokaal bestuur wijst alle verantwoordelijkheid af voor diefstal en beschadiging van materiaal dat toebehoort aan de gebruiker alsook voor gebeurlijke ongevallen en schade aan derden, veroorzaakt door de gebruiker.
19. De gebruiker is verplicht de tafels en stoelen af te wassen, af te drogen, weg te bergen en de vloer te borstelen. Het napoetsen (met water en zeep) van de infrastructuur gebeurt steeds door personeel van het lokaal bestuur. De keuken- en toogvloer worden met water en zeep door de huurder gepoetst, alsook de apparaten, werkbladen en spoelbakken.
20. In principe wordt er geen onderhouds- of technisch personeel ingeschakeld tijdens het weekend. In volgende gevallen wordt er in regel nooit personeel ingeschakeld (tenzij voor gelegenheden georganiseerd door of in samenwerking met het lokaal bestuur): wettelijke feestdagen en collectieve sluitingsdagen. In deze gevallen zal slechts één verhuring worden toegestaan zodat er geen onderhouds- of technisch personeel dient ingeschakeld te worden.
21. De activiteiten starten ten vroegste om 9 uur zodat het onderhouds- en technisch personeel de kans krijgt om te poetsen na de voorgaande activiteit. Uitzonderingen hierop kunnen alleen worden toegestaan door het college van burgemeester en schepenen na advies van de dienst cultuur en samenleving.
22. De gebruiker krijgt vooraf de code van het sleutelkastje waarin zich de sleutels bevinden van de gevraagde infrastructuur.
23. De lokalen en buitenterreinen moeten ontruimd zijn voor de overeengekomen tijd en uur. De gebruiker dient zelf het afval mee naar huis te nemen. Voor grote activiteiten huurt de organisator bij het lokaal bestuur een restafvalcontainer (via het evenementenformulier).
24. De gebruiker zal er over waken dat het rookverbod nageleefd wordt.
25. De gebruiker verbindt er zich toe de gebruikte infrastructuur achter te laten in de staat waarin ze zich bevond bij aanvang en alle in bruikleen gegeven voorwerpen terug te plaatsen. De verlichting en verwarming wordt door de gebruiker uitgeschakeld na de activiteit en de deuren en ramen worden gesloten. Eventuele bemerkingen worden gemeld aan de dienst cultuur en samenleving.
26. Bij niet naleving van de algemene voorschriften zullen boetes worden aangerekend bij volgende inbreuken:

○         niet poetsen of uitborstelen

○         niet opruimen

○         niet poetsen van de apparaten, werkbladen, spoelbakken, materialen en/of de vloer (met water en zeep) in de keuken

○         materiaal dat verdwenen/beschadigd is uit de keuken of uit de zalen: het bedrag voor vervangings- of herstellingskosten.

○         het verstrekken van onjuiste informatie.

27. Er zal geen personeel opgevorderd worden voor het in orde brengen van zaken die niet vooraf werden aangevraagd.
28. Voor bediening van de lichtinfrastructuur kan beroep gedaan worden op technisch personeel van het lokaal bestuur als de aanvraag minstens drie maanden op voorhand gebeurt en op voorwaarde dat de aanvraag past in de werkplanning van het personeel. De gebruiker mag ook zelf instaan voor de bediening van de lichtinfrastructuur wanneer men kan aantonen dat de bediening met kennis van zaken kan gebeuren, bijvoorbeeld door inschakelen van een externe firma. Elk gebruik van de lichtinfrastructuur zal geweigerd worden als er niet vooraf met de verantwoordelijke van de dienst cultuur en samenleving werd overlegd. Zonder toelating wordt er geen toegang verleend tot de stockage- en technische ruimten.
29. Elke gebruiker is verplicht om de nodige dranken te bestellen bij de drankenleverancier aangeduid door het lokaal bestuur.
30. Zijn vrijgesteld van het betalen van enige huursom: het lokaal bestuur van Tielt-Winge, de gemeentelijke adviesraden en werkgroepen, Rode Kruis Vlaanderen, elk initiatief dat de toelating verkreeg van het lokaal bestuur tot het gratis gebruik van de culturele infrastructuur.
31. Voor de organisatie van een benefiet betaalt elke huurder die inwoner is van Tielt-Winge het goedkoopste tarief – met inkomsten. Ook al is de organisator of organiserende vereniging niet aangesloten bij een gemeentelijke adviesraad. Het college van burgemeester en schepenen bepaalt na onderzoek van de aanvraag welke initiatieven hiervoor in aanmerking komen.
32. De gebruiker verklaart bij ondertekening van het huurcontract het retributie- en gebruikersreglement ontvangen te hebben.
33. Alle zaken die niet vervat zitten in dit reglement, vallen onder de beslissingsbevoegdheid van het college van burgemeester en schepenen.

Artikel 2

Het reglement van 21 september 2023 wordt door deze gemeenteraadsbeslissing opgeheven met ingang vanaf 1 oktober 2025.

Artikel 3

Het gebruikersreglement wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 285 e.v. van het Decreet over het lokaal bestuur en treedt in werking conform artikel 288 van hetzelfde decreet.

Artikel 4

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van dit reglement.

Artikel 5

Deze beslissing is onderworpen aan het bestuurlijk toezicht zoals dit geregeld wordt in het Decreet over het lokaal bestuur." "

Goedkeuring gebruikersreglement gemeentelijke culturele infrastructuur 2025-2027.

Gemeenteraad 18 september 2025

Huishoudelijk reglement voor gebruikers van de openbare bibliotheek van Tielt-Winge

Motivering

Feiten en context

Sinds de verhuis van de hoofdbibliotheek van gebouw 't Jongensschool naar de Sint-Martinuskerk, en de schoolbibliotheek van gemeenschapscentrum De Maere naar het voormalig sociaal huis, hanteert de bibliotheek op bepaalde vlakken een andere werkwijze.

Het actueel huishoudelijk reglement dateert van 19 mei 2022 en dient aangepast te worden aan de huidige situatie.

Juridische gronden

●         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017

●         Huishoudelijk reglement voor gebruikers van de openbare bibliotheek goedgekeurd op de gemeenteraad van 19 mei 2022

Adviezen

Geen adviezen.

Argumentatie

Sinds de verhuis van de hoofdbibliotheek van gebouw 't Jongensschool naar de Sint-Martinuskerk, en de schoolbibliotheek van gemeenschapscentrum De Maere naar het voormalig sociaal huis, hanteert de bibliotheek op bepaalde vlakken een andere werkwijze. Hierdoor heeft ons huidige reglement een update nodig.

De grootste wijzigingen ten opzichte van het vorige reglement zijn de volgende:

●Artikel 6 inleveren van materialen: sinds de verhuis werkt de bibliotheek met een inleverbox waar de leden hun geleend materiaal in kunnen achterlaten.

●Artikel 8 reserveren: doordat de bibliotheek werkt met een magazijn omdat niet alle boeken in de kerk uitgestald staan, wordt de reserveringskost van 0,5 euro afgeschaft. Lezers kunnen gratis een boek reserveren (online, telefonisch of aan de balie) waarna het uit het magazijn wordt gehaald en voor hen wordt klaargelegd.

●Verder zijn er nog wat technische en administratieve wijzigingen, zoals het adres.

Financiële gevolgen

Er zijn geen direct-toewijsbare financiële gevolgen door de aanpassing van het reglement.

Bijlagen

●         Brochure bibliotheek Tielt-Winge

●         Privacyverklaring Cultuurconnect Bibliotheeksysteem

Besluit:

eenparig aangenomen.
Artikel 1

Het nieuwe huishoudelijk reglement voor gebruikers van de openbare bibliotheek (versie 18.09.2025) luidt als volgt:

Artikel 1 – Algemene bepalingen

De bibliotheek van Tielt-Winge is vrij toegankelijk voor iedereen. Haar collecties boeken, tijdschriften, audiovisuele materialen, haar dienstverlening en haar activiteiten worden in een geest van objectiviteit aangepast aan al de behoeften van ontwikkeling, opvoeding, informatie en ontspanning van de gehele bevolking.

Artikel 2 – Contactgegevens en openingsuren

Gemeentelijke openbare bibliotheek, Optielt 3A, 3390 Tielt-Winge

Website: https://tielt-winge.bibliotheek.be/

E-mail: bibliotheek@tielt-winge.be

Tel.: 016 63 24 24

Uitleenpost Sint-Joris-Winge (schoolbibliotheek), Tiensesteenweg 2, 3390 Tielt-Winge

Artikel 3 – Lidmaatschap

Een lener wordt ingeschreven op voorlegging van het identiteitsbewijs. Inschrijvingen tot 18 jaar zijn gratis. Voor de inschrijving van jongeren tot 14 jaar is de toestemming van de ouders vereist. Standaard geldt het eID als lidkaart van de bibliotheek. Indien dit niet mogelijk is of indien gewenst kan een aparte lidkaart aangemaakt worden. Bij verlies van een lidkaart kan een nieuwe aangeleverd worden. Vergoedingen in verband met het lidmaatschap zijn opgenomen in het retributiereglement.

Iedere lener is aansprakelijk voor de op zijn lidmaatschap ontleende werken. Elke gegevenswijziging zoals bijvoorbeeld adres, e-mailadres of telefoonnummer worden onmiddellijk door de leden zelf meegedeeld.

De gegevens van de leners worden in het ledenbestand van de bibliotheek opgenomen, in overeenstemming met algemene verordening gegevensbescherming van 25 mei 2018. Meer informatie over de verwerking van persoonsgegevens van onze bibliotheekwebsite kan je vinden via volgende link https://bibliotheek.be/privacyverklaring-bibliotheeksysteem.

De bibliotheek van Tielt-Winge is aangesloten bij het slim netwerk. Het slim netwerk is een samenwerkingsverband tussen bibliotheken. Je lidmaatschap in Tielt-Winge betekent ook je lidmaatschap in alle bibliotheken die aangesloten zijn op dit slim netwerk, zonder bijkomende kosten. Het lidmaatschap geldt voor 12 maanden. Om je lidmaatschap in één van de andere aangesloten bibliotheken te activeren, dien je ter plaatse te gaan.

Artikel 4 – Uitlenen

4.1 Lenen van materialen

Het ontlenen van materialen is gratis. Zonder geldig lidmaatschap kunnen er geen materialen ontleend worden. Per lidmaatschap kunnen er 15 materialen ontleend worden met een vastgesteld maximum per materiaalsoort. De materialen mogen niet verder uitgeleend worden. De meest recente nummers van tijdschriften worden niet uitgeleend, deze kunnen wel ter plaatse worden geraadpleegd.

Een e-boek kan uitgeleend worden op een toestel van de bibliotheek maar kan ook op een persoonlijke e-reader van de bibliotheekgebruiker uitgeleend worden.

Het opzetten of afhalen van e-boeken (zowel op e-reader van de bibliotheek als op een persoonlijke e-reader) kan enkel door een bibliotheekmedewerker.

Het kopiëren en/of verwijderen van een e-boek van de bibliotheek op een persoonlijke e-reader van de bibliotheekgebruiker is niet toegestaan.

4.2 Lenen van materialen door leerkrachten

Op vertoon van een lerarenkaart mag het onderwijspersoneel in totaal 20 materialen per lidmaatschap ontlenen, het standaard lidmaatschap en de boetetarieven blijven van toepassing.

4.3 Lenen van materialen door klassen

Klassen die zich op regelmatige basis aanbieden om materialen te ontlenen uit de bibliotheek, krijgen een klaslidmaatschap. Zij mogen in totaal 60 materialen ontlenen per lidmaatschap. Een klaslidmaatschap is gratis en boetevrij.

4.4 Lenen van materialen door diensten van het lokaal bestuur

Diensten van het lokaal bestuur mogen een onbeperkt aantal materialen per lidmaatschap ontlenen. De diensten hoeven geen lidgeld te betalen en zijn boetevrij.

Artikel 5 – Verlengen

De uitleentermijn van materialen kan tweemaal verlengd worden. Verlengen kan niet wanneer de uitleentermijn verstreken is of wanneer het materiaal gereserveerd is door een andere lener. Verlengen gebeurt bij voorkeur aan de zelfuitleenbalie of via het Mijn Bibliotheek account. Indien dit niet mogelijk is kan er ook via e-mail, telefonisch of aan de balie verlengd worden. Vermeld steeds uw lenersnummer wanneer u dit doet.

Artikel 6 – Inleveren van materialen

Materialen moeten worden ingeleverd op de locatie waar ze werden uitgeleend. Geleende materialen uit de hoofdbibliotheek kunnen ook in de brievenbus aan de hoofdbibliotheek ingeleverd worden.

Artikel 7 – Boetes

Gebruikers met een geldig e-mailadres krijgen 5 dagen voor de inleverdatum een inleverattentie per e-mail. Indien geleende materialen niet op tijd worden ingeleverd, wordt er een boete aangerekend. Wanneer de uitleentermijn verstreken is wordt er een eerste aanmaning gestuurd na 7 dagen, een tweede aanmaning na 14 dagen, een materiaalsvergoedingsnota na 28 dagen en een aangetekende deurwaardersprocedure verstuurd na 56 dagen. Indien er een e-mailadres gekend is worden de aanmaningen via e-mail verzonden, anders per brief. De tarieven zijn terug te vinden in het retributiereglement.

Iedere lener is zelf verantwoordelijk voor het tijdig inleveren van materialen. Het niet ontvangen van een herinneringsmail kan niet ingeroepen worden als excuus.

Het lidmaatschap wordt automatisch geblokkeerd als je meer dan 30 euro openstaande kosten hebt of wanneer je niet reageert op de materiaalvergoedingsnota. Je kan dan geen materialen meer ontlenen. Als de openstaande schulden vereffend zijn, wordt het lidmaatschap automatisch gedeblokkeerd.

Artikel 8 – Reserveren

Het reserveren van materialen of een toestel is mogelijk. Per lener kunnen er 3 werken en 1 toestel gereserveerd worden. Reserveren kan in de bibliotheek zelf of via je Mijn Bibliotheek account. Gereserveerde materialen worden 2 weken opzij gehouden. De aanvrager wordt per e-mail of telefonisch op de hoogte gebracht wanneer zijn reservatie klaar ligt. Voor het reserveren van een toestel geldt dezelfde procedure.

Artikel 9 – Beschadiging en/of verlies

Iedere lener is verantwoordelijk voor de op zijn naam geleende materialen. Bij het ontvangen van een beschadigd materiaal dient hij het personeel van de bibliotheek te verwittigen, zo niet kan hij hiervoor aansprakelijk gesteld worden. Bij verlies en/of beschadiging zal de lener de nieuwprijs van het materiaal vergoeden door middel van een waardebon bij een leverancier waar de bibliotheek een raamovereenkomst heeft. Bij gedeeltelijke beschadiging van een materiaal bepaalt het diensthoofd/verantwoordelijke het bedrag van de vergoeding.

De bibliotheek kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor defecten of schade aan afspeelapparatuur van de lener door het gebruik van ontleende materialen.

Artikel 10 – Interbibliothecair leenverkeer (IBL)

Materialen die niet in de collectie van de bibliotheek voorhanden zijn, kunnen ook aangevraagd worden in een andere bibliotheek. Hiervoor wordt een administratieve kost aangerekend.

Artikel 11 – Fotokopieën en prints

Tegen vergoeding kunnen er fotokopieën in zwart-wit genomen worden. Indien er informatie van het internet wordt geprint, wordt hiervoor dezelfde vergoeding gevraagd. In beide gevallen moeten de bepalingen van het auteursrecht worden nageleefd. De volledige verantwoordelijkheid hiervan berust bij de gebruiker.

Artikel 12 – Gebruik van internet

De bibliotheek biedt gratis internet aan tijdens haar openingsuren. Men moet in bezit zijn van een geldig lidmaatschap om gebruik te maken van het internet. Men kan tot een uur gebruik maken van de desktopcomputer en dit kan verlengd worden indien er geen andere gebruikers zich aanbieden. Deze computer kan op voorhand gereserveerd worden. Kinderen jonger dan 10 jaar dienen vergezeld te worden van een volwassene. Het is verboden de computers te gebruiken voor illegale of commerciële doeleinden en voor het bezoeken van aanstootgevende websites en goksites. Het is niet toegestaan om gegevens op de harde schijf van de computer op te slaan, alsook het verwijderen, aanpassen of beschadigen van computerinformatie of software. Gebruikers mogen gegevens van het internet overnemen op een USB-stick of papier. De bibliotheek kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor het tijdelijk niet beschikbaar zijn van internet of het verlies van gegevens. Sancties bij het niet naleven van deze regels gaan van het vergoeden van de veroorzaakte schade tot het tijdelijk of definitief uitsluiten uit de bibliotheek.

Artikel 13 – Ontlenen toestellen

Om een toestel te ontlenen moet je lid zijn van de bibliotheek van Tielt-Winge en minimum 14 jaar zijn. Elke vorm van afspeelapparatuur wordt aanzien als een toestel. De meest voorkomende zijn een daisyspeler en een e-reader. Een toestel reserveren is enkel mogelijk als het toestel is uitgeleend. Het afhalen en terugbrengen van een toestel (een e-reader in een beschermhoes) kan enkel aan de onthaalbalie. Op dat ogenblik zal een medewerker het toestel controleren op schade en/of ongeoorloofd gebruik. De uitleentermijn bedraagt vier weken en kan twee keer verlengd worden maar enkel wanneer het toestel niet gereserveerd is. Bij het te laat binnenbrengen zijn de standaard boetetarieven van een boek van toepassing. Bij verlies of beschadiging van het toestel (en/of de beschermhoes in geval van een e-reader) wordt het volledige aankoopbedrag van deze materialen aan de gebruiker aangerekend.

Artikel 14 – Specifieke bepalingen

In de bibliotheek geldt een totaal rookverbod, ook het meebrengen van eten en drank is niet toegestaan.

Gebruikers van de bibliotheek dienen de rust en privacy van de andere gebruikers te respecteren. Bij storend gedrag kan het verantwoordelijk personeelslid de gebruiker de toegang tot de bibliotheek ontzeggen.

Betwistingen over betalingen kunnen enkel op vertoon van het ticket van betalingsbewijs.

De bibliotheek kan niet aansprakelijk gesteld worden voor beschadigingen en/of diefstal van persoonlijke voorwerpen in de bibliotheek.

Artikel 15 – Slotbepaling

De bibliotheekgebruiker verklaart zich akkoord met dit huishoudelijk reglement dat hij ontvangt bij inschrijving. Het huishoudelijk reglement wordt per e-mail bezorgd. Indien gewenst kan er ook een exemplaar op papier bekomen worden. Bij overtreding van het huishoudelijk reglement, vertoon van onbehoorlijk gedrag en dergelijke kan het diensthoofd/verantwoordelijke verantwoord overgaan tot de uitsluiting van inschrijving, toegang en gebruik bibliotheek. Alle onvoorziene gevallen worden door het diensthoofd/verantwoordelijke afgehandeld en indien nodig door het college van burgemeester en schepenen.

Artikel 2

Dit besluit wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 285 en volgende van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en treedt in werking volgens artikel 288 van het decreet over het lokaal bestuur.

Het huishoudelijk reglement voor gebruikers van de openbare bibliotheek, zoals vastgesteld bij gemeenteraadsbeslissing van 19 mei 2022, wordt opgeheven door deze beslissing op datum van inwerkingtreding van dit besluit.

Artikel 3

Deze beslissing is onderworpen aan de toepassing van het bestuurlijk toezicht zoals blijkt uit artikels 330 en volgende van het decreet over het lokaal bestuur." "

Goedkeuring nieuw huishoudelijk reglement voor gebruikers van de openbare bibliotheek van Tielt-Winge.

Gemeenteraad 18 september 2025

Retributiereglement voor gebruikers van de openbare bibliotheek van Tielt-Winge 2025 - 2027

Motivering

Feiten en context

De financiële toestand van de gemeente verantwoordt de instelling en heffing van deze retributie.

Door de verhuis van de bibliotheek van gebouw 't Jongensschool naar kerk Sint-Martinus is er een aanpassing nodig in het huidige retributiereglement.

Juridische gronden

●         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

●         Omzendbrief KB ABB-2019/2 ‘Coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit’ van 15 februari 2019.

●         Gemeenteraadsbeslissing van 19 oktober 2023 over het retributiereglement voor gebruikers van de openbare bibliotheek van Tielt-Winge 2024-2025.

Adviezen

Geen adviezen.

Argumentatie

Voor levering van een in dit reglement bedoelde prestatie of dienst door de gemeente in het individueel belang of voordeel van diegene die gebruik maakt van die dienst of prestatie is een redelijke vergoeding in verhouding tot de kostprijs van de geleverde prestatie of dienst onder de vorm van een retributie aangewezen.

Door de verhuis van de bibliotheek van gebouw 't Jongensschool naar kerk Sint-Martinus is er een aanpassing nodig in het huidige retributiereglement. In het verleden werd er 0,5 euro aangerekend om een boek dat niet aanwezig was te reserveren. Sinds de verhuis werkt de bibliotheek met een magazijn omdat niet alle boeken in de kerk uitgestald staan. Door deze nieuwe werkwijze voor het reserveren van boeken, vervalt deze kost.

Punt 4 reserveren in artikel 1 valt weg uit het reglement.

Financiële gevolgen

Er zijn geen direct-toewijsbare financiële gevolgen. Deze retributie geldt als een billijke vergoeding voor levering van een in het reglement bedoelde prestatie of dienst door de gemeente in het individueel belang of voordeel van diegene die gebruik maakt van die dienst of prestatie. De geraamde inkomsten uit deze retributie worden opgenomen in het meerjarenplan.

Bijlagen

Geen bijlage.

Besluit:

eenparig aangenomen.
Artikel 1

Het retributiereglement voor gebruikers van de openbare bibliotheek van Tielt-Winge (versie 18.09.2025) wordt door de gemeenteraad goedgekeurd voor de periode 2025 t.e.m. 2027, behoudens tussenkomende wijzigingen goedgekeurd door de gemeenteraad.

De retributie wordt bepaald als volgt:

1. Lidmaatschap

Een lidmaatschap in de bibliotheek is gratis tot de leeftijd van 18 jaar, hierna kost een inschrijving 5 euro. Een lidmaatschap is 12 maanden geldig. Een lener wordt ingeschreven op voorlegging van zijn identiteitsbewijs. Indien dit niet mogelijk is of gewenst kan er een aparte lidkaart aangemaakt worden. Bij verlies van een lidkaart kan een nieuwe aangemaakt worden tegen een vergoeding van 3 euro.

2. Uitlenen

Het ontlenen van materialen is gratis wanneer je een geldend lidmaatschap hebt.

3. Boetes

Voor het laattijdig inleveren van ontleende materialen wordt er een boete aangerekend van 0,1 euro per materiaal per openingsdag van de bibliotheek. De kosten voor het verzenden van een herinnering is 1 euro en voor een aangetekende zending 5,5 euro.

De procedure loopt als volgt:

●         Inleverattentie via e-mail 5 dagen voor de inleverdatum.

●         1ste herinneringsbrief wordt 7 dagen na inleverdatum verzonden, indien er een e-mailadres beschikbaar is via e-mail anders via brief. Via brief wordt er een portkost van 1 euro aangerekend.

●         2de herinneringsbrief wordt 14 dagen na inleverdatum verzonden, indien er een e-mailadres beschikbaar is via e-mail anders via brief. Via brief wordt er een portkost van 1 euro gerekend.

●         Een materiaalvergoedingsnota wordt verstuurd via brief 28 dagen na het verstrijken van de inleverdatum. Hiervoor wordt een postkost aangerekend van 1 euro. In deze nota wordt ook de vervangingskost aangerekend voor elk materiaal dat na de herinneringen nog steeds niet is ingeleverd. De lener wordt geblokkeerd en kan enkel nog openstaande kosten betalen en de materialen inleveren. Wanneer de materialen worden ingeleverd, vervalt de vervangingskost.

●         De deurwaardersprocedure treedt in werking 56 dagen na de inleverdatum. Indien de lener niet reageert op de materiaalvergoedingsnota, wordt deze procedure opgestart. De lener wordt op de hoogte gebracht via een aangetekend schrijven en wordt geblokkeerd. Deze lener kan de materialen niet meer inleveren en de kosten niet meer betalen in de bibliotheek. De verdere afhandeling gebeurt via de financiële dienst van het lokaal bestuur.

Beschadiging en/of verlies

Bij verlies en/of beschadiging zal de lener de nieuwprijs van het materiaal vergoeden door middel van een tegoed bon bij een leverancier waar de bibliotheek een raamovereenkomst heeft. Bij gedeeltelijke beschadiging van een materiaal bepaalt het diensthoofd het bedrag van de vergoeding.

4. Interbibliotheek leenverkeer (IBL)

Voor het aanvragen van materialen uit een andere bibliotheek wordt er een administratieve kost van 3 euro aangerekend.

5. Fotokopieën en prints

Voor het nemen van fotokopieën of prints wordt een retributie toegepast conform het retributiereglement op de afgifte van administratieve stukken dienst burgerzaken.

Prijs per afdruk (kopie of print):

●         Zwart/wit A4-formaat: 0,15 euro

●         Zwart/wit A3-formaat: 0,3 euro

Standaard wit papier (80 gram/m²) is inbegrepen in de prijs

Recto/verso = twee afdrukken

Afschriften in kleur zijn niet mogelijk in de bibliotheek.

6. Gebruik van internet

Ieder geldig lidmaatschap kan gratis gebruik maken van het internet in de bibliotheek.

7. Ontlenen toestellen

Het ontlenen van een toestel is gratis. Elke vorm van afspeelapparatuur wordt aanzien als een toestel. De meest voorkomende zijn een daisyspeler en een e-reader. Bij verlies of beschadiging van het toestel (en/of de beschermhoes in geval van een e-reader) wordt het volledige aankoopbedrag van deze materialen aan de gebruiker aangerekend door middel van een waardebon bij een leverancier waar de bibliotheek een raamovereenkomst heeft.

8. Verkoop afgevoerde materialen

Op regelmatige basis wordt de collectie van de bibliotheek gewied. Deze materialen worden dan te koop aangeboden op enkele ingerichte dagen.

De prijs voor de gewiede materialen wordt als volgt bepaald:

●         Kinder- en jeugdboek  0,5 euro

●         Boek voor volwassenen  1 euro

●         Audiovisueel materiaal   1 euro

●         Pakket tijdschriften  0,5 euro

11. Betalingsmodaliteiten

De retributie is verschuldigd door de aanvrager en wordt contant of via Bancontact betaald.

Artikel 2

Dit reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 285 e.v. van het Decreet over het lokaal bestuur en treedt in werking op 1 oktober 2025.

Artikel 3

Het retributiereglement voor gebruikers van de openbare bibliotheek van Tielt-Winge 2024 t.e.m. 2025 goedgekeurd op de gemeenteraad van 19 oktober 2023 wordt opgeheven vanaf deze datum.

Artikel 4

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van dit reglement.

Artikel 5

Deze beslissing is onderworpen aan het bestuurlijk toezicht zoals dit geregeld wordt in het Decreet over het lokaal bestuur." "

Het retributiereglement voor gebruikers van de openbare bibliotheek van Tielt-Winge is goedgekeurd voor 2025 tot en met 2027.

Gemeenteraad 18 september 2025

Toetreding raamovereenkomst iT-Punt (Vera) - ESM

Motivering

Feiten en context

De gunning met Topdesk en IT-Punt (VERA) heeft een einde genomen, het is dus noodzakelijk om een nieuwe overeenkomst af te sluiten voor onze helpdesk.

Het ESM Platform combineert krachtige IT Service Management (ITSM)-mogelijkheden en biedt oplossingen voor diverse andere diensten binnen het bestuur. Het vergroot het digitale bereik en optimaliseert de dienstverlening aan de burgers. Daarnaast kan men kennis en ervaringen delen met andere besturen. Door gebruik te maken van de collectieve kennisbank kunnen we uitdagingen efficiënter en effectiever aanpakken.

IT-Punt (VERA) treedt op als opdrachtencentrale voor de afname van het ESM Platform van Netconnect.

De opdracht betreft een toetreding tot een raamovereenkomst voor de afname ESM Platform.

Juridische gronden

●         Bestuursdecreet van 7 december 2018.

●         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

●         Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten.

●         Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies.

●         Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen.

●         Koninklijk Besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren.

●         Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten.

●         Raadsbeslissing van 19 juni 2025 houdende de vaststelling van het begrip 'dagelijks bestuur'.

●         Princiepsbeslissing van het college van burgemeester en schepenen van 8 juli 2025 in verband met de afname ESM Platform via het raamcontract van IT-Punt (VERA).

Adviezen

Positief advies van het afdelingshoofd ondersteunende diensten.

Argumentatie

De gunning met Topdesk en VERA heeft een einde genomen. VERA is op zoek gegaan naar een nieuwe oplossing voor de helpdesk. In deze zoektocht zijn ze uitgekomen bij NetConnect.

Polis (Provincie Oost-Vlaanderen) gunt in samenwerking met VERA de raamovereenkomst.

De keuze is gebaseerd op een grondige evaluatie van verschillende criteria, waaronder prijs, functionaliteit, gebruiksvriendelijkheid, samenwerken, delen en integratiemogelijkheden.

In tegenstelling tot het huidige (Shared) Topdeskverhaal, zal de nieuwe ESM (Enterprise Service Management) in de eerste plaats een volledige eigen omgeving van en voor ons lokaal bestuur zijn. We maken zelf uit met wie we al dan niet willen samenwerken. Besturen kunnen connectie maken met elkaar om ervaringen, expertise en oplossingen te delen. Met de implementatie van ESM zal de digitale maturiteit van ons bestuur verhoogd worden. Door het bevorderen van kennisdeling en naadloze integratie met bestaande tools stelt het ESM Platform ons in staat om IT-services efficiënt te beheren en moeiteloos samen te werken met andere besturen.

Het ESM Platform werkt nauw samen met bestaande tools en programma's om bredere mogelijkheden aan te bieden. Het beschikt tevens ook over een waardevolle rapportage zodat diensten geoptimaliseerd kunnen worden.

De nieuwe raamovereenkomst is gestart op 16 september 2024 en loopt 72 maanden (tot 15 september 2030) met een mogelijke verlenging van tweemaal één jaar.

Financiële gevolgen

De totale prijs omvat de prijs van de setup, een jaarmodule voor de basismodule, een jaarmodule voor 'problem management' en een jaarmodule voor twee agents.

De helft van de kosten zal verrekend worden via de kostenplaats OCMW.

Bijlagen

●         Raamovereenkomst ESM Platform

●         Prijsofferte ESM

Besluit:

eenparig aangenomen.
Artikel 1

Het lokaal bestuur Tielt-Winge zal voor de opdracht 'Afname ESM Platform' beroep doen op de opdrachtencentrale van IT-Punt (VERA).

Artikel 2

De opdrachten in het kader van dit raamcontract worden binnen de looptijd van het raamcontract rechtstreeks door het lokaal bestuur gegund aan Netconnect, Vierselbaan 34 te 2240 Zandhoven zonder de betrokkenheid en aansprakelijkheid van IT-punt (VERA).

Artikel 3

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van voormelde beslissing.

Artikel 4

Afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan Netconnect en IT-punt (VERA).

Artikel 5

Deze beslissing is onderworpen aan het bestuurlijk toezicht, zoals dit geregeld wordt in het Decreet over het Lokaal Bestuur." "

Mandatering IT-Punt (Vera) als opdrachtencentrale voor de raamovereenkomst ESM (Netconnect).

Gemeenteraad 18 september 2025

Toetreding tot WINAR - princiepsbeslissing

Motivering

Feiten en context

De visienota ‘lokaal onroerenderfgoedbeleid’ en het nieuwe decreet dat in werking trad op 1 januari 2023 voorziet in een verplichte opschaling van de IOED’s om hun erkenning te kunnen behouden vanaf 2027. In dat kader polste de IOED de verschillende gemeenten grenzend aan het werkingsgebied.

De gemeente Tielt-Winge nodigde de coördinator van de IOED uit op 25 maart 2025 voor verdere toelichting. Het beleid van de IOED stoelt op de volgende principes:

●         Een gezamenlijke visie en een gezamenlijk plan van aanpak voor het behoud, gebruik en de herbestemming van het onroerend erfgoed in het werkingsgebied, complementair aan het Vlaams onroerenderfgoedbeleid.

●         De beleidsvisie is integraal: een visie op de zorg voor het archeologisch erfgoed, de monumenten, de cultuurhistorische landschappen én de stads- en dorpsgezichten.

●         De beleidsvisie is geïntegreerd: een visie die is afgestemd met andere beleidsvelden die raakvlakken hebben met de onroerenderfgoedzorg.

●         De beleidsvisie houdt rekening met de noden van de aanwezige onroerenderfgoedactoren.

●         Ondersteunen van vrijwilligerswerkingen en erfgoedgemeenschappen en een lokaal draagvlak creëren.

●         Over voldoende expertise beschikken en een consultatienetwerk uitbouwen.

De huidige werkingsperiode (i.e. samenwerkingsovereenkomst met Vlaanderen) begon in 2021 en loopt af op 31 december 2026. De IOED werkt momenteel aan een herwerking van het beleidsplan. Dit beleidsplan zal onderdeel vormen van een nieuwe erkenningsaanvraag en zal worden ingediend op 15 januari 2026.

Tielt-Winge zal onderdeel vormen van deze aanvraag.

Juridische gronden

●         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017

●         Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013

●         Het ministerieel besluit van 28 april 2015 waarbij WinAr erkend werd als intergemeentelijke onroerenderfgoeddienst (IOED); de deelnemende gemeenten zijn Bekkevoort, Haacht, Holsbeek en Rotselaar

Adviezen

Geen adviezen.

Argumentatie

Het inventariseren en het opvolgen van dossiers rond geïnventariseerd erfgoed is sinds 2017 de verantwoordelijkheid van lokale besturen. Voor erkende onroerenderfgoedgemeenten is het zelf een verplichting.

Het Agentschap Onroerend Erfgoed geeft nu, in het kader van de implementatie van de visienota ‘lokaal onroerenderfgoedbeleid’, lokale besturen de mogelijkheid om hun deel van de inventaris te beheren en desgewenst ook nieuwe items toe te voegen. Later kunnen deze items dan eventueel vastgesteld worden en krijgen ze rechtsgevolgen. Aan dit geheel van procedures werd door het agentschap Onroerend Erfgoed de naam “on-boarding-procedure” gegeven.

De intergemeentelijk samenwerking WinAr wordt financieel ondersteund door het Agentschap Onroerend Erfgoed. WinAr verzorgt volgende dienstverlening/ontzorging rond onroerend erfgoed (vanaf 2020) voor de gemeente:

●         Archeologie, bouwkundig erfgoed en landschappelijk erfgoed

●         Inventarisatie

●         (Pre-)advisering (in RO-context)

●         Trajectbegeleiding gemeentelijke/particuliere dossiers

●         Beleidsvoorbereiding

●         (Ondersteuning OE-gemeente)

●         Publieksgerichte communicatie/ontsluiting

●         Kenniscentrum.

Het college gaf een principiële goedkeuring tot toetreding aan WINAR op 15 april 2025.

Financiële gevolgen

Statutair is bepaald dat nieuwe gemeenten bij het doorlopen van een toetredingsprocedure een forfaitaire bijdrage betalen van 2.500 euro.

In de loop van 2025, bij de verplichte update van de statuten wordt een definitief bedrag bepaald.

Voor de reguliere IOED-werking (advisering, begeleiding en ontsluiting) betalen de leden jaarlijks een contributie die opgebouwd is uit een bedrag van:

●         5 euro per km²

●         0.75 euro per inwoner

vermeerderd met

●         een vast bedrag van 7.500 euro per gemeente

●         een jaarlijkse index van 2%.

In het jaar van toetreding betalen de leden een a rato deel van de contributie (jaarbedrag/12 * aantal resterende maanden van het jaar).

Het is de verwachting dat dit tussen de 15.000 euro en de 20.000 euro zal liggen. De IOED zal zijn leden hiervoor in ruil ca. 0,3 VTE ter beschikking stellen.

Bijlagen

●         Presentatie WINAR

●         Statuten WinAr 2026-2031 (met aanpassingen ten opzichte van de vorige periode)

Besluit:

15 stemmen voor: Katrien Houtmeyers, Jo Smekens, Jan Loddewykx, Bart Willems, Manuela Vervoort, Steve Cleynen, Gert Van denstorme, Ilse Roelants, Filip Charlier, Eric Roskin, Gerry Caluwaerts, Marleen De Vry, Raf Alaerts, Jasper Trompet en Fons Lemmens.
6 stemmen tegen: Germaine Willems, Agnes Van de Gaer, Rudi Beeken, Gunther Clinckx, Kris Cornelissen en Tom Craeninckx.
Artikel 1

De gemeenteraad beslist om opnieuw toe te treden tot WINAR.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van deze beslissing.

Artikel 3

Afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan WINAR.

Artikel 4

Deze beslissing is onderworpen aan het bestuurlijk toezicht, zoals dit wordt geregeld door de toepasselijke bepalingen van het Decreet over het lokaal bestuur." "

De gemeenteraad beslist om opnieuw toe te treden tot WINAR.

Gemeenteraad 18 september 2025

Statuten en beleidsplan WINAR

Motivering

Feiten en context

De projectvereniging waaronder de IOED valt, dient wegens de houdbaarheid van de statutaire werking ten laatste op 31 december 2025 herbevestigd te worden, in de loop van 2025 werden hiervoor de statuten aangepast die nu ter goedkeuring voorliggen.

Om vervolgens een nieuwe erkenning aan te kunnen vragen, moet ten laatste op 15 januari 2026 een erkennings- en subsidiedossier ingediend worden. Dit dossier bestaat uit een goedgekeurd beleidsplan. Dit beleidsplan heeft geen uitstaans met de erkenning als onroerenderfgoedgemeente; hiervoor dient een ander traject gelopen te worden en in functie van een ander raadsbesluit.

Juridische gronden

●         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017

●         Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013

Adviezen

Geen adviezen.

Argumentatie

IOED WinAr, toen bestaande uit vier leden (Bekkevoort, Haacht, Holsbeek en Rotselaar), werd in 2016 erkend als IOED. In 2019 werd deze erkenning herbevestigd met twee bijkomende leden (Keerbergen en Tremelo). Ook toen ging hieraan een statuutswijziging vooraf.

Met het oog op de conformering rond de regiovorming en de verplichte opschaling naar een groter werkingsgebied wordt de IOED nu statutair uitgebreid met nog vijf bijkomende leden (Begijnendijk, Boortmeerbeek, Herent, Kortenberg en Tielt-Winge). Met de vier eerstgenoemde bestond er al een samenwerkingsovereenkomst sinds 2023-2024.

De werking van de IOED wijzigt niet, enkel de aanpak verschilt. Vanaf 2027 zal gewerkt worden met een nieuw beleidsplan dat is gericht op de zogenaamde erfgoedcyclus. Deze start met het vergaren van kennis (bv. inventarisatie), gaat vervolgens over naar kennisbeheer (bv. advisering) om te eindigen met sensibilisering, ontsluiting en beleving. Via de grote verhalen (‘storytelling’) krijgt dit beleid ook een bredere vertaalslag naar de inwoners en wordt dit onroerende erfgoed ook meer beleefbaar. Dit beleidsplan werd opgemaakt in overleg met verschillende erfgoedactoren in de regio.

Financiële gevolgen

De goedkeuring van het erkenningsdossier impliceert een jaarlijkse subsidie van 120.000 euro.

Bijlagen

●         Statuten WINAR 2026-2031

●         Beleidsplan 2026 WINAR

Besluit:

15 stemmen voor: Katrien Houtmeyers, Jo Smekens, Jan Loddewykx, Bart Willems, Manuela Vervoort, Steve Cleynen, Gert Van denstorme, Ilse Roelants, Filip Charlier, Eric Roskin, Gerry Caluwaerts, Marleen De Vry, Raf Alaerts, Jasper Trompet en Fons Lemmens.
6 stemmen tegen: Germaine Willems, Agnes Van de Gaer, Rudi Beeken, Gunther Clinckx, Kris Cornelissen en Tom Craeninckx.
Artikel 1

De gemeenteraad keurt de finale versie van de statuten goed.

Artikel 2

De gemeenteraad keurt de finale versie van het beleidsplan goed.

Artikel 3

De gemeenteraad geeft de opdracht een erkenningsdossier in te dienen en daarvoor de stappen te zetten die hiervoor noodzakelijk zijn.

Artikel 4

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van deze beslissing.

Artikel 5

Afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan WINAR.

Artikel 6

Deze beslissing is onderworpen aan het bestuurlijk toezicht, zoals dit wordt geregeld door de toepasselijke bepalingen van het Decreet over het lokaal bestuur." "

De statuten en het beleidsplan van WINAR worden goedgekeurd.

Gemeenteraad 18 september 2025

Akte opstalrecht bushokjes Blerebergstraat - principe en bepaling modaliteiten

Motivering

Feiten en context

Op 17 december 2024 werd de site 't Jongensschool verkocht aan vzw De Met, met kantoren te Ter Elstlaan 14, 3001 Leuven, om middelbaar onderwijs in te richten in de gebouwen.

In de voortuin zijn bushokjes en een fietsenstalling opgericht.

Landmetersbureau Intertopo bv, met kantoren te Halensebaan 68B, 3290 Diest bracht de bushokjes in kaart:

●lot 1, een perceel grond gelegen te Blerebergstraat 4, gekadastreerd sectie B, deel van nummer 0360P2P0001, met een oppervlakte van 14 centiare, gereserveerde perceelsidentificatie 360S2P000.

●lot 2, een perceel grond gelegen te Blerebergstraat 4, gekadastreerd sectie B, deel van nummer 0360P2P0001, met een oppervlakte van 20 centiare, gereserveerde perceelsidentificatie 360T2P000.

Dit plan is opgenomen in de databank van de plannen en afbakening van de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie van 4 februari 2025 onder referentienummer 24106/10458.

Juridische gronden

●         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

●         Wet van 10 januari 1824 over het recht van opstal.

Adviezen

Geen adviezen.

Argumentatie

Gezien de inplanting van de bushokjes op het terrein van De Met vzw, geeft De Met een eeuwigdurend recht van opstal aan de gemeente Tielt-Winge voor zover en zolang de doeleinden van het openbaar belang blijven bestaan.

Het recht van opstal betreft het recht om de eigendom van gebouwen te hebben op andermans grond.

Het opstalrecht wordt verleend met het oog op de oprichting van een bushokje en fietsenstalling door het gemeentebestuur op eigen kosten en naar eigen inzichten eventueel na afbraak of aanpassing van de zich thans op en in de grond bevindende constructies. Het opstalrecht houdt aldus een toelating tot bouwen met verzaking aan het recht van natrekking (vermoeden dat roerende goederen en gebouwen op onroerende goederen aan dezelfde eigenaar toebehoren) in.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

Bijlagen

Ontwerpakte.

Besluit:

eenparig aangenomen.
Artikel 1

De gemeenteraad keurt het ontwerp en de modaliteiten van de opstalakte, als bijlage bij deze beslissing en er integraal deel van uitmakend, goed.

Artikel 2

De burgemeester en de algemeen directeur worden gemachtigd om deze akte te ondertekenen namens het gemeentebestuur.

Artikel 3

Afschrift van deze beslissing zal worden bezorgd aan notaris Honorez en notaris Lerut.

Artikel 4

Deze beslissing is onderworpen aan het bestuurlijk toezicht, zoals geregeld door de desbetreffende bepalingen van het Decreet over het lokaal bestuur." "

De gemeenteraad keurt de akte omtrent opstalrecht inzake de bushokjes en fietsenstalling op de site van 't Jongensschool goed.

Gemeenteraad 18 september 2025

Definitieve vaststelling verlegging gemeenteweg 104 Tielt

Motivering

Feiten en context

De Truyensvoetweg is opgenomen in de Atlas der Buurtwegen van Tielt als weg nummer 104.

Deze weg is overeenkomstig de Atlas der Buurtwegen van Tielt 1,6 meter breed.

De weg situeert zich tussen gemeenteweg 99 (Delleweg) en de noordelijke kruising van gemeenteweg 30 (Boschweg) en gemeenteweg 100 (Raeykensweg). Beide wegen zijn tegenwoordig gekend als Berkendreef.

Juridische gronden

●         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

●         Decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019.

●         Gemeenteraadsbeslissing van 19 juni 2025 houdende de voorlopige vaststelling van de verlegging van gemeenteweg 104 opgenomen in de Atlas der Buurtwegen van Tielt.

Adviezen

Er werden van De Lijn, de provincie Vlaams-Brabant en het Departement Mobiliteit en Openbare Werken geen adviezen ontvangen.

Argumentatie

De huidige toestand

Overeenkomstig de plannen van de Atlas der Buurtwegen van Tielt is het af te schaffen wegsegment van gemeenteweg 104 gelegen op het kadastraal gesitueerde perceel te Tielt-Winge, 1e afdeling, sectie A, nummer 197H, 197N, 197X, 213D en 214A. De gemeenteweg loopt door de huiskavel gekend Berkendreef 2, 3390 Tielt-Winge. De weg is aangeduid in stippellijn, hetgeen duidt op een openbare doch private wegbedding.

Op de plannen deel uitmakend van het dossier is weergegeven dat de weg is gelegen dwars over de huiskavel en dat een woning is gebouwd op de bedding van de weg.

Het college van burgemeester en schepenen leverde op 26 februari 2013 een gunstig stedenbouwkundig attest af voor het uitbreiden van de bestaande woning of de nieuwbouw van een woning.

Het college van burgemeester en schepenen leverde op 29 oktober 2013 een vergunning af voor het bouwen van een ééngezinswoning na afbraak van de bestaande woning.

De gewenste toestand

Het decreet op de gemeentewegen stelt dat het gemeentebestuur dient te waken over de uitbouw van een veilig wegennet op lokaal niveau. De structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen moet gevrijwaard en verbeterd worden, in het bijzonder om aan de huidige en toekomstige behoeften van mobiliteit te voldoen.

Het gemeentewegendecreet en de doelstellingen erin opgenomen, kunnen niet los gezien worden van de algemene visie op de ruimtelijke ontwikkeling van de gemeente. Het beleid is gericht op een duurzame ontwikkeling waarbij de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen worden.

Naar mening van de gemeenteraad zijn er 2 verschillende maatschappelijke activiteiten die dienen afgewogen te worden, namelijk mobiliteit en wonen.

Wat mobiliteit betreft is de gewenste maatschappelijke activiteit het gebruik van gemeenteweg 99 en 104 ten einde de verplaatsingen in het binnengebied tussen de Dorpsstraat, Boekhoutstraat en de noordelijke tak van de Berkendreef te garanderen.

Overeenkomstig het afleveren van het stedenbouwkundig attest en de stedenbouwkundige vergunning in 2013 is dit minstens niet meer mogelijk over de oorspronkelijke bedding. Het bouwjaar van de zonevreemde woning dateert door de nieuwe vergunning van 2015, maar om gebruik te maken van de zonevreemde basisrechten dateert het pand minstens van voor de invoering van het gewestplan Aarschot-Diest. Daardoor wordt aangetoond dat het gebruiken van de oorspronkelijke bedding sinds 1978 hoe dan ook niet meer van toepassing is. Gezien het jarenlange onbruik van de initiële wegbedding is het wat betreft het mobiliteitsaspect wenselijk om rechtszekerheid te creëren zowel voor de gebruikers van de weg als voor de eigenaar van het perceel.

Het woonaspect uit zich in het gegeven dat een woning is geplaatst op het perceel. Het terrein is volgens het gewestplan Aarschot - Diest, vastgesteld bij KB van 7 november 1978 gelegen in agrarisch gebied. De uitgevoerde stedenbouwkundige handelingen zijn in overeenstemming met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening betreffende de basisrechten voor zonevreemde constructies.

De op het perceel uitgevoerde maatschappelijke activiteit past binnen deze ruimtelijke bestemming. Het pand betreft een eengezinswoning.

Gezien de opname van de weg in de Atlas der Buurtwegen en de inkleuring van het perceel als agrarisch gebied op basis van het gewestplan Aarschot - Diest dient de gemeenteraad te oordelen over de waarde van de maatschappelijke activiteiten.

Het gemeentebestuur heeft nooit kennis genomen van een klacht omtrent de bebouwing op de wegbedding.

Wellicht is dit te wijten aan het feit dat er een alternatieve ontsluiting is ontstaan om de kavel van de woning te bereiken. De verlenging van deze verbinding kan aansluiten op het laatste gedeelte van gemeenteweg 104 die aansluit op gemeenteweg 99. Zo kan het binnengebied tussen de Dorpsstraat, Boekhoutstraat en de Berkendreef ontsloten blijven.

De gemeenteraad meent dat op basis van deze vaststellingen de maatschappelijke activiteit wonen perfect kan worden gerijmd met de maatschappelijke activiteit mobiliteit. De bedding wordt noordelijk verlegd en behoud een breedte van 1,6 meter over de gehele lengte van de nieuwe bedding. Het eerste gedeelte van de nieuwe bedding is gelegen op de bestaande toegang naar de woning met als adres Berkendreef 2.

Het decreet heeft tot doel om de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren, in het bijzonder om aan de huidige en toekomstige behoeften van zachte mobiliteit te voldoen.

Om de doelstelling, vermeld in het eerste lid, te realiseren voeren de gemeenten een geïntegreerd beleid, dat onder meer gericht is op:

1 de uitbouw van een veilig wegennet op lokaal niveau;

Overeenkomstig de Atlas der Buurtwegen maakt de weg deel uit van een trage wegverbinding tussen de Berkendreef via de Delleweg (gemeentweg 99) naar de Boekhoutstraat.

De Boekhoutstraat bestaat uit 2 rijvakken in beton. Er is geen fietspad aanwezig. Deze weg is bestemd voor gemotoriseerd verkeer. Gemeenteweg 99 sluit aan op de Boekhoutstraat in het begin van de straat waar deze aftakt van de Dorpsstraat.

Gemeenteweg 104 sluit noordelijk aan op de Berkendreef. De Berkendreef bestaat hier uit een 1-vakbaan in asfalt met een bedding van 4,6 meter (gemeenteweg 30) en loopt via een bocht van 90° noordelijk verder door. Deze weg is bestemd voor gemotoriseerd verkeer. Het gedeelte van gemeenteweg 100 dat start in deze bocht van 90° is een onverharde weg met een bedding van 2,4 meter.

Het is de taak van het gemeentebestuur om te waken over de uitbouw en het behoud van een veilig wegennet op lokaal niveau. Dit is gegarandeerd door de aanwezigheid en de nodige verlegging van gemeenteweg 104. De verlegging van gemeenteweg 104, zoals vervat in het grafisch plan brengt deze doelstelling van het decreet niet in het gedrang. De verbinding blijft behouden maar wordt minimaal verplaatst naar het midden van de toegang van Berkendreef 2 en verplaatst naar de noordoostelijke perceelsgrens van de kadastraal gesitueerde perceel te Tielt-Winge, 1e afdeling, sectie A, nummer 197N, 197X en 238. Daarna wordt er langs de oostelijke perceelsgrens van dat laatste perceel verbinding gemaakt met de bestaande bedding van gemeenteweg 104 die daarna doorloopt naar gemeenteweg 99. Op die manier wordt de verbinding met de Boekhoutstraat gewaarborgd.

De basisstructuur van het wegennet kan aldus als veilig beschouwd worden. Er stelt zich geen probleem in het licht van artikel 3,1° van het Gemeentewegendecreet.

2 de herwaardering en bescherming van een fijnmazig netwerk van trage wegen, zowel op recreatief als op functioneel vlak.

Het plan geeft weer dat de bedding, op het perceel 197X, overeenkomstig de Atlas der Buurtwegen bebouwd is met een woning.

De gemeenteraad oordeelde reeds dat het maatschappelijk belang van het aspect van mobiliteit (omwille van de opname in de atlas der buurtwegen) en het aspect wonen (gezien de basisrechten van zonevreemde woningen) mits verlegging beide kunnen bestaan. Er moet rekening gehouden worden met het gevoerde vergunningenbeleid op het perceel.

Het netwerk van trage wegen blijft performant gezien de aanwezigheid van gemeenteweg 104, tevens opgenomen in de Atlas der Buurtwegen van Tielt, zij het weliswaar op een gewijzigde plaats.

Het toekomstig gebruiksgenot wordt bijgevolg niet geschaad. Een andere opgelegde doelstelling is de herwaardering en de bescherming van een fijnmazig netwerk van trage wegen zowel op recreatief als functioneel vlak. Deze doelstelling wordt evenmin geschonden. De verbinding blijft behouden maar wordt minimaal verplaatst zoals hierboven gesteld.

De af te schaffen oppervlakte bedraagt 172 m², 88 m², 76 m², 3 m² en 146 m² met in totaliteit een oppervlakte van 485 m².

De nieuw aan te leggen oppervlakte bedraagt 154 m², 23 m², 61 m², 69 m² en 304 m² met in totaliteit een oppervlakte van 611 m².

Gelet op de bijgevoegde plan van 24 maart 2025, zoals opgemaakt door landmetersbureau Intertopo bv.

Het lokaal bestuur dient hiervoor de beleidsrichtlijnen uit artikel 4 van het Decreet houdende Gemeentewegen af te toetsen. De principes uit artikel 4 luiden als volgt:

1. Wijzigingen van het gemeentelijk wegennet staan steeds ten dienste van het algemeen belang;
2. Een wijziging, verplaatsing of afschaffing van een gemeenteweg is een uitzonderingsmaatregel die afdoende wordt gemotiveerd;
3. De verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen;
4. Wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief;
5. Bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen.

Het bedoelde af te schaffen en nieuw aan te leggen gedeelte van weg 104 situeert zich overeenkomstig de Atlas der Buurtwegen van Tielt op de kadastraal gesitueerde percelen te Tielt-Winge, 1e afdeling, sectie A, nummers:

●         197H: in eigendom van Agentschap voor Natuur en Bos, gevestigd Havenlaan 88, 1000 Brussel

●         197N: in eigendom van Agentschap voor Natuur en Bos, gevestigd Havenlaan 88, 1000 Brussel

●         197X: in eigendom van Mellaerts Ingrid en Mellaerts Linda wonende Berkendreef 2, 3390 Tielt-Winge

●         213D: in eigendom van Bulens Kevin wonende Reststraat 38, 3390 Tielt-Winge en Bulens Marcel en Gahy Liliane wonende Boekhoutstraat 45, 3390 Tielt-Winge

●         214: in eigendom van Mellaerts Raymond en Willems Lea wonende Blerebergstraat 107, 3390 Tielt-Winge

●         197M: in eigendom van Agentschap voor Natuur en Bos, gevestigd Havenlaan 88, 1000 Brussel

●         238: in eigendom van Mellaerts Raymond en Willems Lea wonende Blerebergstraat 107, 3390 Tielt-Winge

De eigenaars voegden een gemotiveerde aanvraag toe, waarbij wordt voorgesteld om de bovenvermelde weg deels te wijzigen.

Gelet op de bijgevoegde plannen van 24 maart 2025, zoals opgemaakt door landmetersbureau Intertopo bv.

Volgens de eerste voorwaarde dienen wijzigingen van het gemeentelijk wegennet steeds ten dienste van het algemeen belang te staan.

Als algemene omschrijving kan het algemeen belang nu gezien worden als het tegemoetkomen aan een behoefte die bijdraagt tot een (noodzakelijke) verbetering van de samenleving en de leefomstandigheden van de gemeenschap, en waaraan door privéinitiatief geen oplossing wordt geboden (M. BOSMANS, E. BUYS, J. GHYSELS, J. MOERKERKE, & R. PALMANS, Onteigeningen: de voorafgaande fase, Antwerpen, Intersentia, 2006, 47).

Dit principe veronderstelt, in elk concreet dossier, een belangenafweging aangaande het al dan niet aanwezig zijn van algemeen belang, waarbij veelal ook private belangen aan de orde zijn. Deze belangenafweging dient de doelstellingen van het decreet in acht te nemen en zal leiden tot een gemotiveerde beslissing van de gemeenteraad.

Dergelijke belangenafweging diende ook reeds te worden doorgevoerd onder het regime van de Buurtwegenwet, in hoofdzaak wanneer een vraag tot afschaffing of wijziging voorlag. Zo stelde de Raad van State dat bij de beraadslaging van de gemeenteraad alle in het geding zijnde belangen moesten worden afgewogen, waarbij het openbaar belang primeert. De Raad van State behield zich in deze materie een marginaal toetsingsrecht voor.

Het algemeen belang heeft baat bij het herwaarderen van de gemeenteweg zodat de ontsluiting van het binnengebied terug mogelijk wordt. De bedding is in de officiële atlasregistratie niet meer bruikbaar sinds eind jaren '70. Het openbaar belang heeft echter profijt bij de bereikbaarheid van het gebied en de herwaardering van de weg.

De minimale wijziging schaadt het algemeen belang niet. Er zijn enkel positieve gevolgen voor de toegankelijkheid. Heden is de weg niet toegankelijk gezien de aanwezigheid van de vergunde woning.

De decreetgever heeft gezien artikel 28§2 de bekommernis om in het verleden wederrechtelijke innemingen van wegen ter goeder trouw door particulieren op basis van een schijnbaar rechtmatig uitgereikte vergunning te regulariseren.

Door de verplaatsing van de wegbedding primeert bijgevolg het algemeen belang.

Een wijziging, verplaatsing of afschaffing van een gemeenteweg is een uitzonderingsmaatregel die afdoende wordt gemotiveerd. Het behoud en de herwaardering van de bestaande verbindingen staat voorop. Aangezien het perceel nu bebouwd wordt en de weg onderbroken is en daardoor onbestaand, zorgt het voorliggend dossier voor een herwaardering van de ontsluiting van het gebied. De eigenlijke verbinding blijft behouden maar wordt minimaal verplaatst om het gebruik opnieuw mogelijk te maken en duurzaam te bestendigen.

De ruimtelijke context van de omgeving is agrarisch gebied. De betrokken weg is gesitueerd in agrarisch gebied. De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Het perceel waarop de weg zich bevindt is bebouwd met een woning waarvoor een rechtsgeldige vergunning werd verkregen door de toenmalige bouwheer conform de basisrechten zonevreemde woningen.

De wijziging is minimaal en bevindt zich steeds op dezelfde percelen in eigendom van dezelfde eigenaar. De weg zal niet meer dwars over het perceel gesitueerd zijn maar aan de rand van de betrokken percelen. Door de verplaatsing van de weg naar de zijkant van het perceel worden conflictsituaties met landbouwvoertuigen gereduceerd. De nieuwe bedding loopt grotendeels langs een bestaand bebost perceel. Hierdoor zal het bewerken van de percelen voor agrarische doeleinden niet gestoord worden.

De verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen. Er is geen impact op de verkeersveiligheid ten gevolge van de verlegging. Het zuidelijke gedeelte van gemeenteweg 104 dat bewaard blijft, heeft dezelfde kenmerken als de weg uit dit verleggingsvoorstel. Bovendien verdient de recreatieve gebruiker duidelijkheid over het gebruik van gemeenteweg 104.

De minimale verlegging heeft geen impact op de ontsluiting van andere percelen. De weg is immers in onbruik sedert eind jaren '70.

Wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief. Gemeenteweg 104 is niet gelegen ter hoogte van de gemeentegrens.

Er speelt geen gemeentegrensoverschrijdend perspectief.

Bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen.

De weg is sinds eind jaren '70 bebouwd. Dit blijkt uit de vergunningen die geregistreerd werden in het vergunningenregister en het pand dat er effectief conform de basisrechten zonevreemde woningen gebouwd werd.

Naar mening van de gemeenteraad zijn er 2 verschillende maatschappelijke activiteiten die dienen afgewogen te worden, namelijk mobiliteit en wonen.

Wat mobiliteit betreft is de gewenste maatschappelijke activiteit het gebruik van gemeenteweg 104 ten einde de verplaatsingen in het binnengebied tussen de Boekhoutstraat en de Berkendreef te garanderen.

Dit is het geval op basis van de verbinding van gemeenteweg 104 met gemeenteweg 99.

Het woonaspect uit zich in het gegeven dat een eengezinswoning is gebouwd op het perceel. Het betreft een zonevreemde woning.

De op het perceel uitgevoerde maatschappelijke activiteit past binnen deze ruimtelijke bestemming. De activiteit wordt uitgevoerd op basis van het vergunningenbeleid van de gemeente Tielt-Winge.

De ruimtelijke behoefte van de eigenaar van het perceel zal beperkt blijven tot het ontsluiten en gebruiken van zijn woonkavel. Het verleggen van een gedeelte van gemeenteweg 104 zal in de feite niets veranderen maar wel meer gebruikszekerheid voor de verlegde bedding teweegbrengen.

De weg is opgenomen in de Atlas der Buurtwegen, de mobiliteitsbehoefte is er bijgevolg. Het gemeentebestuur heeft geen kennis van klachten omtrent de belemmering van de wegbedding en er is met voorliggend dossier een alternatief in de omgeving beschikbaar.

Er is voldaan aan de mobiliteitsbehoefte.

De betrokken percelen zijn in eigendom van:

●         197H: in eigendom van Agentschap voor Natuur en Bos, gevestigd Havenlaan 88, 1000 Brussel

●         197N: in eigendom van Agentschap voor Natuur en Bos, gevestigd Havenlaan 88, 1000 Brussel

●         197X: in eigendom van Mellaerts Ingrid en Mellaerts Linda wonende Berkendreef 2, 3390 Tielt-Winge

●         213D: in eigendom van Bulens Kevin wonende Reststraat 38, 3390 Tielt-Winge en Bulens Marcel en Gahy Liliane wonende Boekhoutstraat 45, 3390 Tielt-Winge

●         214: in eigendom van Mellaerts Raymond en Willems Lea wonende Blerebergstraat 107, 3390 Tielt-Winge

●         197M: in eigendom van Agentschap voor Natuur en Bos, gevestigd Havenlaan 88, 1000 Brussel

●         238: in eigendom van Mellaerts Raymond en Willems Lea wonende Blerebergstraat 107, 3390 Tielt-Winge.

Uit het schattingsverslag van Intertopo Landmetersbureau van 24 maart 2025 blijkt dat er geen meerwaarde is vermits de gemeenteweg 104 deels getroffen is door een vergunde constructie.

Artikel 28§2 van het gemeentewegendecreet bepaald dat de waardevermeerdering wordt geacht nihil te zijn als de gemeenteweg in de feiten verdwenen is, omdat infrastructuren door of in opdracht van de overheid zijn aangelegd of omdat de gemeenteweg werd bebouwd krachtens een rechtsgeldige, niet-vervallen vergunning die werd verleend voor 1 september 2019. Dit is van toepassing voor de verlegging op het perceel kadastraal gekend als afdeling 1, sectie A, nummer 197X. Daarnaast worden waardeverminderingen en waardevermeerderingen ingevolge wijzigingen of verplaatsingen van een gemeenteweg op een goed van dezelfde eigenaar geacht elkaar te neutraliseren. Dit is van toepassing voor de verlegging op de overige percelen.

De gemeenteraad stelde in zitting van 19 juni 2025 de verlegging van gemeenteweg 104 voorlopig vast.

Er werd vanaf 1 juli 2025 tot en met 30 juli 2025 een openbaar onderzoek georganiseerd. Tijdens dit openbaar onderzoek werden geen bezwaarschriften geformuleerd.

Financiële gevolgen

De exacte financiële gevolgen zijn nog niet gekend, deze zijn afhankelijk van de te maken kosten naar aanleiding van onder meer het openbaar onderzoek.

Bijlagen

Het verleggingsdossier van gemeenteweg 104 uit de Atlas der Buurtwegen van Tielt.

Besluit:

eenparig aangenomen.
Artikel 1

De gemeenteraad stelt het ontwerp van grafisch plan tot verlegging van de gemeenteweg, gekend als weg nummer 104 uit de Atlas der Buurtwegen van Tielt, definitief vast.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen is gelast met de verdere afhandeling van deze beslissing.

Artikel 3

Deze beslissing is onderworpen aan de regels van bestuurlijk toezicht, zoals bepaald in het Decreet over het lokaal bestuur." "

De gemeenteraad stelt de verlegging van gemeenteweg 104 uit de Atlas der Buurtwegen van Tielt definitief vast.

Gemeenteraad 18 september 2025

Verzoekschrift 30 jarig publiek gebruik - Gemeenteweg 37 Houwaart

Motivering

Feiten en context

Schrijven van Marc Van Damme van 17 april 2024 (ingekomen op 17 april 2024). Betreft: Verzoekschrift gemeenteweg 37 Houwaart.

De heer Van Damme richt een verzoekschrift aan de gemeenteraad houdende de erkenning van het 30-jarig publiek gebruik van de alternatieve bedding van gemeenteweg 37 opgenomen in de Atlas der Buurtwegen van Houwaart.

Het verslag van het auditoraat van de Raad van State van 3 juli 2025 bevat de volgende elementen:

●         De heer Van Damme heeft belang bij de vernietiging van het besluit vermits hij het verzoekschrift indiende. Er wordt niet weerlegd dat de heer Van Damme in de omgeving van gemeenteweg 37 woont en geregeld over het pad wandelt.

●         Dat het moet gaan om een gebruik van de voorbije dertig jaar houdt slechts in dat het dertigjarig gebruik aanwezig moet zijn op het ogenblik dat de gemeente zijn besluit hieromtrent neemt. Slechts indien de strook grond dertig jaar publiek gebruikt is, maar op het ogenblik van het verzoekschrift geen publieke functie meer heeft, kan de gemeenteraad de strook grond niet bestemmen als gemeenteweg.

●         Het gemeentewegendecreet heeft de bevoegdheid van de vrederechter voor de behandeling van geschillen inzake erfdienstbaarheden niet onttrokken aan de rechterlijke macht, maar staat daarentegen toe dat de gemeenteraad zonder vonnis een dertigjarig publiek gebruik kan vaststellen.

●         Het betoog dat een beslissing van de gemeenteraad niet vereist was aangezien het zou gaan om een gemeentelijke weg die bestaat op 1 september 2019 zodat de grondstrook geacht wordt een gemeenteweg te zijn, gaat niet op.

De vastgestelde onwettigheid noopt tot de vernietiging van het bestreden besluit.

Het college besliste in zitting van 22 juli 2025 - op basis van dit auditoraatsverslag - om geen verzoek tot verderzetting van de procedure voor de Raad van State in te dienen. De gemeenteraad zal zich bijgevolg opnieuw moeten uitspreken over het verzoekschrift van de heer Van Damme.

Juridische gronden

●         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

●         Decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019, inzonder artikel 13§3.

●         Verslag van het auditoraat van de Raad van State van 3 juli 2025 en collegebeslissing van 22 juli 2025.

Adviezen

Geen adviezen.

Argumentatie

Het uitgangspunt van het Decreet Gemeentewegen met betrekking tot het ontstaan van gemeentewegen door verkrijgende verjaring is even helder als eenvoudig: gemeentewegen in Vlaanderen kunnen niet langer ontstaan door verkrijgende verjaring. Het ontstaan van een gemeenteweg vloeit steeds voort uit een beslissing van een overheid.

Overeenkomstig artikel 8 van het Decreet Gemeentewegen is de gemeenteraad daar in beginsel toe bevoegd. De opstellers van het decreet wensten namelijk een einde te maken aan de complexiteit van algemene burgerrechtelijke regels en de specifieke regelgeving van de Buurtwegenwet over het na verloop van tijd ‘ontstaan’ van buurtwegen.

Artikel 13 van het Decreet Gemeentewegen nuanceert het uitgangspunt evenwel. Artikel 13§1 van het decreet stelt immers dat grondstroken waarvan met enig middel van recht bewezen wordt dat ze gedurende de voorbije dertig jaar door het publiek gebruikt werden, in aanmerking kunnen komen als gemeenteweg. Een voorafgaande beslissing van de gemeenteraad of een uitvoerbare rechterlijke uitspraak die het dertigjarige openbaar gebruik vaststelt, blijft niettemin noodzakelijk.

Het publieke gebruik waarvan sprake is, moet duidelijk en ondubbelzinnig zijn, maar het volstaat dat het publiek openlijk de weg gebruikt heeft en dat nog steeds doet. Die oplossing lijkt op het eerste gezicht in te gaan tegen het principe dat niet-voortdurende erfdienstbaarheden alleen door een titel gevestigd kunnen worden, maar vaste Cassatierechtspraak neemt aan dat de overgang ten gunste van een gemeente beschouwd moet worden als een bijzonder recht.

De regeling kan betrekking hebben op een bestaande private weg, maar ook op een strook grond die voorheen niet gold als een private weg, maar die geleidelijk aan gebruikt wordt door het publiek, bijvoorbeeld in het kader van een feitelijke verplaatsing van een bestaande weg.

Er valt op te merken dat geëist wordt dat het publieke gebruik betrekking heeft op de voorbije dertig jaar: om redenen van rechtszekerheid en bewijsbaarheid is het niet voldoende dat een strook in het verleden ‘ooit eens’ voor dertig jaar publiek werd gebruikt.

De geregelde aangelegenheid betreft een autonome visie op ‘verjaring’ binnen de materiële bevoegdheid van de gewestwetgever om regelingen te treffen op de gemeentelijke wegenis. Die regeling is noodzakelijk om te komen tot een eenduidig en eengemaakt wegenrecht. Het valt daarbij aan te stippen dat de termijnregeling (dertig jaar) aansluit bij die van het Burgerlijk Wetboek, zodat de weerslag op de bevoegdheid van de federale overheid marginaal is.

De beslissing van de gemeenteraad om naar aanleiding van een dertigjarig publiek gebruik maatregelen te laten treffen met het oog op de verankering, de vrijwaring en het beheer van de weg, leidt tot de opmaak van een rooilijnplan, waarbij de rechtsbescherming van dit voorstel van decreet geldt.

Het van rechtswege ontstaan van een publiek recht van doorgang op basis van de voormelde beslissing, geeft geen aanleiding tot een vergoedingsplicht, aangezien erfdienstbaarheden van openbaar nut pas compensatieplichtig zijn als ze het normale maatschappelijke risico te boven gaan. Aangezien de eigenaar gedurende dertig jaar of meer een publiek gebruik heeft toegestaan, kan geen sprake zijn van het overschrijden van het normale maatschappelijk risico. De beslissing van de gemeenteraad om naar aanleiding van een dertigjarig gebruik van de wegzate als eigenaar over te gaan tot de incorporatie van de wegzate in het openbaar domein, vormt een administratiefrechtelijke affectatiebeslissing waartegen een jurisdictioneel beroep bij de Raad van State en bij de gewone rechter openstaat.

Het Grondwettelijk Hof oordeelt in het arrest met nummer 21/2020 van 6 februari 2020 dat uit het decreet en de parlementaire voorbereiding duidelijk blijkt dat het dertigjarig publiek gebruik dat aanleiding kan geven tot de vaststelling van de vestiging van een publiek recht van doorgang, openlijk, duidelijk en ondubbelzinnig moet zijn, in lijn met de criteria voor publiek gebruik die volgen uit de rechtspraak van het Hof van Cassatie. Dat de gemeente zelf kan oordelen over het langdurig publiek (niet-)gebruik vormt geen probleem, aangezien die beslissing bij de rechter kan worden betwist. Voorts dient de gemeente haar beslissing zorgvuldig voor te bereiden en te motiveren overeenkomstig de beginselen van behoorlijk bestuur. Het gemeentewegendecreet maakt mogelijk dat de gemeente, als bezitter, op eigen initiatief eigenaar kan worden na een verjaringsperiode van dertig jaar zonder dat hiervoor een rechterlijke uitspraak of instemming vereist is. Aangezien de wettigheid van die handeling kan worden betwist voor de rechter, wordt er geen onevenredige afbreuk gedaan aan het eigendomsrecht. Indien niet is voldaan aan de voorwaarden van de verkrijgende verjaring, dient de rechter vast te stellen dat de gemeentelijke beslissing onwettig is. Is aan de voorwaarden wel voldaan, zal de gemeente als bezitter geen enkele vergoeding verschuldigd zijn.

Een gemeenteweg kan volgens het Decreet Gemeentewegen ontstaan na een beslissing van de gemeenteraad die vaststelt dat een strook grond de voorbije dertig jaar publiek gebruikt werd. Artikel 13, §2 eerste lid van het Decreet Gemeentewegen bepaalt namelijk dat een gemeenteraad die op eigen initiatief of op de grond van een verzoekschrift vaststelt dat een grondstrook de voorbije dertig jaar publiek gebruikt werd, het college van burgemeester en schepenen belast met de opmaak van een rooilijnplan en met de vrijwaring en het beheer van de weg overeenkomstig de in het Decreet Gemeentewegen opgenomen instrumenten en handhavingsbevoegdheden.

Artikel 13, §3 verduidelijkt dat iedereen dergelijk verzoekschrift kan indienen bij de voorzitter van de gemeenteraad of het college van burgemeester en schepenen. De enige vereisten zijn dat het verzoek schriftelijk is en dat het verzoekschrift een toelichting en de nodige bewijsmiddelen over het dertigjarige gebruik door het publiek bevat. Dat bewijs kan geleverd worden met alle middelen van recht, getuigenissen en feitelijke vermoedens incluis.

Uit de parlementaire voorbereidingen blijkt dat eenieder de gemeenteraad bij verzoekschrift kan attenderen op het dertigjarige publieke gebruik van een grondstrook als doorgang gedurende de voorbije dertig jaar, wat bewezen moet worden met alle middelen van recht.

In de parlementaire voorbereiding wordt verduidelijkt wat onder “publiek” gebruik moet worden verstaan. Van publiek gebruik is volgens de opstellers sprake wanneer de grondstrook wordt gebruikt door de inwoners van de gemeente. Dat gebruik mag echter niet beperkt zijn tot gebruik door “privaat verkeer”. Privaat verkeer omschrijven de opstellers als volgt: “dat is verkeer dat specifiek bestemd is voor aangelanden op grond van doorgang, een recht van uitweg enzovoort. Ook de verkeersbewegingen van bezoekers van de aangelanden (gezinsleden, familieleden, vrienden en kennissen, postbodes, ruimingsdiensten, aannemers die werkzaamheden uitvoeren enzovoort) ressorteren onder het privaat verkeer”. Deze omschrijving van “privaat verkeer” is ruim. Het (toekomstige) gebruik van een weg door postbodes en ruimingsdiensten is namelijk een element dat in het verleden door de Raad van State en de Raad voor Vergunningsbetwistingen is aangehaald om tot de openbare bestemming/openbaar karakter van een weg te besluiten.

Daarnaast verduidelijkt de parlementaire voorbereiding dat het publiek gebruik aan verschillende deugdelijkheidsvoorwaarden moet voldoen om in aanmerking te komen. Het publieke gebruik waarvan sprake is, moet duidelijk en ondubbelzinnig zijn, maar het volstaat dat dat publiek openlijk de weg gebruikt heeft en dat nog steeds doet.

Het verzoekschrift kaart aan dat gemeenteweg 37, opgenomen in de Atlas der Buurtwegen van Houwaart, ter hoogte van de Molenstraat in de periode 1930 - 1963-1965 feitelijk verplaatst werd in noordelijke richting ter hoogte van de perceelsgrenzen van de kadastraal gesitueerde percelen te Tielt-Winge, 2e afdeling, sectie  B, nummers 277A en 277B ten opzichte van de in de Atlas der Buurtwegen opgetekende ligging, welke gesitueerd is over het kadastraal gesitueerde perceel te Tielt-Winge, 2e afdeling, sectie B, nummer 277B.

Verzoeker voegt hiertoe topografische kaartuitgaven van het Nationaal Geografisch Instituut ter staving toe.

Bespreking van de toegevoegde bewijsstukken:

●         NGI_1930:

De kaart bevat een weergave van gemeenteweg 37 die aansluit op de Molenstraat. De wegbedding wordt overeenkomstig de kaart doorsneden door een hoogspanningslijn. De hoogspanningslijn doorsnijdt de noordelijke grens van de weg.

●         NGI_1963-1965:

De kaart bevat een weergave van gemeenteweg 37 die aansluit op de Molenstraat. De wegbedding wordt overeenkomstig de kaart doorsneden door een hoogspanningslijn. De hoogspanningslijn doorsnijdt de zuidelijke grens van de weg.

●         NGI_1976-1977

De kaart bevat een weergave van gemeenteweg 37 die aansluit op de Molenstraat. De wegbedding wordt overeenkomstig de kaart doorsneden door een hoogspanningslijn. De hoogspanningslijn doorsnijdt de noordelijke grens van de weg.

Aan de hand van voorliggend verzoekschrift is onvoldoende bewezen dat de kwestige grondstrook gedurende de voorbije dertig jaar door het publiek gebruikt werd en in aanmerking komt als gemeenteweg.

De verschuiving waarnaar verzoeker verwijst blijkt uit het verschil tussen de kaarten NGI_1930 en NGI_1963-1965 maar wordt ongedaan gemaakt door een het verschil tussen de kaarten NGI_1963-1965 en NGI_1976-1977.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

Bijlagen

●         Verzoekschrift van 16 april 2024.

●         Verslag auditoraat Raad van State van 3 juli 2025.

Besluit:

eenparig aangenomen.
Artikel 1

De gemeenteraad kan op basis van de toegevoegde bewijsstukken niet vaststellen dat de grondstrook ter hoogte van de kadastraal gesitueerde percelen te Tielt-Winge, 2e afdeling, sectie B, nummers 277A en 277B gedurende de voorbije 30 jaar publiek gebruikt werd.

Artikel 2

Afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan de heer Marc Van Damme, indiener van het verzoekschrift.

Artikel 3

Op onderhavig besluit zijn de bepalingen van het bestuurlijk toezicht, opgenomen in het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen van toepassing." "

De gemeenteraad kan op basis van de toegevoegde bewijsstukken niet vaststellen dat de grondstrook ter hoogte van de kadastraal gesitueerde percelen te Tielt-Winge, 2e afdeling, sectie B, nummers 277A en 277B gedurende de voorbije 30 jaar publiek gebruikt werd.

Gemeenteraad 18 september 2025

Zaak der wegen OMV_2024013541

Motivering

Feiten en context

Er werd een aanvraag tot omgevingsvergunning voor het uitvoeren van stedenbouwkundige handelingen ingediend door Aquafin NV, met kantoren te Dijkstraat 8, 2630 Aartselaar.

De aanvraag beoogt het uitvoeren van stedenbouwkundige handelingen, de exploitatie van een of meerdere ingedeelde inrichtingen of activiteiten en het uitvoeren van vegetatiewijzigingen, meer bepaald:

●         Stedenbouwkundige handelingen:

○         Het aanleggen van gescheiden riolering in de Solleweg, Tienbundersweg, Haldertstraat, Rillaarseweg en Begijnenbosweg met bijhorende constructies.

○         Het vernieuwen van de rijweg en de heraanleg van de bestaande inritten in waterpasserende betonstraatstenen in de de Solleweg, Tienbundersweg, Haldertstraat, Rillaarseweg en de Begijnenbosweg.

○         De heraanleg van aanliggende fietspaden in de Rillaarseweg.

○         Het openleggen van de Ijsbeek ter hoogte van Haldertstraat 278 over een afstand van 68 meter.

○         Vernieuwen en verleggen van de Ijsbeek over een afstand van 24 meter.

○         Vernieuwen van de inbuizing van de Ijsbeek over een afstand van 7 meter ter hoogte van Haldertstraat 303.

○         Vernieuwing van de inbuizing van de Ijsbeek over een afstand van 11 meter ter hoogte van het kruispunt Haldertstraat - Haldertstraat.

○         Het aanleggen van een terrein voor grondverbetering op het kadastraal gesitueerde perceel te Tielt-Winge, 2e afdeling, sectie A, nummer 131D.

○         Het aanleggen van een tijdelijke infiltratiegracht op het kadastraal gesitueerde perceel te Tielt-Winge, 2e afdeling, sectie A, nummer 192E.

○         Het tijdelijk plaatsen van technische infrastructuur voor een bronbemaling.

●         Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten:

○         Het inrichten van een tijdelijke grondwaterwinning, namelijk 686.000m³/jaar overeenkomstig rubriek 53.2.2°b)2° van Vlarem II.

○         Het inrichten van een tijdelijke grondwaterwinning, namelijk 3.744m³/dag overeenkomstig rubriek 53.11.1° van Vlarem II.

○         Het inrichten van een tijdelijke grondwaterwinning, namelijk 4.032m³/dag overeenkomstig rubriek 53.11.2° van Vlarem II.

●  Het uitvoeren van vegetatiewijzigingen:

○         Het uitgraven, verbreden, rechttrekken of dichten van kleine landschapselementen.

○         Het verwijderen of beschadigen van kleine landschapselementen.

Het dossier is gekend onder de referentie OMV_2024013541.

Het dossier werd bij de Vlaamse Overheid ingediend op 23 december 2024.

Het volledig- en ontvankelijkheidsbewijs werd, na vervollediging van het dossier zoals gevraagd via het omgevingsloket, afgeleverd op 5 juni 2025.

Over de volledige aanvraag werd een openbaar onderzoek georganiseerd van 16 juni 2025 tot en met 15 juli 2025.

Juridische gronden

●         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

●         De Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening van 15 mei 2009 en latere wijzigingen.

●         Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en latere wijzigingen.

●         Het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning en latere wijzigingen.

●         Het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen en latere wijzigingen.

Adviezen

Het Agentschap Landbouw & Zeevisserij bracht op 8 juli 2025 (ingekomen op 8 juli 2025) een voorwaardelijk gunstig advies uit:

De voorgestelde werken betreffen handelingen van openbaar belang in toepassing van artikel 4.4.7 VCRO en omvatten het aanleggen van een gescheiden stelsel RWA en DWA in de Solleweg, Tienbundersweg, Haldertstraat en Rillaarseweg en volgen voornamelijk het tracé van de vermelde wegenissen. Het gevraagde is deels gelegen in landelijk woongebied en deels in landschappelijk waardevol agrarisch gebied.

Langs de Tienbundersweg wordt er ter hoogte van een akkerland (perceel 131D) tijdelijk (voor de duur van deze werken) een terrein voor grondverbetering ingenomen. Voor ingebruikname van het terrein wordt 30cm afgegraven over een oppervlakte van ca. 2.877m².

Na onderzoek kan het Agentschap Landbouw en Zeevisserij instemmen met de voorgestelde werken, onder voorwaarde dat er teven voldaan wordt aan de volgende algemene voorwaarden:

Als er werken uitgevoerd worden op percelen in landbouwgebruik, gelieve dan contact te nemen met de landbouwer(s) zodat de werken bv. voor het plant- en zaaiseizoen kunnen plaatsvinden, om het landbouwgebruik zo weinig mogelijk te storen.

Mochten er werken uitgevoerd worden op akkers of weilanden, dan vragen wij om rekening te houden met volgende voorwaarden:

●         bij het graven van sleuven dient de teelaarde afzonderlijk gestockeerd te worden

●         bij het dichten van de sleuven dienen de verschillende aardlagen in de juiste volgorde teruggestort te worden

●         tijdens de werken dient de toegankelijkheid van de aanpalende landbouwpercelen en –bedrijven verzekerd te worden

●         controleputten dienen zo veel mogelijk op de perceelgrenzen of bij de rooilijn aangebracht te worden (zeker wanneer het om akkerland gaat).

●         cultuurschade door werken dient billijk vergoed te worden

Het Agentschap voor Natuur en Bos bracht op 10 juli 2025 (ingekomen op 10 juli 2025) een voorwaardelijk gunstig advies uit:

Het Agentschap ging eerder akkoord met de beoordeling van de milieueffecten inzake biodiversiteit in de MER ontheffingsaanvraag, op enkele opmerkingen na. Deze werden uitgeklaard en verwerkt in de OVA.

Het Agentschap heeft in het kader van de MER ontheffing vragen gesteld die samen met enkele bijkomende vragen herhaald werden in de fase van het onderzoek naar volledigheid en ontvankelijkheid van voorliggende OVA. Alle bezorgdheden werden beantwoord in de projectversie die nu voorligt. Bijgevolg kan het Agentschap stellen dat:

Akkoord met conclusies uit de verscherpte natuurtoets/passende beoordeling (MERO ontheffing) en de implementatie in de OVA. Ook wordt akkoord gegaan met voorgestelde werken i.k.v. het wijzigen van kleine landschapselementen en hun vegetatie. Het Agentschap voor Natuur en Bos stelt vast dat de vergunningsplichtige activiteit geen betekenisvolle aantasting zal veroorzaken van de instandhoudingsdoelstellingen van de speciale beschermingszone, noch onvermijdbare én onherstelbare schade aan de natuur in het VEN.

Het Agentschap wenst omwille van de belangrijkheid als ontsnipperingsmaatregel volgende projectgeïntegreerde maatregel expliciet te laten opnemen in de voorwaarden:

Ter hoogte van huisnummer 297 in de Haldertstraat wordt de bestaande waterloop ‘IJsbeek’ afgeleid naar het zuiden richting de waterloop ‘Grote Motte’. Daarbij wordt een platte koker (afmetingen 1.200 x 600 mm) aangelegd als verbinding tussen de IJsbeek en de grachten aan de overzijde van de Haldertstraat. De koker wordt uitgerust met 5 ronde deksels met rooster die lichtinval mogelijk maken, zodat deze koker ook kan functioneren als fauna/amfibiepassage. Dit wordt uitgevoerd volgens het technische plan ‘BA_RIO 20352A_P_N_2_versie 19032025’.

De dienst Waterlopen van de provincie Vlaams-Brabant stelde op 30 juni 2025 (ingekomen op 30 juni 2025) geen advies uit te brengen:

Op 1 januari 2023 trad het besluit van de Vlaamse Regering van 25 november 2022 in voege (wijzigingen watertoetsbesluit en goedkeuring informatieplicht).

Volgens de bepalingen van dit besluit moet de advieskaart watertoets geraadpleegd worden.

De advieskaart geeft eenduidig en op perceelniveau aan of en aan welke instanties advies moet gevraagd worden in kader van de watertoets.

Volgens deze kaart is de provincie Vlaams-Brabant niet de adviesinstantie.

Dit is Watering de Motbeek.

Argumentatie

Als de aanvraag de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg omvat, dient de gemeenteraad te beslissen over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van de gemeenteweg. Het bevat de afschaffing en wijziging van gemeentewegen.

De gemeenteraad dient zich uit te spreken over de ligging, de breedte en de uitrusting van de gemeenteweg, en over de eventuele opname in het openbaar domein. Hierbij wordt rekening gehouden met de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, en in voorkomend geval met het gemeentelijk beleidskader en afwegingskader, vermeld in artikel 6 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen. De gemeenteraad neemt daarbij kennis van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die zijn ingediend tijdens het openbaar onderzoek, en kan in het besluit voorwaarden opleggen en lasten verbinden, die de bevoegde overheid, zijnde in deze het college van burgemeester en schepenen, in de eventuele vergunning opneemt.

De aanvraag heeft betrekking op infrastructuur met openbaar karakter voor het afvoeren van hemel-, oppervlakte-, en afvalwater in functie van de bovengemeentelijke saneringsopdracht.

Naar mening van de gemeenteraad zijn er verschillende maatschappelijke activiteiten die dienen afgewogen te worden, namelijk openbaar nut (mobiliteit en algemene inrichting van het openbaar domein), wonen, natuur en landbouw.

De Solleweg is opgenomen in de Atlas der Buurtwegen van Houwaart als weg 23 met een breedte van 3,3 meter. De weg is opgetekend aan de hand van een dubbele stippellijn, dit duidt op een private wegbedding waarop een publieke erfdienstbaarheid rust. In voorkomen is de weg geasfalteerd en bestaat hij uit 1 rijvak. Er bevinden zich geen fiets- of voetpaden langs de weg. De weg is niet gesitueerd binnen de bebouwde kom.

De Tienbundersweg is enerzijds, wat betreft de verbinding tussen de Solleweg en de Tienbundersweg als zijnde weg 24, opgenomen in de Atlas der Buurtwegen van Houwaart als weg 27 met een breedte van 3,3 meter. De weg is opgetekend aan de hand van een dubbele stippellijn, dit duidt op een private wegbedding waarop een publieke erfdienstbaarheid rust. In voorkomen is de weg geasfalteerd en bestaat hij uit 1 rijvak. Er bevinden zich geen fiets- of voetpaden langs de weg. De weg is niet gesitueerd binnen de bebouwde kom. Anderzijds is de Tienbundersweg, wat betreft de verbinding tussen de Haldertstraat en de Tienbundersweg als zijnde weg 27, opgenomen in de Atlas der Buurtwegen van Houwaart als weg 24. De weg is 3,3 meter breed en is opgetekend aan de hand van een dubbele stippellijn, dit duidt op een private wegbedding waarop een publieke erfdienstbaarheid rust. In voorkomen is de weg geasfalteerd en bestaat hij uit 1 rijvak. Er bevinden zich geen fiets- of voetpaden langs de weg. De weg is niet gesitueerd binnen de bebouwde kom.

De projectzone is tevens gesitueerd in de Haldertstraat. Deze weg is gekend als weg 3 in de Atlas der Buurtwegen. De wegbreedte varieert tussen 6,6 meter en 19 meter. De rijbaan bestaat uit 2 rijvakken, gerealiseerd in beton. De weg is aangeduid in volle lijnen, hetgeen inhoudt dat het een openbare weg in gemeentelijke eigendom betreft. Tussen de huisnummers 273 - 295 wordt de weg geflankeerd door een fietspad uitgevoerd in rode beton. De weg is niet gesitueerd binnen de bebouwde kom.

Ter hoogte van Haldertstraat 295 - Haldertstraat 307 is een parallelwegje gesitueerd. In de feiten is dit een smal betonwegje bestaande uit 1 rijvak. Overeenkomstig de Atlas der Buurtwegen betreft dit een weg met een breedte variërend tussen 6,6 meter en 7,6 meter. De weg is gemarkeerd in volle lijnen, hetgeen duidt op een openbare weg die in eigendom is van het gemeentebestuur. De weg is niet gesitueerd binnen de bebouwde kom.

De Rillaarseweg is overeenkomstig de Atlas der Buurtwegen gekend als weg 1 in de Atlas der Buurtwegen van Tielt met een breedte variërend tussen 4,4 meter en 6,8 meter. De wegenis bestaat uit 2 rijvakken en is vervaardigd in beton. Langs beide zijden van de weg is een fietspad in klinkers en beton gelegen.

Wat openbaar nut betreft is de gewenste maatschappelijke activiteit het gebruik en de inrichting van gemeentewegen.

De werken omvatten het aanleggen van een gescheiden stelsel RWA en DWA in de Solleweg, Tienbundersweg, Haldertstraat en Rillaarseweg.

Er worden werkzaamheden uitgevoerd aan de Ijsbeek. Omwille van wateroverlast moet ruimte gecreëerd worden voor wateroverlast op de Ijsbeek. Door het afleiden van de Ijsbeek in de Haldertstraat worden de bestaande grachten opwaarts minder belast. De Ijsbeek is ingebuisd ter hoogte van Rillaarseweg 187 om de doorsteek onder weg te maken. De inbuizingen zijn te klein en zorgen voor een knijpeffect op de waterloop. De inbuizing wordt vernieuwd. Daarnaast wordt er een gedeelte opengelegd. De openlegging zorgt voor natuurlijke afstroom en extra buffer- en infiltratievolume.

Binnen de contour van het openbaar domein worden diverse constructies zoals pompstations, omheiningen, toegangspoorten, verhardingen en laagspanningskasten geplaatst.

De wegenis in de betrokken straten wordt vernieuwd:

●         Solleweg (tot het kruispunt Solleweg - Tienbundersweg):

De rijweg wordt heraangelegd in asfalt. De nieuwe rijweg heeft een breedte van 3,6 meter inclusief 2 kantstroken van 30 centimeter.

●         Tienbundersweg:

De rijweg wordt vernieuwd naar 2,8 meter inclusief 2 kantstroken van 30 centimeter vanaf het kruispunt met de Solleweg tot nummer 5 en naar 3,05 meter inclusief 2 kantstroken van 30 centimeter vanaf huisnummer 5 tot het kruispunt met de Haldertstraat.

●         Haldertstraat:

Vanaf het kruispunt met de Tienbundersweg tot huisnummer 283 wordt de rijweg vernieuwd tot 5,4 meter breed in asfalt exclusief 2 straatgoten/trottoirband van 50 centimeter met aanliggende enkelrichtingsfietspaden aan weerszijden van 1,5 meter breed.

Vanaf huisnummer 283 tot het kruispunt met de Haldertstraat (zijstraat Haldertstraat) wordt een fietssuggestiestrook van 1,7 meter voorzien op de rijweg aan de zijde van de buffergracht. Aan de andere zijde wordt een nieuw fietspad van 1,5 meter voorzien.

Vanaf dit punt tot huisnummer 278 wordt de bestaande rijweg vernieuwd in asfaltverharding met een breedte van 5,4 meter en daarnaast:

●     Aan de oostelijke zijde, in de zone waar een nieuw fietspad van 1,5 meter wordt aangelegd wordt een lijnvormig element van 50 centimeter (30 centimeter platte kantstrook en 20 centimeter boordsteen type IE) voorzien

●     Aan de andere kant, in de zone waar er geen fietspad voorzien is, wordt een platte kantstrook van 30 centimeter voorzien. Vanaf het kruispunt met de zijstraat van de Haldertstraat wordt een fietssuggestiestrook van 1,7 meter voorzien op de rijweg.

Ter hoogte van huisnummer 278 wordt een verkeerspoort voorzien zodat het verkeer afgeremd kan worden zodat de fietsers die van het enkelrichtingsfietspad komen, veiliger op de baan komen. Vanaf de verkeerspoort tot het kruispunt met de Tieltseweg en de Rillaarseweg wordt de bestaande rijweg vernieuwd in asfalt naar 5,4 meter breed en daarnaast aan beide kanten worden lijnvormig elementen van 50 centimeter (30 centimeter platte kantstrook en 20 centimeter boordsteen type IE) en enkelrichtingsfietspaden van 1,75 meter breed voorzien.

●         Zijstraat Haldertstraat:

De bestaande rijweg wordt als eenrichtingsverkeer en fietszone voorzien zodat het gemotoriseerde verkeer in dezelfde rijrichting als de fietsers kunnen rijden.

●         Rillaarseweg:

Er wordt maximaal ingezet op veiligheid van fietsers. De bestaande rijweg wordt vernieuwd naar 6 meter breed in asfalt exclusief 2 straatgoten/greppels van 55 centimeter met aanliggende enkelrichtingsfietspaden aan weerszijden.

Ter hoogte van de woningen worden de opritten op het openbaar domein aangelegd in waterpasserende betonstraatstenen met afstandshouders. Tegelijkertijd wordt ingezet op ontharding door alle veiligheidsstroken tussen fietspad en rooilijn in gras aan te leggen. Door deze 2 ingrepen zal het regenwater meer kunnen infiltreren en is er dus minder afstroom naar het rioleringsstelsel.

Het project zal aansluiten op het aangrenzend project in de Tieltseweg in Aarschot. Aan de noordkant van het projectgebied Aarschot. Ook langs de Tieltseweg is er een aanleg van fietspaden gepland. Ter hoogte van deze overgang zullen de nieuwe fietspaden aansluiten op de geplande fietspaden met de Tieltseweg.

Het project is gedeeltelijk gesitueerd in natuurgebied overeenkomstig het gewestplan Aarschot-Diest. De natuurgebieden maken deel uit van de categorie groengebieden, deze zijn bestemd voor het behoud, de bescherming en het herstel van het natuurlijk milieu.

De betrokken zone is tevens gesitueerd binnen het habitatrichtlijngebied de Valleien van de Winge en de Motte met valleihellingen. De habitatrichtlijn regelt de bescherming van leefgebieden die van belang zijn voor de instandhouding van verschillende groepen wilde dieren. Het opzet van de richtlijn is bijdragen tot de biodiversiteit. Binnen de projectzone betreft het de bescherming van alluviale bossen met Alnion glutinosa en Fraxinus excelsior.

Tevens is de projectzone gedeeltelijk gesitueerd binnen VEN-gebied "Het Walenbos".

Het VEN vormt de ruggengraat van de natuurlijke structuur in Vlaanderen. Het is het geheel van de mooiste groene plekjes in Vlaanderen waar de natuur extra beschermd wordt en gebruikers en eigenaars bijkomende middelen en mogelijkheden krijgen om mee te bouwen aan een natuur- en mensvriendelijke omgeving.

In het VEN staat duurzaam behoud en ontwikkeling van de biodiversiteit op de eerste plaats. Er wordt gewerkt aan natuurgerichte bosbouw.

Met het project wordt de vuilvracht van 318 inwonerequivalenten bijkomend aangesloten op de RWZI Tielt-Winge, waar het afvalwater gezuiverd wordt alvorens het wordt geloosd in de Tieltse Motte. Dit komt de oppervlaktewaterkwaliteit (doelstellingen Kaderrichtlijn Water) en de instandhouding en ontwikkeling van watergebonden soorten zoals de bittervoorn als ook de kwaliteitsdoelstellingen voor de gewenste graslanden en boslandschap, rechtstreeks ten goede. De kwaliteit van het oppervlaktewater is rechtstreeks bepalend voor de ontwikkeling van de habitats, zeker waar die waterlopen overstromen ter hoogte van vegetaties gevoelig voor eutrofiëring zoals dotterbloemgraslanden en de oligotrofe broekbossen.

De aanleg van het gescheiden stelsel zorgt voor een beperkte verbetering van het overstromingsrisico door de voorziene buffering en vermazingen. Voor de realisatie van de noodzakelijke buffering is opwaarts een gecombineerd bufferbekken gepland. Ter hoogte van het project wordt maximaal ingezet op infiltratie in de bestaande grachten.

In functie van de aanleg van de infrastructuur gaat 127m² boshabitat (parallel aan de wegberm) verloren. De compensatie voor de ontbossing wordt voorzien in de vergunningsaanvraag. De tijdelijke innames als werkzone zijn beperkt en hypothekeren de latere ontwikkeling van habitats niet.

De ecologische inrichting van de bypass van de IJsbeek die voorzien worden onder de Haldertstraat geven invulling aan prioritaire inspanning van het SBZ met het oog op het realiseren van de instandhoudingsdoelstellingen van de Kamsalamander via het soortenbeschermingsprogramma.

In het (landschappelijk waardevol) agrarisch gebied worden de landbouwbelangen vertegenwoordigd.

De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven.

De voorgestelde werken betreffen handelingen van algemeen belang in toepassing van artikel 4.4.7 VCRO en omvatten het aanleggen van een gescheiden stelsel RWA en DWA in de Solleweg, Tienbundersweg, Haldertstraat en Rillaarseweg en volgen voornamelijk het tracé van de vermelde wegenissen.

Op het kadastraal gesitueerde perceel te Tielt-Winge, 2e afdeling, sectie A, nummer 131D wordt een tijdelijk terrein voor grondverbetering ingericht.

Voor alle uit te voeren werken is het aangewezen er rekening gehouden wordt met het plant- en zaaiseizoen. De teelaarde dient bij het uitvoeren van de werken te worden afgegraven. Na de werken moet deze terug aangelegd worden.

Controleputten moeten zoveel mogelijk bij de perceelsgrenzen of de rooilijn worden geplaatst.

De voorgenomen handelingen zijn deels gesitueerd in woongebied met landelijk karakter en een zone voor kleinschalig wonen en verblijven.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven.

De zone voor kleinschalig wonen en verblijven is bestemd voor wonen en verblijven. De zone is tevens bestemd voor openbare en private nuts- en gemeenschapsvoorzieningen, openbare groene ruimten en openbare verharde ruimten, voor zover deze functies en activiteiten complementair zijn aan de hoofdbestemmingen wonen en verblijven.

De woonfuncties binnen de projectzone worden niet gehinderd door de uitbreiding van het openbaar domein. De innames bevinden zich ter hoogte van de perceelsgrens.

Op basis van de bovenstaande overwegingen dient er geconcludeerd te worden dat alle maatschappelijke activiteiten gelijkwaardig zijn en elkaars doelstellingen niet in het gedrang brengen.

Over het algemeen moet gesteld worden dat het vernieuwen van de rijweg wordt uitgevoerd binnen het bestaande openbaar domein van de betrokken straten.

De Solleweg is geregistreerd in de Atlas der Buurtwegen met een dubbele stippellijn, hetgeen duidt op een private wegbedding waarop een publieke erfdienstbaarheid rust. Op deze locatie wordt een inname voorzien zodat de Solleweg een volledig openbaar karakter verwerft.

De Rillaarseweg krijgt tussen de huisnummers 175 - 185 een nieuwe rooilijn.

Elders worden grachten verbreed of worden nieuwe grachten aangelegd.

De voorgestelde wijzigingen zorgen voor een optimalisatie van het openbaar domein voor zowel het gemotoriseerd verkeer in de vorm van de aanleg van een nieuw wegdek als de trage weggebruiker in de vorm van de aanleg van nieuwe fietspaden, fietssuggestiestroken en fietszones.

De basisstructuur van het wegennet kan aldus als veilig beschouwd worden. Er stelt zich geen probleem in het licht van artikel 3,1° van het Gemeentewegendecreet.

Het voorliggend project heeft niet tot doel gemeentewegen af te schaffen. Het projectvoornemen schaadt het fijnmazig netwerk niet. Alle verbindingen met de overige verharde en onverharde trage wegen blijven bestaan.

De weggebruiker heeft baat bij de aanleg van een duidelijk en officieel traject. De minimale wijziging brengt de behoefte van de al dan niet trage weggebruiker niet in het gedrang. De behoefte van elke doelgroep is immers zich kunnen verplaatsen in de projectzone. Deze behoefte wordt door de voorgestelde rooilijnplannen ingevuld.

Het toekomstig gebruiksgenot wordt bijgevolg niet geschaad.

Het lokaal bestuur dient hiervoor de beleidsrichtlijnen uit artikel 4 van het Decreet houdende Gemeentewegen af te toetsen. De principes uit artikel 4 luiden als volgt:

1. Wijzigingen van het gemeentelijk wegennet staan steeds ten dienste van het algemeen belang;

2. Een wijziging, verplaatsing of afschaffing van een gemeenteweg is een uitzonderingsmaatregel die afdoende wordt gemotiveerd;

3. De verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen;

4. Wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief;

5. Bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen.

Volgens de eerste voorwaarde dienen wijzigingen van het gemeentelijk wegennet steeds ten dienste van het algemeen belang te staan.

Als algemene omschrijving kan het algemeen nu gezien worden als het tegemoetkomen aan een behoefte die bijdraagt tot een (noodzakelijke) verbetering van de samenleving en de leefomstandigheden van de gemeenschap, en waaraan door privéinitiatief geen oplossing wordt geboden (M. BOSMANS, E. BUYS, J. GHYSELS, J. MOERKERKE, & R. PALMANS, Onteigeningen: de voorafgaande fase, Antwerpen, Intersentia, 2006, 47).

Dit principe veronderstelt, in elk concreet dossier, een belangenafweging aangaande het al dan niet aanwezig zijn van algemeen belang, waarbij veelal ook private belangen aan de orde zijn. Deze belangenafweging dient de doelstellingen van het decreet in acht te nemen en zal leiden tot een gemotiveerde beslissing van de gemeenteraad.

Dergelijke belangenafweging diende ook reeds te worden doorgevoerd onder het regime van de Buurtwegenwet, in hoofdzaak wanneer een vraag tot afschaffing of wijziging voorlag. Zo stelde de Raad van State dat bij de beraadslaging van de gemeenteraad alle in het geding zijnde belangen moesten worden afgewogen, waarbij het openbaar belang primeert. De Raad van State behield zich in deze materie een marginaal toetsingsrecht voor.

Het algemeen belang heeft baat bij een kwalitatieve inrichting van het openbaar domein voor diverse gebruikers. Er wordt in voorliggend dossier rekening gehouden met de noden van alle weggebruikers.

Het openbaar belang heeft profijt bij de bereikbaarheid van het gebied en de herwaardering van de wegenis.

De minimale wijziging schaadt het algemeen belang niet. Er zijn enkel positieve gevolgen voor de toegankelijkheid.

Naar belevingswaarde is er voor het gemotoriseerd verkeer geen verschil. De fietspaden worden opgewaardeerd, hetgeen een vooruitgang betekent voor de trage weggebruiker.

Ter hoogte van de Rillaarseweg en de Solleweg is momenteel wegenis gesitueerd op private eigendom.

Het private belang van de betrokken eigenaars is wellicht het afschaffen van de beide wegen en het niet officialiseren van de wegenis. Het is echter zo dat de bedding al sinds meer dan 30 jaar op dergelijke wijze bruikbaar is. De eigenaars hebben geen belang bij een weg op hun perceel, maar hebben geen bezwaar tegen ligging op de voorgestelde locatie.

Door de wijziging en de officialisering van de wegbedding primeert bijgevolg het algemeen belang.

Een wijziging, verplaatsing of afschaffing van een gemeenteweg is een uitzonderingsmaatregel die afdoende wordt gemotiveerd.

De ruimtelijke context van de omgeving wordt gekenmerkt door verschillende varianten woongebied, varianten agrarisch gebied en natuurgebied. De betrokken wegenis is gesitueerd in deze te onderscheiden planologische bestemmingen.

Voorzieningen van openbaar nut zijn inpasbaar binnen de categorie woongebied. Binnen andere zoneringen is principieel strijdig maar is dit aanvaardbaar op basis van de regelgeving omtrent handelingen van algemeen belang overeenkomstig de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en het bijhorend uitvoeringsbesluit van 5 mei 2000, zoals gewijzigd.

Zoals reeds eerder gesteld zijn alle te onderscheiden belangen gezien de zoneringen, gelet op de vigerende regelgeving hieromtrent en de huidige inrichting van het gebied, als het mobiliteitsbelang, gezien de registratie van de wegen in de Atlassen der Buurtwegen van Houwaart en Tielt gelijkwaardig.

Het is niet denkbaar dat de gebruiker van de weg een nadeel zal ondervinden van het planvoornemen. De wijziging is minimaal en bevindt zich op dezelfde percelen als de huidige toestand.

Het is eerder denkbaar dat de gebruiker een voordeel zal ondervinden bij deze toestand waarin een optimaal ingericht openbaar domein zal aangelegd worden. De bestaande wegenis wordt heringericht met aandacht voor diverse types gebruikers. De bestaande verbindingen blijven behouden. Dit komt de veiligheid van de gebruiker van de weg ten goede.

De verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden in acht genomen. Elk perceel blijft toegankelijk vanop het openbaar domein.

Het planvoornemen heeft geen impact op de bestaande trage wegverbindingen in de omgeving.

De projectzone sluit aan tegen de gemeentegrens met de stad Aarschot. Op het grondgebied van de stad Aarschot wordt het project naar analogie uitgerust. Tussen de Haldertstraat en de Rillaarseweg is een stukje grondgebied Aarschot gesitueerd, namelijk de Tieltseweg. De rijweg is hier zowel op het grondgebied van Tielt-Winge als Aarschot gesitueerd en wordt vanzelfsprekend uitgevoerd in dezelfde materialen, namelijk betonnen trotoirbanden en KWS-verharding.

In de Haldertstraat is komende van het centrum van Houwaart een fietssuggestiestrook met een breedte van 1,7 meter gelegen. Deze voorziening loopt naar analogie door op het grondgebied van de stad Aarschot.

Ter hoogte van Tieltseweg 278 te Aarschot gaat deze fietssuggestiestrook over in een fietspad van 1,75 meter breed uitgevoerd in rode KWS-verharding. Hetzelfde type fietspad wordt aangelegd aan de overzijde, langs de Haldertstraat in Tielt-Winge. 

In het kader van het openbaar onderzoek dat van 16 juni 2025 tot 15 juli 2025 over deze aanvraag georganiseerd werd, werden er geen bezwaarschriften ontvangen.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

Bijlagen

Documenten OMV_2024013541.

Besluit:

eenparig aangenomen.
Artikel 1

De gemeenteraad verklaart zich akkoord met de voorliggende zaak van de wegen, volgens de ontwerp-rooilijnplannen van 23 oktober 2024 in het kader van de aanvraag tot omgevingsvergunning voor het uitvoeren van wegeniswerken, aanleggen van een gescheiden stelsel RWA en DWA in de Solleweg, Tienbundersweg, Haldertstraat en Rillaarseweg en het aanpassen van de rooilijnplannen op 23 december 2024, ingediend door Aquafin NV, met kantoren te Dijkstraat 8, 2630 Aartselaar (OMV_2024013541). De aanvraag heeft betrekking op een terrein gelegen te Tielt-Winge, Haldertstraat 260, 266, 268, 270, 271, 272, 272A, 273, 274, 278, 283, 283_1, 289, 291, 297, 303, 309, 309A, 311, 313, 313A, 315, 315A, 317, Rillaarseweg 118, 118A, 120, 124, 125, 126, 128, 130, 132, 133, 134, 137, 139, 141, 143, 145, 147, 149, 151, 153, 155, 156, 157, 158, 158A, 159, 160, 162, 163A, 164, 166, 168, 169, 170, 171, 172, 173, 174, 176, 177, 178, 179, 179A, 185, 187, 189, 191 en Tienbundersweg 1, 1A, 2, 3 en 5 met als kadastrale omschrijving: afdeling 1, sectie A, nummers 48C, 52E, 53E, 55N, 55P, 55L, 64Y, 64P2, 64S2, 64T2, 64V2, 64Y2, 64A3, 64F2, 64D2, 65H, 68B, 68E, 69W, 69P, 69S, 84E, 84F, 85M, 87K, 87M, 88M, 88S, 88R, 88T, 89E, 89D, 89C, 91R, 91P, 91T, 91W, 92V, 92K2, 92E2, 92F2, 92H2, 92B2, 115R, 115X, 115S, 116Y, 116W, 116L, 116N, 116X, 116Z, 116A2, 116B2, 336D; afdeling 2, sectie A, nummers 130E, 131C, 131D, 133T, 133R, 134V, 135G, 135P, 140D, 141E, 163B, 164A, 167G2, 167A2, 167D2, 167E2, 167F2, 167H2, 167L2, 167M2, 167N2, 167P2, 168B, 168C, 170C, 176K, 177W, 178F, 178C, 178E, 178D, 179N, 179Y, 179A2, 179B2, 179P, 179T, 179Z, 179F2, 179E2, 179D2, 179C2, 182A, 183D, 183E, 184H, 184G, 185P, 185S, 185T, 187C2, 187Z, 187/2 A, 187F2, 187G2, 188N, 188D, 192E, 540_, 549E, 551P, 551N, 551R, 552F, 552G, 552E, 553A, 557D, 557E en 557F.

Artikel 2

Een afschrift van deze beslissing wordt toegevoegd aan deze aanvraag tot omgevingsvergunning (OMV_2024020510).

Artikel 3

Tegen dit besluit van de gemeenteraad kan binnen de 30 dagen in het kader van een schorsend administratief beroep tegen de vergunningsbeslissing een georganiseerd administratief beroep worden ingesteld bij de Vlaamse Regering. De procedure van dit beroep verloopt volgens art. 31/1 van het Omgevingsdecreet.

Artikel 4

Op onderhavig besluit zijn de bepalingen van het bestuurlijk toezicht, opgenomen in het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen van toepassing." "

De gemeenteraad keurt de zaak der wegen in het omgevingsvergunningsdossier met referentie OMV_2024013541 goed.

Gemeenteraad 18 september 2025

Kennisneming vernietiging raadsbeslissing Oude Aarschotsebaan - zaak der wegen

Motivering

Feiten en context

De gemeenteraad neemt kennis van het schrijven van het Departement Mobiliteit & Openbare Werken van 5 augustus 2025 (ingekomen op 11 augustus 2025). Betreft: Decreet Gemeentewegen - Ministerieel besluit betreffende het beroep tegen het besluit van de gemeenteraad van de gemeente Tielt-Winge van 20 februari 2025 betreffende de weigering van de zaak der wegen in het kader van de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden aan de Oude Aarschotsebaan.

Op 20 februari 2025 leverde de gemeenteraad een ongunstig advies af omtrent de zaak der wegen inzake een omgevingsvergunningsdossier houdende het verkavelen van gronden langs de Oude Aarschotsebaan. Vervolgens werd op 25 maart 2025 de omgevingsvergunning geweigerd. Tegen de gemeenteraadsbeslissing werd beroep aangetekend.

De Vlaamse Minister van Mobiliteit en Openbare Werken, Havens en Sport oordeelde op 22 juli 2025 tot de vernietiging van de beslissing:

De motivering van de gemeenteraad is intern tegenstrijdig te noemen. De gemeenteraad lijkt de vraag of in deze sprake is van een gemeenteweg in de zin van het Decreet Gemeentewegen te verwarren met de vereiste dat een gemeenteweg ten dienste moet staan van het algemeen belang.

Waar de gemeente vermeldt dat de wegenis slechts nuttig is voor de ontsluiting van een 3- tal percelen, wekt zij alleszins de indruk dat zij van mening is dat de aangevraagde wegenis geen gemeenteweg zou zijn.

Het eigendomsstatuut van de wegzate is niet bepalend om het onderscheid te maken tussen een openbare weg en een private weg. Hetgeen telt, is het concreet beoogde gebruik van de wegenis dat voor de kwalificatie als gemeenteweg een openbaar karakter dient te hebben. Een weg is privaat wanneer deze enkel openstaat voor "bestemmingsverkeer". Dat is verkeer dat specifiek bestemd is voor aangelanden, waaronder ook de verkeersbewegingen van bezoekers van de aangelanden worden meegerekend.

Voor zover de gemeenteraad met de zinssnede "dat het algemeen belang in dit dossier niet aanwezig is" bedoelt dat er geen sprake is van een gemeenteweg had zij zich onbevoegd moeten verklaren om te beslissen.

In die hypothese wordt - louter ten overvloede - opgemerkt dat de vermelding dat de ontsluiting van de betrokken percelen ook kan geregeld worden via een erfdienstbaarheid niet strijdig is met het bepaalde in artikel 4, 3° van het Decreet Gemeentewegen of met het decreet tour court gezien die wetgeving dan helemaal niet van toepassing is.

Omgekeerd, indien de gemeenteraad van oordeel is dat de voorziene weg in de omgevingsvergunningsaanvraag wél een gemeenteweg betreft en indien de gemeenteraad desondanks van oordeel is dat deze weg het algemeen belang niet dient overeenkomstig artikel 4, 1° van het Decreet Gemeentewegen, dan had de gemeenteraad zich niet mogen beperken tot de vermelding dat "het verlengen van de weg met slechts ± 25 meter geen enkele meerwaarde met zich meebrengt voor de gemeenschap". Hieruit kan noch door de aanvrager, noch door de rechtsonderhorige in het algemeen worden uitgemaakt waarom de voorziene wegenis niet in overeenstemming is met een goed ruimtelijk doordacht gemeentelijk wegennet.

De gemeenteraad had dit meer in concreto moeten beoordelen, rekening houdend met alle elementen in het dossier zoals o.a. de afschaffing van buurtweg nr. 8 en het voorgehouden verdere gebruik van de bedding van die voormalige buurtweg door de aangelanden dan wel een ruimer publiek. Ook de vraag of de beoogde wegenis al dan niet relevant kan zijn voor de totstandkoming of het herstel van een bijkomend verbindingsnetwerk al dan niet voor traag verkeer is daarbij relevant te noemen.

Juridische gronden

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

Adviezen

Geen adviezen.

Argumentatie

De gemeenteraad dient formeel kennis te nemen van het Ministerieel Besluit van 22 juli 2025 dat de raadsbeslissing van 20 februari 2025 vernietigt waardoor deze definitief (en retroactief) uit de rechtsorde verdwijnt (en wordt geacht nooit te hebben bestaan).

In dit scenario worden best de formaliteiten van artikel 284 DLB (vermelding/kantmelding in de (definitieve) notulen (waar het oorspronkelijke besluit werd genomen) en melding/kennisgeving aan de raad) per anologiam toegepast.

De algemeen directeur zal tevens een door het decreet vereiste (volgende) kantmelding ("Kantmelding artikel 284 DLB - besluit vernietigd door het Ministerieel besluit van de Vlaams minister voor mobiliteit en openbare werken van 22 juli 2025") aanbrengen in de definitieve notulen van de gemeenteraad van 20 februari 2025 (agendapunt 7), waardoor dit besluit geacht wordt nooit te hebben bestaan.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

Bijlagen

Besluit van de Vlaamse minister van mobiliteit en openbare werken, havens en sport van 22 juli 2025.

Besluit:

De gemeenteraad neemt formeel kennis van het Ministerieel Besluit van 22 juli 2025 dat de raadsbeslissing van 20 februari 2025 'Zaak der wegen Oude Aarschotsebaan' vernietigt (ingevolge schrijven van het Departement Mobiliteit & Openbare Werken van 5 augustus 2025 (ingekomen op 11 augustus 2025))." "

De gemeenteraad neemt kennis van het schrijven van het Departement Mobiliteit & Openbare Werken van 5 augustus 2025 en MB van 22 juli 2025 (ingekomen op 11 augustus 2025).

Gemeenteraad 18 september 2025

Contantbelastingsreglement (aanslagjaren 2021-2025) voor de inzameling en verwerking van het huishoudelijk afval en daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval dit zowel voor de huis-aan-huis inzameling, inzameling via sorteerstraten inzameling op afroep, als de inzameling op het recyclagepark voor aanslagjaren 2021 t.e.m. 2025 - aanpassing ingevolge aanbieden gras en blad

Motivering

Feiten en context

De financiële toestand van de gemeente verantwoordt de instelling en heffing van deze lokale belasting.

Juridische gronden

●         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

●         Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen.

●         Decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen.

●         Besluit van de Vlaamse regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA).

●         Uitvoeringsplan huishoudelijk afval en gelijkaardig bedrijfsafval van 16 september 2016.

●         Omzendbrief KB ABB-2019/2 ‘Coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit’ van 15 februari 2019.

●         Gemeenteraadsbeslissing van 19 november 2020 over deze contantbelasting.

●         Politieverordening van 19 november 2020 betreffende het beheer van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen.

●         College van burgemeester en schepenen van 1 juli 2025 - EcoWerf simulaties

Adviezen

Geen adviezen.

Argumentatie

De financiële toestand van de gemeente vergt de invoering van alle rendabele belastingen voor de uitvoering van het meerjarenbeleidsplan 2020-2025.

De gemeente neemt deel aan EcoWerf, intergemeentelijk milieubedrijf Oost-Brabant.

Met ingang van 11 december 2003 deed de gemeente beheersoverdracht aan EcoWerf voor de inzameling van de hiernavolgende fracties van het huishoudelijk afval: het gewoon huisvuil, gft, pmd, papier en karton, snoeihout en grofvuil (en het daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval), alsook voor de exploitatie van het recyclagepark; met ingang van 7 september 2017 deed de gemeente beheersoverdracht deed aan EcoWerf voor de inzameling van zachte plastics.

De kosten voor inzameling van afval wegen fors op de gemeentelijke financiën, terwijl de gemeentelijke inkomsten en uitgaven in evenwicht dienen te zijn.

De kosten voor de huis-aan-huis inzameling en de inzameling op het recyclagepark zullen verhaald worden op de aanbieders via een contantbelasting; de invoering van een dergelijke gedifferentieerde contantbelasting laat de gemeente toe om het principe van “de vervuiler betaalt” toe te passen, om alzo prioriteit te verlenen aan afvalvoorkoming en slechts in tweede instantie het hergebruik en tenslotte de recyclage van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen te stimuleren.

Op basis van het masterplan recyclageparken van EcoWerf en de opening in de loop van 2019 van het EcoWerf recyclagepark te Messelbroek (waarbij dat vanaf dan de inwoners van de gemeente Tielt-Winge op alle EcoWerf-recyclageparken van het werkingsgebied van EcoWerf terecht kunnen) en de driejaarlijkse evaluatie van de DifTar-tarieven (medio 2019) dien(d)en de tarieven voor afvalinzameling te worden geüniformiseerd.

Vanaf 1 oktober 2025 zullen de inwoners tijdens de maanden oktober, november en december gratis 300 kg gras en blad kunnen aanbieden op het recyclagepark.

Financiële gevolgen

Er zijn geen direct-toewijsbare financiële gevolgen. Deze belasting geldt als algemene en verplichte bijdrage van de burger, opgelegd door de gemeenteraad, aan de algemene uitgaven van het lokaal bestuur (en waartegenover geen individueel aanwijsbare tegenprestatie van de overheid staat en/of geheven wordt voor een dienstverlening die het algemeen belang dient) ter uitvoering van het meerjarenplan.

Bijlagen

Geen bijlagen

Besluit:

15 stemmen voor: Katrien Houtmeyers, Jo Smekens, Jan Loddewykx, Bart Willems, Manuela Vervoort, Steve Cleynen, Gert Van denstorme, Ilse Roelants, Filip Charlier, Eric Roskin, Gerry Caluwaerts, Marleen De Vry, Raf Alaerts, Jasper Trompet en Fons Lemmens.
6 stemmen tegen: Germaine Willems, Agnes Van de Gaer, Rudi Beeken, Gunther Clinckx, Kris Cornelissen en Tom Craeninckx.
Artikel 1

Artikel 3 (Tarieven) van het "Contantbelastingsreglement voor de inzameling en verwerking van het huishoudelijk afval en daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval dit zowel voor de huis-aan-huis inzameling, inzameling via sorteerstraten, inzameling op afroep, als de inzameling op het recyclagepark voor aanslagjaren 2021 t.e.m. 2025" (goedgekeurd door de gemeenteraad op 19 oktober 2023) wordt met ingang vanaf 1 oktober 2025 als volgt aangepast:

§3. Inzameling via DifTar recyclagepark op gewicht

De contantbelasting in functie van het gewicht (per kg) van de ter inzameling en verwerking aangeboden afvalstoffen op het recyclagepark wordt hieronder weergegeven.

1 Tijdens de maanden oktober, november en december mag men gratis 300 kg gras en blad aanbieden. Bij overschrijding en buiten deze periode wordt het standaardtarief aangerekend.

2 De gemeente schrijft de land- en tuinbouwers aan. Met dit schrijven kan men zich tijdens de gecommuniceerde periodes aanbieden op één van volgende recyclageparken: Messelbroek, Wezersebaan (Zoutleeuw), Lubbeek en Haacht.

Het minimaal aangerekende gewicht bedraagt 5 kg.

De contantbelasting op het brengen van afvalstoffen naar het recyclagepark (toegangstarief) wordt vastgesteld op 1 euro per bezoek vanaf het 13de bezoek op jaarbasis ongeacht de wijze van aanbieding.

Artikel 2

Deze wijziging wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 285 e.v. van het Decreet over het  lokaal bestuur en treedt in werking op 1 oktober 2025.

Artikel 3

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van dit reglement.

Artikel 4

Afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan EcoWerf.

Artikel 5

Deze beslissing is onderworpen aan het bestuurlijk toezicht zoals dit geregeld wordt in het Decreet over het lokaal bestuur." "

Aanpassing van het contantbelastingreglement (ingevolge het gratis aanbieden van gras en blad tijdens het najaar met ingang vanaf 1 oktober 2025) voor de inzameling en verwerking van het huishoudelijk afval en daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval dit zowel voor de huis-aan-huis inzameling, inzameling op afroep, als de inzameling op het recyclagepark is goedgekeurd voor aanslagjaren 2021 t.e.m. 2025.

Gemeenteraad 18 september 2025

Plaatsing tijdelijke sluikstortcamera's door afvalintercommunale EcoWerf ter bestrijding van sluikstort en zwerfvuil aan glasbolsites en andere sluikstort-hotspots

Motivering

Feiten en context

Ecowerf richtte een schrijven aan de gemeentevennoten op 3 juli 2025 omtrent de verlenging van het sluikstortcameraproject.

EcoWerf werkte een voorstel uit dat zich toespitst op handhaving in de vorm van de inzet van sluikstortcamera's op hotspots die gekend staan voor overlast. Het project sluikstortcamera's wordt aangeboden voor de rest van de huidige legislatuur (2026 - 2031).

Het college van burgemeester en schepenen nam op 5 augustus 2025 de principiële beslissing tot de instap in dit project.

Juridische gronden

●         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, artikel 40 en 41;

●         Wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens en latere wijzigingen;

●         Wet van 21 maart 2007 tot regeling van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera's en latere wijzigingen;

●         Algemene Verordering Gegevensbescherming;

●         College van burgemeester en schepenen van 5 augustus 2025 - EcoWerf - Sluikstortcamera's.

Adviezen

De korpschef verleende voor de bewakingscamera's een positief advies op 18 augustus 2025

Argumentatie

EcoWerf staat in voor de camera's en treedt op als verwerker van de beelden en zal o.a. instaan voor:

●         het plaatsen en registreren van de camera's;

●         het leveren van de camerapictogrammen, de plaatsing ervan gebeurt in onderling overleg;

●         het bekijken van de beelden en het bijhouden van een dataregister;

●         het opstarten van een dossier in een vorm van een bestuurlijk verslag waar mogelijk en het overmaken van de vaststellingen en het bestuurlijk verslag aan de sanctionerend ambtenaar die werd aangesteld door de gemeente.

De afspraken hieromtrent tussen lokaal bestuur, politiezone en afvalintercommunale worden verankerd in een overeenkomst (samenwerkingsprotocol).

De beelden worden ter plaatse opgenomen en retroactief bekeken voor EcoWerf.

Ze worden bewaard voor de termijn van één maand, tenzij ze deel uitmaken van een actueel dossier. In dat geval worden ze één jaar bijgehouden. Indien ze bijdrage leveren tot het bewijzen van een misdrijf of van schade of tot het identificeren van een dader, een ordeverstoorder, een getuige of een slachtoffer, anders dan sluikstort, worden ze overgemaakt aan de politiezone.

EcoWerf heeft aansluiting verkregen bij de beraadslaging FO nr. 18/2015 en heeft een overeenkomst tot gegevensdeling afgesloten met het Directoraat-Generaal Wegvervoer en Verkeersveiligheid waardoor EcoWerf toegang heeft tot de Kruispuntbank van de voertuigen waardoor een nummerplaat geïdentificeerd kan worden zonder tussenkomst van de politiezone. De gemeente Tielt-Winge neemt ook de nodige stappen om aansluiting te verkrijgen bij de beraadslaging FO nr. 18/2015 en om een overeenkomst tot gegevensdeling af te sluiten met het Directoraat-Generaal Wegvervoer en Verkeersveiligheid.

Zoals voorzien in artikel 5§2 van de wet van 1 maart 2007 tot regeling van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera's dient de gemeenteraad van de betrokken gemeente een positief advies te formuleren.

Financiële gevolgen

De werkingsbijdrage bedraagt 0,3914 euro/inwoner/jaar. Dit bedrag is - op indexaties na - niet onderhevig aan veranderingen.

Bijlagen

• Samenwerkingsprotocol
• Advies korpschef

Besluit:

eenparig aangenomen.
Artikel 1

De gemeenteraad geeft een positief advies betreffende de plaatsing van de mobiele sluikstortcamera's op glasbolsites en andere hotspots door de afvalintercommunale EcoWerf.

Artikel 2

De gemeenteraad keurt de overeenkomst met de afvalintercommunale en de politiezone inzake het plaatsen en gebruiken van de mobiele sluikstortcamera's goed.

Artikel 3

De beslissing wordt ter kennis gebracht van EcoWerf en de politiezone.

Artikel 4

Deze beslissing is onderworpen aan het bestuurlijk toezicht, zoals dit wordt geregeld door de toepasselijke bepalingen van het Decreet over het lokaal bestuur." "

Goedkeuring van de verlenging van het sluikstortcameraproject door EcoWerf.

Gemeenteraad 18 september 2025

Samenwerkingsovereenkomst Fluvius - riolerings - en wegeniswerken Sint-Gertrudendries

Motivering

Feiten en context

De Lubbeekstraat is in het zoneringsplan van VMM ingekleurd als collectief te optimaliseren buitengebied.

Fluvius is gelast met het aanleggen van riolering in deze zone (project R/002659).

De gemeente dient een klein deel van het wegherstel op zich te nemen.

Juridische gronden

Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017

Adviezen

Geen adviezen.

Argumentatie

Fluvius zal de opdracht voor de studie en het ontwerp van de wegenis - en rioleringswerken via standaardbestek ontwerp Fluvius laten ontwerpen.

Het gemeentebestuur zal op haar beurt haar aandeel in de studie voor de wegenwerken goedkeuren en toevoegen aan de opdracht van het studiebureau.

Fluvius wordt aangeduid om in gezamenlijke naam bij de gunning en de uitvoering van de opdrachten als opdrachtgevend bestuur op te treden, overeenkomstig artikel 48 van de wet van 17 juni 2016 betreffende de overheidsopdrachten.

Elke partij staat in voor de goedkeuring van haar deel van de opdracht en de betaling hiervan.

Een veiligheidscoördinator-ontwerp –gelast met veiligheidscoördinatie, veiligheids- en gezondheidsplan, …- moet aangeduid worden door Fluvius, de kost wordt verdeeld op basis van het aandeel van beide partijen.

Een bodemsaneringsdeskundige moet aangesteld worden in functie van het technisch verslag nopens grondverzet, de kost wordt verdeeld op basis van het aandeel in de werken.

Overeenkomstig de bepalingen van artikel 4.3.5. Vlarema zal het opdrachtgevend bestuur een sloopopvolgingsplan opmaken door een erkende deskundige en conform laten verklaren door een erkende sloopbeheerorganisatie. De kost wordt verdeeld op basis van het aandeel van beide partijen.

Fluvius gelast een veiligheidscoördinator-uitvoering (met aangepast VGP, postinterventiedossier, …) die de veiligheidscoördinatie tijdens de uitvoering van de werken zal opvolgen. De kost wordt berekend op basis van het aandeel in de opdracht.

Fluvius staat in voor het opstellen van een archeologische nota die nodig is voor de werken en draagt hiertoe alle kosten.

Indien dit nodig blijkt uit de studie, wordt binnen de studieopdracht er een deskundige aangesteld m.b.t. de opmaak van de bemalingsstudie en de beschrijving van de eventueel uit te voeren zettings- en bemalingsproef. De kosten voor de opmaak van de bemalingsstudie alsook de eventuele proefkosten worden door de partijen - voor wie de desbetreffende deelopdracht relevant is voor haar aandeel in de werken - gedragen a rato van de raming der werken voor aanbesteding van elk van de delen. (Aandeel studiekost voor bemaling is hoofdzakelijk van toepassing voor het aandeel riolering, dat aandeel is ten laste van Fluvius).

Elke partij staat in voor het verwerven van de vergunningen en desgevallend onteigeningen die nodig zijn voor de uitvoering van de werken ten hare laste.

De leidend ambtenaar van de procedure moet aangeduid worden door Fluvius.

Fluvius duidt bij gunning der werken een toezichter aan voor het toezicht op de gezamenlijke werken. De toezichtskost zal berekend worden volgens de werkelijke kost. Deze kost zal, wanneer voor gunning een combinatie van meerdere projecten mogelijk blijkt, verhoudingsgewijs over die verschillende projecten en op basis van het aandeel van elk der partijen in deze projecten verdeeld worden.

De aansprakelijkheidsregeling is gebaseerd op het aandeel in de werken, Fluvius zal vrijwillig tussenkomen in geschillen.

Financiële gevolgen

Het project wordt voorzien in het meerjarenplan.

Bijlagen

Samenwerkingsovereenkomst

Besluit:

eenparig aangenomen.
Artikel 1

De samenwerkingsovereenkomst houdende ‘Wegen- en rioleringswerken Sint-Gertrudendries, Verlorenhoek en Lubbeekstraat' tussen Fluvius, het gemeentebestuur van Lubbeek en het gemeentebestuur van Lubbeek, als bijlage bij deze beslissing en er integraal deel van uitmakend, wordt goedgekeurd.

Artikel 2

De burgemeester en de algemeen directeur worden gemachtigd om de voorliggende overeenkomst te ondertekenen.

Artikel 3

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering en opvolging van dit besluit.

Artikel 4

Deze beslissing is onderworpen aan het bestuurlijk toezicht, zoals geregeld door het decreet over het lokaal bestuur." "

De samenwerkingsovereenkomst wordt goedgekeurd.

Gemeenteraad 18 september 2025

Nieuwe samenwerkingsnota ELZ Demerland in het kader van Bewegen Op Verwijzing inclusief vraag tot cofinanciering

Motivering

Feiten en context

Bewegen Op Verwijzing startte in 2016, na goedkeuring van de Vlaamse regering in 2015. De gemeenten uit de Eerstelijnszone Demerland stapten midden 2017 in. Ondertussen zijn al meer dan 600 deelnemers in onze regio succesvol gecoacht naar een actiever leven.

Voor de uitvoering van het project Bewegen Op Verwijzing is er een werkingsbudget nodig. Het betreft een cofinanciering:

De Vlaamse overheid financiert voor ongeveer 70% de coachingssessies en ongeveer 30% wordt door de deelnemer betaald. Personen met verhoogde tegemoetkoming nemen in de eerstelijnszone Demerland gratis deel. Zoals reeds overeengekomen, passen de lokale besturen bij voor de coachingssessies van deze personen.

In 2016-2020 en 2021-2022 betaalde de Vlaamse overheid een incentive uit, die als werkingsbudget gebruikt werd. Vanaf 2023 is deze weggevallen. Via de BOV stuurgroep Demerland ijveren we dat lokale besturen elk hun steentje bijdragen om de huidige positieve werking te blijven garanderen.

Het Vlaams Instituut Gezond Leven werkt aan een voorstel om vanaf 2026 de administratie van het project te vereenvoudigen. Communicatie over deze verandering volgt nog. Tot dan zullen de taken binnen het project opgenomen worden als verder beschreven.

Juridische gronden

●         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

●         Organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.

Adviezen

Ingeburgerde werking met ELZ als trekker.

Argumentatie

Trekker ELZ Demerland

●         rapporteert jaarlijks over de werking en de bereikte inwoners (naar de lokale besturen en de Vlaamse overheid)

●         roept de stuurgroep 2 keer per jaar samen

●         fungeert als lokale contactpersoon voor de coaches, lokale besturen, Gezondheidsmakers Oost-Brabant en andere organisaties

●         beheert het budget, op advies van de stuurgroep

●         voorziet een vergaderruimte voor de stuurgroep

●         promoot regelmatig de methodiek via de gebruikelijke communicatietools

●         brengt BOV regelmatig onder de aandacht van het bestuursorgaan van de ELZ

●         faciliteert samenwerking tussen BOV en andere projecten/partners.

Bewegen Op Verwijzing-coaches

●         staan in voor de coaching van de deelnemers (individueel en in groep)

●         registreren in- en outtakes in de administratieve database en koppelen terug naar de (huis)arts

●         overleggen regelmatig met de gemeentelijke contactpersoon en de trekker

●         rapporteren tijdens de stuurgroep

●         bezoeken op regelmatige basis de (huis)artsen, eventuele zorgverleners en lokale raden

●         nemen deel aan intervisie (lokaal of georganiseerd door het Vlaams Instituut Gezond Leven)

●         denken mee na over de verbetering van de methodiek

●         zorgen voor de eigen, tijdige financiële administratie en facturatie.

Financiële gevolgen

Bijlagen

●         Nieuwe samenwerkingsovereenkomst BOV

●         Mail over werking BOV met aantal deelnemers tijdens 2023 en 2024.

Besluit:

eenparig aangenomen.
Artikel 1

De gemeenteraad gaat akkoord met de engagementen van het lokaal bestuur project bewegen op verwijzing in de vorm van een samenwerkingsnota met ELZ Demerland vzw.

De gemeenteraad gaat akkoord om het jaarlijks werkingsbudget voor het project 'Bewegen op Verwijzing' te ondersteunen via een cofinanciering van 0,06 euro/inwoner of 694,2 euro in totaal per kalenderjaar.Dit bedrag zal worden opgenomen in de begrotingsvoorstellen 2026-2031

Artikel 2

Het lokaal bestuur

●         stelt goed bereikbare en vlot toegankelijke lokalen ter beschikking (cfr. engagementsverklaring die destijds werd ondertekend)

●         neemt 2 keer per jaar actief deel aan de stuurgroep

●         promoot regelmatig de methodiek via de gebruikelijke communicatietools

●         denkt en werkt mee om kwetsbare inwoners te bereiken

●         staat via de gemeentelijke contactpersoon in nauw contact met de lokale coach en trekker

●         informeert de betrokken partijen over het lokale beweegaanbod en de lokale noden

●         voorziet voor de periode van 2026-2031 een werkingsbudget ten bedrage van 0,06 euro per inwoner (zie tabel hieronder voor een indicatie van de aantallen en bedragen berekend op het aantal inwoners in 2025). Ieder jaar zal het werkingsbudget berekend worden op het aantal inwoners aan het begin van dat jaar. De bijdrage wordt opgetrokken van 0,04 euro naar 0,06 euro. Dit om ervoor te zorgen dat de middelen voldoende zijn om het stijgende aantal sessies te vergoeden en de werkingskosten van het project te dekken.

Artikel 3

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van deze beslissing.

De financiële dienst zorgt voor de uitvoering van de afspraken rond de cofinanciering.

Artikel 4

Afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan ELZ Demerland vzw.

Artikel 5

Deze beslissing is onderworpen aan het bestuurlijk toezicht, zoals dit wordt geregeld door de toepasselijke bepalingen van het Decreet over het lokaal bestuur." "

Cofinanciering project 'Bewegen op verwijzing' voor kalenderjaren 2026-2031.

Gemeenteraad 18 september 2025

Reglement vieringen jubilarissen en 100-jarigen 2025-2031

Motivering

Feiten en context

Op de gemeenteraad van 21 maart 2013 is een retributiereglement en een toelagereglement goedgekeurd voor de viering van jubilarissen.

Gezien de viering van jubilarissen momenteel een andere invulling krijgt, moeten deze twee reglementen vervangen worden door een nieuw reglement.

Juridische gronden

●         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

●         Gemeenteraadsbeslissing van 21 maart 2013: Retributiereglement: kosten voor deelnemers aan gezamenlijke jubilarisviering.

●         Gemeenteraadsbeslissing van 21 maart 2013: Reglement tot toekenning van geboortepremies en premies voor jubilarissen.

Adviezen

Er zijn vele besprekingen hierover gevoerd zowel met beleid als met de bevoegde ambtenaren.

Argumentatie

De jubilarissenviering in de huidige vorm vond plaats in het weekend in 't Jongensschool.

Actueel is een andere invulling van de viering van jubilarissen aan de orde, nl. om de vieringen in de week te laten plaatsvinden en in het lokaal dienstencentrum Zonnedries op een vrijdagnamiddag.

De jubilarissen ontvangen een gepersonaliseerde uitnodiging en moeten hiervoor inschrijven. Als de jubilaris bijstand nodig heeft mag hij zich laten vergezellen.

De jubilarissen krijgen een aperitief aangeboden en daarna zullen ze kunnen aanschuiven aan een dessertenbuffet. Tijdens deze namiddag krijgen de koppels de kans om een mooie foto te laten maken die dan ingekaderd aan hen zal aangeboden worden. Ze ontvangen ook een streekproducten mand ter waarde van 100 euro, evenals een tegoedbon voor het nuttigen van een maaltijd in restaurant Viersterrendries te Zonnedries. Zoals gebruikelijk ontvangen ze ook nog de officiële cadeaus van het koningshuis en de provincie.

De 100- jarigen kunnen indien gewenst een bezoek krijgen van het schepencollege en ontvangen een gelijkwaardig cadeau.

Aangezien de huldiging gratis is voor de jubilarissen en het niet langer de bedoeling is om ook familieleden te betrekken bij de receptie, is het bepalen van een tarief voor deelname ook niet meer aan de orde en kan het (aparte) retributiereglement vervallen.

Het college van burgemeester en schepenen verleende een principieel akkoord aan het reglement vieringen jubilarissen en 100-jarigen 2025-2031 in zitting van 5 augustus 2025.

Financiële gevolgen

De balans tussen de oude regels en de nieuwe regels zal in evenwicht zijn op het vlak van uitgaven.

Bijlagen

Tekst gemeenteraadsbeslissingen van 21 maart 2013.

Besluit:

13 stemmen voor: Katrien Houtmeyers, Jo Smekens, Jan Loddewykx, Bart Willems, Manuela Vervoort, Steve Cleynen, Gert Van denstorme, Ilse Roelants, Filip Charlier, Eric Roskin, Marleen De Vry, Jasper Trompet en Fons Lemmens.
7 stemmen tegen: Germaine Willems, Agnes Van de Gaer, Rudi Beeken, Gunther Clinckx, Kris Cornelissen, Tom Craeninckx en Raf Alaerts.
1 onthouding: Gerry Caluwaerts.
Artikel 1

De gemeenteraad gaat akkoord met het Huishoudelijk reglement viering jubilarissen en 100-jarigen 2025-2031, luidende als volgt:

Huishoudelijk reglement vieringen jubilarissen en 100-jarigen 2025-2031 (versie 18.09.2025)

Locatie en tijdsbepaling van de jubilarisviering

Art. 1

De gebruikelijke locatie voor het organiseren van de jubilarisvieringen is het Lokaal Dienstencentrum Zonnedries, Zonnedrieslaan 27.

Art. 2

De jubilarisvieringen worden twee maal per jaar gehouden waardoor de koppels die een jubileum te vieren hebben in de eerste helft van het jaar in die periode worden uitgenodigd en de andere koppels worden dan op de viering in het najaar uitgenodigd.

Het tijdstip van de jubilarisviering is vastgelegd op een vrijdagnamiddag vanaf 14 uur.

Uitnodiging en catering

Art. 3

De jubilarissen ontvangen een gepersonaliseerde uitnodiging en moeten hiervoor inschrijven.

Als de jubilarissen bijstand nodig hebben mogen ze zich laten vergezellen.

De jubilarissen krijgen een aperitief aangeboden en daarna zullen ze kunnen aanschuiven aan een dessertenbuffet.

Geschenken

Art. 4

Tijdens deze namiddag krijgen de koppels de kans om een mooie foto te laten maken die dan nadien ingekaderd aan hen zal aangeboden worden.

De koppels ontvangen ook een mand met streekproducten ter waarde van 100 euro, evenals een tegoedbon voor het nuttigen van een maaltijd in restaurant Viersterrendries te Zonnedries. Zoals gebruikelijk ontvangen ze ook nog de officiële cadeaus van het koningshuis en de provincie.

100-jarigen

Art. 5

De 100-jarigen kunnen indien gewenst een bezoek krijgen van het schepencollege en ontvangen een gelijkwaardig cadeau.

Artikel 2

In het eerste werkingsjaar 2025 worden de 2 jubilarisvieringen ingepland in het najaar.

Artikel 3

De gemeenteraad gaat akkoord om tot intrekking van het reglement tot toekenning van geboortepremies en premies voor jubilarissen (gemeenteraadsbeslissing van 21 maart 2013) over te gaan.

De gemeenteraad gaat akkoord om tot intrekking van het retributiereglement kosten voor deelnemers aan gezamenlijke jubilarisviering (gemeenteraadsbeslissing van 21 maart 2013) over te gaan.

Artikel 4

Dit reglement wordt bekend gemaakt conform artikel 286 DLB en treedt in werking conform artikel 288 DLB.

Artikel 5

Deze beslissing is onderworpen aan het bestuurlijk toezicht, zoals dit wordt geregeld conform de toepasselijke bepalingen van het Decreet over het lokaal bestuur." "

Akkoord om tot intrekking van de reglementen van 21 maart 2013 in verband met jubilarissen over te gaan. Goedkeuring reglement viering jubilarissen en 100- jarigen 2025-2031.

Gemeenteraad 18 september 2025

Oprichting IGS 5.0 met statutaire draagkracht ILV Hartje Hageland

Motivering

Feiten en context

Vanaf 2007 stimuleerde de Vlaamse overheid de oprichting van interlokale verenigingen ter ondersteuning van het lokale woonbeleid. In 2008 richtten de gemeenten Bekkevoort, Glabbeek, Kortenaken en Tielt-Winge het intergemeentelijk samenwerkingsproject Hartje Hageland op. De samenwerkingsovereenkomst liep van 1 januari 2009 tot en met 31 december 2018.

In 2017 besloten de gemeenten de overeenkomst te vernieuwen voor de periode 1 januari 2018 tot en met 31 december 2019. Op dat moment trad ook de gemeente Lubbeek toe tot het samenwerkingsverband.

Ook na 2019 werd de samenwerking voortgezet. Om de subsidies vanuit Vlaanderen en de provincie te maximaliseren, werd naast Hartje Hageland nog twee interlokale verenigingen opgericht: ILV Hartje Hageland Oost en ILV Hartje Hageland West.

●         Hartje Hageland Oost: Bekkevoort, Glabbeek en Kortenaken, met Bekkevoort als beherende gemeente.

●         Hartje Hageland West: Lubbeek en Tielt-Winge, met Tielt-Winge als beherende gemeente.

ILV Hartje Hageland werd het ‘overkoepelend’ samenwerkingsverband om de doelstellingen van beide interlokale verenigingen te coördineren, onder meer via de tewerkstelling van personeel van de beherende gemeente Tielt-Winge.

De ILV Hartje Hageland neemt van rechtswege een einde op 31 december 2025. Een nieuwe samenwerking is noodzakelijk om het lokale woonbeleid in de regio blijvend te ondersteunen.

Juridische gronden

●         Het Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017

●         Het Besluit Vlaamse Wooncodex 2021 inzake het lokale woonbeleid

●         Het Besluit van de Vlaamse Regering van 14 maart 2025 houdende het lokaal woonbeleid. Dit besluit regelt de subsidiëring van intergemeentelijke projecten ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid.

Adviezen

Geen adviezen.

Argumentatie

De deelnemende gemeenten worden vandaag geconfronteerd met gelijkaardige woonuitdagingen, waaronder de betaalbaarheid van woningen, het creëren van kwalitatieve woonomgevingen, problematieken op de private huurmarkt, het aanpakken van de leegstand en  de nood aan gerichte informatie en begeleiding over wonen en energie. Deze uitdagingen stoppen niet aan de gemeentegrenzen en vragen om een gecoördineerde, bovenlokale aanpak.

Een versterkte samenwerking tussen meerdere gemeenten binnen het beleidsdomein wonen maakt het mogelijkheid om deze uitdagingen efficiënter en effectiever aan te pakken. Door gezamenlijke beleidsdoelstellingen te formuleren en uit te voeren, kunnen middelen en expertise gebundeld worden en kan sneller ingespeeld worden op nieuwe ontwikkelingen en regelgeving.

Een interlokale vereniging zonder rechtspersoonlijkheid vormt hiervoor het meest aangewezen samenwerkingsmodel. Deze werkvorm is flexibel, kosteneffectief en administratief eenvoudig, waardoor kostbare tijd en middelen maximaal naar de uitvoering van het woonbeleid kunnen gaan.

Bovendien maakt deze samenwerkingsvorm het mogelijk om via gezamenlijke woonbeleidscoördinatie, kennisdeling en projectwerking een aanzienlijke meerwaarde te realiseren voor zowel de deelnemende besturen als hun inwoners.

Gelet op de aflopende samenwerking op 31 december 2025, is het noodzakelijk nu de basis te leggen voor een toekomstgericht, efficiënt en bovenlokaal woonbeleid dat blijvend inspeelt op de noden van onze inwoners.

Financiële gevolgen

De nieuwe interlokale vereniging treedt in de rechten en verplichtingen van de voorgaande interlokale vereniging, waarbij alle bestaande schulden, lasten, activa en middelen integraal worden overgedragen.

Daarnaast zijn de deelnemende gemeenten gehouden tot het betalen van een jaarlijkse bijdrage aan de ILV. Deze bijdrage wordt berekend als het verschil tussen de totale kosten en de ontvangen subsidies (het restbedrag). Dit restbedrag wordt verdeeld over de deelnemende gemeenten, proportioneel aan het aantal laatst gekende huishoudens per gemeente.

De bijdrage voor 2026 bedraagt:

Bijlagen

●         Oriëntatie- en financiële nota

●         Statuten

Besluit:

eenparig aangenomen.
Artikel 1

De gemeenteraad keurt de oprichting goed van een interlokale vereniging zonder rechtspersoonlijkheid voor het beleidsdomein wonen, hierna genoemd: ILV Hartje Hageland.

Artikel 2

De overeenkomst met statutaire draagkracht van de ILV ‘Hartje Hageland’, zoals bijgevoegd bij onderhavige beslissing en er integraal deel van uitmakend, worden goedgekeurd.

Artikel 3

De nodige financiële middelen worden voorzien via de reguliere gemeentelijke begroting, op basis van de verdeelsleutel zoals overeengekomen in de samenwerkingsovereenkomst.

Artikel 4

Een afschrift van dit besluit wordt bezorgd aan de ILV Hartje Hageland en aan de toezichthoudende overheid." "

Oprichting van een interlokale vereniging zonder rechtspersoonlijkheid voor het beleidsdomein wonen: ILV "Hartje Hageland".

Gemeenteraad 18 september 2025

Goedkeuring aanvraag subsidies Wonen in Vlaanderen 2026-2031 door ILV Hartje Hageland - formeel engagement basisinitiatieven Codex Wonen

Motivering

Feiten en context

De gemeente is deelnemer aan de Interlokale Vereniging Hartje Hageland, opgericht voor de uitvoering en coördinatie van het bovenlokale woonbeleid in de betrokken gemeenten.

Het Besluit van de Vlaamse Regering houdende het lokaal woonbeleid voorziet in de subsidiëring van intergemeentelijke projecten ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid en dit voor de periode 2026-2031, op voorwaarde dat de deelnemende gemeenten zich verbinden tot het uitvoeren van de door de Vlaamse Codex Wonen opgelegde basisinitiatieven. Daarnaast kunnen de gemeenten optioneel kiezen voor subsidies voor de uitvoering van eigen initiatieven.

Juridische gronden

●         Het Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017

●         Het Besluit Vlaamse Wooncodex 2021 inzake het lokale woonbeleid

●         Het Besluit van de Vlaamse Regering van 14 maart 2025 houdende het lokaal woonbeleid. Dit besluit regelt de subsidiëring van intergemeentelijke projecten ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid.

Adviezen

Geen adviezen.

Argumentatie

Om in aanmerking te komen voor de subsidies “Wonen in Vlaanderen” voor de periode 2026–2031, is het noodzakelijk dat de gemeenteraad zich formeel engageert tot het uitvoeren van de wettelijk vastgelegde basisinitiatieven, zoals opgenomen in de Vlaamse Codex Wonen.

Deze initiatieven dragen bij tot een versterkt en gecoördineerd woonbeleid op intergemeentelijk niveau.

Financiële gevolgen

De Vlaamse subsidies zijn afhankelijk van parameters. Voor de basisinitiatieven tellen het aantal private huishoudens en het aandeel huurwoningen in het werkingsgebied. Voor de eigen initiatieven geldt het aantal deelnemende gemeenten als parameter.

Op basis van de huidige cijfers bedraagt de jaarlijkse Vlaamse subsidie bij aanvang van IGS 2026-2031:

●         Basisinitiatieven: 68.500 euro

●         Eigen initiatieven: 45.000 euro.

Dit geeft een maximale jaarlijkse subsidie van 113.500 euro bij de start. Deze bedragen worden jaarlijks deels geïndexeerd.

Bijlagen

Subsidieaanvraag – met nota eigen initiatieven

Besluit:

eenparig aangenomen.
Artikel 1

De gemeenteraad keurt de indiening goed van de gezamenlijke subsidieaanvraag “Wonen in Vlaanderen” door de Interlokale Vereniging Hartje Hageland voor de periode 2026–2031.

Artikel 2

Elke deelnemende gemeente verbindt zich ertoe de basisinitiatieven, vermeld in de artikelen 2.7 tot en met 2.9 en 2.14 tot en met 2.16 van het Besluit Vlaamse Codex Wonen, uit te voeren. Aangezien deze bepalingen kunnen worden gewijzigd, zullen de uit te voeren basisinitiatieven mee evolueren overeenkomstig de geldende regelgeving.

Artikel 3

Een afschrift van dit besluit wordt bezorgd aan Wonen in Vlaanderen en aan de Interlokale Vereniging Hartje Hageland.

Artikel 4

Deze beslissing is onderworpen aan het bestuurlijk toezicht, zoals dit wordt geregeld door de toepasselijke bepalingen van het Decreet over het lokaal bestuur." "

Aanvraag subsidies interlokale vereniging Hartje Hageland voor de periode 2025-2031.

Gemeenteraad 18 september 2025

Aanvraag vrijstelling inhaalbeweging bindend sociaal objectief

Motivering

Feiten en context

Vlaanderen wil het sociaal woonaanbod versneld uitbreiden en geografisch spreiden. Elke gemeente kreeg daarom een bindend sociaal objectief (BSO) opgelegd. Binnen een vooropgestelde termijn moet de gemeente op haar grondgebied een aantal bijkomende sociale huurwoningen realiseren. Vanuit haar regisseursrol op het vlak van lokaal woonbeleid neemt de gemeente concrete initiatieven om tijdig dit BSO te behalen.

Het BSO is de rechtsplicht voor de gemeente om de opgelegde doelstelling op het vlak van bijkomende sociale huurwoningen te realiseren in de periode 2009-2025.

Op basis van de nulmeting op datum van 31 december 2007 is het objectief voor sociale huurwoningen per gemeente bepaald in het decreet Grond- en Pandenbeleid (nu opgenomen in de Vlaamse Codex Wonen). Hierbij wordt rekening gehouden met het aantal huishoudens die een gemeente op haar grondgebied had op 1 januari 2008. Een gemeente met 9% sociale huurwoningen op haar grondgebied kreeg geen objectief voor sociale huurwoningen. Een gemeente met minder dan 3% sociale huurwoningen kreeg naast het initiële bindend sociaal objectief een specifieke inhaalbeweging in de periode van 2013-2025.

Op 31 december 2007 beschikte de gemeente Tielt-Winge over 1,75% huurwoningen. Artikel 2.32 van de Vlaamse codex Wonen legt op dat gemeente met een sociaal woonaanbod tussen 1,70% en 1,76% een inhaalbeweging van 0,36% moeten realiseren (berekend op aantal huishoudens op 1 januari 2008). Voor Tielt-Winge betekent dit naast de reguliere inspanning een specifieke inhaalbeweging van 14,62 sociale huurwoningen.

BSO Tielt-Winge

Overzicht gerealiseerde en geplande sociale huurwoningen Tielt-Winge 8 mei 2025

De Vlaamse minister van Wonen kan een gemeente geheel of gedeeltelijk vrijstellen van de specifieke inhaalbeweging. De nadere regels daarvoor zijn vastgelegd in het Besluit Vlaamse Codex Wonen Boek 2, Deel 3, Titel 1.

Vlaanderen voorziet 4 criteria op basis waarvan een gemeente een gehele of gedeeltelijke vrijstelling kan aanvragen voor de inhaalbeweging van het bindend sociaal objectief.

De aanvraag dient een wetenschappelijk onderbouwd dossier te bevatten waarin wordt aangetoond dat is voldaan aan minstens één van de criteria om een gehele of gedeeltelijke vrijstelling te krijgen.

De aanvraag moet goedgekeurd zijn op de gemeenteraad en ingediend worden voor 1 januari 2026.

Juridische gronden

●         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

●         Vlaamse codex Wonen 2021

●         Besluit bij de Vlaamse codex 2021

●         Het actie programma van 2019 goedgekeurd op de gemeenteraad van 19 december 2019

Adviezen

Geen adviezen.

Argumentatie

De gemeente is reeds sinds 2009 intensief bezig met de realisatie van het bindend sociaal objectief en heeft na de nulmeting verschillende sociale woonprojecten gerealiseerd, namelijk 8 sociale huurwoningen in Perkveld en 60 sociale huurwoningen in de wijk Solveld. Daarnaast heeft de gemeenten andere opties voor het realiseren van sociaal woonaanbod intensief onderzocht, waaronder o.m. het project in het Woonuitbreidingsgebied van Meensel.

Met het project van Meensel zou het BSO gerealiseerd worden.

De nieuwe regelgeving met betrekking tot het aansnijden van woonuitbreidingsgebieden maakt het zo goed als onmogelijk om in het WUG van Meensel een project te realiseren. Door deze verstrenging wordt de gemeente geconfronteerd met manifeste ruimtelijke beperkingen om dit BSO te realiseren.

Daarnaast is het ook zo dat met de oorspronkelijk geplande projecten Perkveld en Solveld én het aantal SVK-woningen het BSO van 87 woningen gehaald werd. Echter door de voortdurende afname van het SVK-patrimonium wordt het BSO niet meer gehaald. Zie onderstaande tabel.

Evolutie SVK woningen SVK Hageland – private huurwoningen Kanvaz (vanaf 1 juli 2023) periode 2016-2024

Op het lokaal woonoverleg van 8 mei 2025 gaf Kanvaz te kennen dat het patrimonium in private verhuur verder zal afnemen omwille van een veelal verouderd patrimonium en te weinig subsidies vanuit Vlaanderen om dit patrimonium te beheren.

In de beleidsnota wonen 2024 -2029 wordt gesteld dat er een nieuw BSO zal worden opgelegd en dat lokale besturen die onvoldoende voortgang maken met de realisatie van dit nieuwe BSO een financiële bijdrage zullen moeten leveren tot de financiering van de huurpremies.

Op het lokaal woonoverleg van 8 mei 2025 heeft Vlaanderen meegedeeld dat het deel van het BSO van de periode 2009-2025 dat niet gerealiseerd is voor eind 2025, mee wordt overgenomen in het nieuwe BSO.

Vlaanderen voorziet 4 criteria op basis waarvan een gemeente een gehele of gedeeltelijke vrijstelling kan aanvragen voor de inhaalbeweging van het bindend sociaal objectief.

De administratie stelt voor om op basis van het eerste criteria een vrijstelling van de gehele inhaalbeweging aan te vragen:

1. De specifieke inhaalbeweging kan niet of niet volledig worden gerealiseerd omwille van manifeste ruimtelijke beperkingen vastgesteld op basis van het gemeentelijk actieprogramma, en deze beperkingen kunnen niet of onvoldoende worden opgevangen door middel van de verhuring van private woningen via sociale verhuurkantoren.

Om een vrijstelling op basis van dit criterium te kunnen aanvragen moet de gemeente onderzocht hebben wat de mogelijkheden zijn om het BSO te behalen met behulp van de onbebouwde bouwgronden en kavels in eigendom van de Vlaamse semipublieke rechtspersonen en/of de Vlaamse besturen. Dit betekent dat de gemeente een actieprogramma in de zin van artikel 2.6 en 2.7 van de Vlaamse Codex Wonen moet hebben vastgesteld.

De gemeente onderzocht reeds in 2019 de mogelijkheden om het BSO te behalen met behulp van de onbebouwde bouwgronden en kavels in eigendom van de Vlaamse semipublieke rechtspersonen en/of de Vlaamse besturen. Het actieprogramma van 2019 werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 19 december 2019. Verder werd in 2020 een screening gedaan van het gemeentelijke patrimonium in functie van mogelijke aanwending voor sociaal wonen.

Op basis van het wetenschappelijk onderbouwde dossier blijkt dat er op het grondgebied van de gemeente Tielt-Winge duidelijke en manifeste ruimtelijke beperkingen bestaan om het bindend sociaal objectief te realiseren. Deze beperkingen kunnen niet, of slechts in zeer beperkte mate, worden opgevangen via de verhuring van private woningen door de woonmaatschappij. Gelet op deze vaststellingen lijkt het verantwoord en aangewezen om een vrijstelling van de volledige inhaalbeweging van 15 woningen te voorzien.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

Bijlagen

Document ‘‘aanvraag vrijstelling inhaalbeweging Bindend Sociaal Objectief gemeente Tielt-Winge’ met bijlagen

Besluit:

eenparig aangenomen.
Artikel 1

Akkoord te gaan met de in bijlage bij deze beslissing gevoegde ‘aanvraag vrijstelling inhaalbeweging Bindend Sociaal Objectief gemeente Tielt-Winge’.

Artikel 2

Afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan Wonen Vlaanderen.

Artikel 3

Deze beslissing is onderworpen aan het bestuurlijk toezicht zoals dit wordt geregeld oor de desbetreffende bepalingen van het Decreet over het lokaal bestuur." "

Akkoord te gaan met de in bijlage bij deze beslissing gevoegde ‘aanvraag vrijstelling inhaalbeweging Bindend Sociaal Objectief gemeente Tielt-Winge’.

Gemeenteraad 18 september 2025

Aanduiding vertegenwoordigers ILV Hartje Hageland (geheime stemming)

Motivering

Feiten en context

De gemeente is deelnemer aan de Interlokale Vereniging Hartje Hageland, opgericht voor de uitvoering en coördinatie van het bovenlokale woonbeleid in de betrokken gemeenten.

De huidige ILV Hartje Hageland en de daaruit vloeiende mandaten van de gemeentelijke vertegenwoordigers nemen van rechtswegen een einde op 31 december 2025.

Op 1 januari 2026 treedt een nieuwe samenwerkingsovereenkomst in werking, waarvoor opnieuw gemeentelijke vertegenwoordigers dienen te worden aangeduid.

Artikel 7 van de nieuwe samenwerkingsovereenkomst regelt de samenstelling en aanduiding wijze van de vertegenwoordigers in de bestuursorganen van de ILV Hartje Hageland.

Juridische gronden

●         Het Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017

●         Statuten ILV Hartje Hageland

Adviezen

Geen advies.

Argumentatie

Om de belangen van de gemeente in de ILV te behartigen, is het noodzakelijk om effectieve vertegenwoordigers en plaatsvervangers aan te duiden. Deze vertegenwoordigers zullen namens de gemeente deelnemen aan de vergaderingen en beslissingen van de ILV, conform de statutaire bepalingen.

Conform de statuten duidt elke gemeente 1 stemgerechtigde afgevaardigde aan en 1 plaatsvervanger.

Deze afgevaardigden moeten steeds burgemeester, schepen of gemeenteraadslid zijn, bij voorkeur de schepen bevoegd voor het beleidsdomein wonen of omgeving.

Daarnaast kan elke gemeente optioneel één afgevaardigde met adviserende stem aanduiden. Deze afgevaardigde moet in elk geval een gemeenteraadslid zijn.

Gelet op de bij het gemeentesecretariaat per 16 september 2025 om 12 uur schriftelijk (of via e-mail) ingediende kandidaturen.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

Bijlagen

Geen bijlagen.

Besluit:

Artikel 1 (geheime stemming) (13 ja voor Manuela Vervoort; 5 ja voor Agnes Van de Gaer; 1 ongeldig)

Conform artikel 27 §1 1° DLB verlaten schepen M. Vervoort en raadslid A. Van de Gaer de zitting bij de behandeling van dit artikel van het agendapunt.

Als stemgerechtigde vertegenwoordiger van de gemeente in de Interlokale Vereniging Hartje Hageland wordt aangeduid: schepen Manuela Vervoort.

Artikel 2 (geheime stemming) (14 ja voor Bart Willems; 5 ja voor Kris Cornelissen)

Conform artikel 27 §1 1° DLB verlaten schepen B. Willems en raadslid K. Cornelissen de zitting bij de behandeling van dit artikel van het agendapunt.

Als plaatsvervangende vertegenwoordiger van de gemeente in de Interlokale Vereniging Hartje Hageland wordt aangeduid: schepen Bart Willems.

Artikel 3 (geheime stemming) (14 ja voor Fons Lemmens; 4 ja voor Agnes Van de Gaer; 1 ongeldig)

Conform artikel 27 §1 1° DLB verlaten raadslid F. Lemmens en raadslid A. Van de Gaer de zitting bij de behandeling van dit artikel van het agendapunt.

Als afgevaardigde met adviserende stem van de gemeente in de Interlokale Vereniging Hartje Hageland wordt aangeduid: raadslid Fons Lemmens.

Artikel 4

Een afschrift van dit besluit wordt bezorgd aan de Interlokale Vereniging Hartje Hageland.

Artikel 5

Deze beslissing is onderworpen aan het bestuurlijk toezicht, zoals dit wordt geregeld door de desbetreffende bepalingen van het Decreet over het lokaal bestuur." "

Aanduiding vertegenwoordigers in de interlokale vereniging Hartje Hageland.

Gemeenteraad 18 september 2025

Aanduiding gemeentelijke vertegenwoordiging voor het Zonecomité 'Noordwest' van de woonmaatschappij KANVAZ (geheime stemming)

Motivering

Feiten en context

Bij aanvang van de nieuwe beleidsperiode dient opnieuw de gemeentelijke vertegenwoordiging voor het zonecomité ‘Noordwest’ van de woonmaatschappij KANVAZ te worden aangeduid.

Conform art. 6.22 neemt de woonmaatschappij het initiatief om een toewijzingsraad op te richten. Hierbij mag de woonmaatschappij het werkgebied op delen in deelgebieden, waarin ze telkens een eigen toewijzingsraad opricht.

Het werkingsgebied van de woonmaatschappij KANVAZ omvat 18 gemeenten die zijn ingedeeld in 3 deelwerkingsgebieden:

●         Deelwerkingsgebied Zuid, bestaande uit de gemeenten: Tienen, Hoegaarden, Landen, Linter, Zoutleeuw, Geetbets en Glabbeek

●         Deelwerkingsgebied Noordoost, bestaande uit de gemeenten: Diest, Scherpenheuvel-Zichem, Bekkevoort, Kortenaken en Aarschot

●         Deelwerkingsgebied Noordwest, bestaande uit de gemeenten: Begijnendijk, Tremelo, Rotselaar, Holsbeek, Lubbeek en Tielt-Winge

Elk deelwerkingsgebied heeft een eigen zonecomité (toewijzingsraad) die gelast is met  een beleidsmatige opdracht en een operationele opdracht.

Beleidsmatige opdracht

Het zonecomité stelt een ontwerp van toewijzingsreglement op, evalueert dit en stuurt desgevallend bij.

Operationele opdracht

Het zonecomité staat ook in voor de praktische uitvoering van de regels die betrekking hebben op de versnelde toewijzingen en de toewijzingen aan specifieke doelgroepen. Deze afspraken worden opgenomen in het huishoudelijk reglement van de toewijzingsraad.

Tielt-Winge heeft conform het intern reglement recht op één effectieve afgevaardigde (en één plaatsvervanger) in het Zonecomité Noordwest van de woonmaatschappij KANVAZ.

Juridische gronden

●         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

●         Decreet van 9 juli 2021 houdende wijzigingen van diverse decreten m.b.t. wonen, waarbij een regelgevend kader met betrekking tot de woonmaatschappijen wordt gecreëerd.

●         Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.

●         Besluit van de Vlaamse regering van 5 mei 2023 tot vaststelling van de verhouding van de stemrechten tussen de gemeenten en OCMW’S die in het werkingsgebied voor woonmaatschappijen “Oost-Brabant-Oost” liggen

●         Statuten van de woonmaatschappij Kanvaz BV.

●         Gemeenteraadsbeslissing van 15 mei 2025.

Adviezen

Geen adviezen.

Argumentatie

De gemeente neemt deel aan de werking van de woonmaatschappij KANVAZ.

Het Zonecomité is de Toewijzingsraad maar enkel met een beleidsmatige functie. De effectieve toewijzingen gebeuren immers in de schoot van de Toewijscomités.

Met e-mailbericht van 28 juli 2025 vraagt de woonmaatschappij KANVAZ de gemeente om zijn vertegenwoordiging in het Zonecomité noordwest voor te dragen.

Het lokaal bestuur dient één effectief lid en één plaatsvervanger voor te dragen.

Gelet op de per 16 september 2025 om 12 uur schriftelijk (of via e-mail) bij het gemeentesecretariaat voorgedragen kandidaten.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

Bijlagen

●         Huishoudelijk reglement Toewijsraad/Zonecomité

●         E-mail 28 juli 2025

Besluit:

Artikel 1 (geheime stemming) (13 ja voor Manuela Vervoort; 5 ja voor Agnes Van de Gaer; 1 blanco)

Conform artikel 27 §1 1° DLB verlaten schepen M. Vervoort en raadslid A. Van de Gaer de zitting bij de behandeling van dit artikel van het agendapunt.

Schepen Manuela Vervoort wordt aangeduid als effectieve vertegenwoordiger om de gemeente Tielt-Winge te vertegenwoordigen bij het zonecomité ‘Noordwest’ van de woonmaatschappij KANVAZ voor de periode 2025-2031.

Artikel 2 (geheime stemming) (14 ja voor Fons Lemmens; 5 ja voor Kris Cornelissen)

Conform artikel 27 §1 1° DLB verlaten raadslid F. Lemmens en raadslid K. Cornelissen de zitting bij de behandeling van dit artikel van het agendapunt.

Raadslid Fons Lemmens wordt aangeduid als plaatsvervangende vertegenwoordiger om de gemeente Tielt-Winge te vertegenwoordigen bij het zonecomité ‘Noordwest’ van de woonmaatschappij KANVAZ voor de periode 2025-2031.

Artikel 3

Afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan KANVAZ en de betrokken vertegenwoordigers.

Artikel 4

Deze beslissing is onderworpen aan het bestuurlijk toezicht, zoals dit wordt geregeld door de desbetreffende bepalingen van het Decreet over het lokaal beleid." "

Aanduiding gemeentelijke vertegenwoordiging Kanvaz.

Gemeenteraad 18 september 2025

Fluvius OV - mandaatbepaling buitengewone algemene vergadering van 26 november 2025

Motivering

Feiten en context

De gemeenteraad dient zich uit te spreken over de agenda van de buitengewone algemene vergadering van Fluvius OV van 26 november 2025 en mandaat te verlenen aan de gemeentelijke vertegenwoordiger.

Juridische gronden

●         Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017

●         Gemeenteraadsbeslissing van 20 februari 2025 tot aanduiding van de gemeentelijke vertegenwoordiger

●         Statuten van Fluvius OV

Adviezen

Geen adviezen.

Argumentatie

De gemeente neemt deel aan de opdrachthoudende vereniging van Fluvius.

Op 26 november 2025 om 18.30 uur vindt er een buitengewone algemene vergadering plaats. Uitnodiging ontvangen via e-mail van Fluvius op 1 september 2025. Voor de gemeentelijke vertegenwoordiger dient hiervoor een mandaat te worden bepaald.

De agenda voor deze vergadering is:

1. Bespreking in het kader van artikel 432 van het decreet lokaal bestuur van de te ontwikkelen activiteiten en de te volgen strategie voor het boekjaar 2026 alsook van het door de raad van bestuur opgestelde budget voor 2026.
2. Statutaire benoemingen.
3. Statutaire mededelingen.

Bij gemeenteraadsbeslissing van 20 februari 2025 werd raadslid Eric Roskin aangesteld als gemeentelijk vertegenwoordiger in de algemene vergadering tot het einde der legislatuur.

Deze Buitengewone Algemene Vergadering zal op digitale wijze gehouden worden.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

Bijlagen

Vergaderdocumentatie

Besluit:

eenparig aangenomen.
Artikel 1

De gemeenteraad stelt het mandaat van de gemeentelijke vertegenwoordiger inzake de agenda van de buitengewone algemene vergadering van Fluvius OV op 26 november 2025 als volgt vast: goedkeuring van alle agendapunten van de buitengewone algemene vergadering.

Artikel 2

Een afschrift van dit besluit wordt verzonden aan de gemeentelijke vertegenwoordiger en aan Fluvius, ter attentie van het secretariaat, uitsluitend op het e-mailadres vennootschapssecretariaat@fluvius.be.

Artikel 3

Deze beslissing is onderworpen aan de toepassingen van het bestuurlijk toezicht zoals blijkt uit artikel 326 en volgenden van het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017." "

Het mandaat van de vertegenwoordiger inzake de agenda van de buitengewone algemene vergadering van 26 november 2025 van Fluvius OV als volgt vast te stellen: goedkeuring van alle agendapunten van de buitengewone algemene vergadering.

Gemeenteraad 18 september 2025

(Besloten zitting) Aanwijzing bijkomende provinciale ambtenaren voor het opleggen van gemeentelijk administratieve geldboetes (geheime stemming over de lijst)

De gemeenteraad keurt de aanstelling van de sanctionerend ambtenaren van de provincie Vlaams-Brabant goed.